HINDOESTAANSE KASTEN&LAGEN/STELSEL VAN DR. P. DE VRIES
HINDOESTAANSE KASTEN&LAGEN/STELSEL VAN DR. P. DE VRIES  Klik hier       
Plaats in winkelmandjeMandje
Geloofsgoed kent verschillende lagen
RefDag, 12-06-2014 08:00 | dr. P. de Vries

"Om het Evangelie in een veranderende samenleving door te geven, is het goed om onderscheid te maken tussen culturele tradities en Bijbelse beginselen", stelt dr. P. de Vries.

Bronlink:
www.refdag.nl/opinie/geloofsgoed_kent_verschillende_lagen_1_834066

-----------------------------------------------------------------------------------

Hieronder worden bepaalde uitspraken van HHK-decaan, dr. P. de Vries, getoetst aan Gods Woord en door datzelfde Woord weerlegd en verworpen.

PS. We gaan niet in op een gelijkluidend RD-artikel van de hand van PKN-er, ds. H. van den Belt, aangezien Van den Belt een volbloed antichrist is gebleken, die allerhande ketterijen, een valse oecumene met DE Antichrist (Rome), en geseculariseerde aanpassingen/veranderingen promoot, terwijl hij het vasthouden aan het onveranderlijke Woord van God godslasterlijk verkettert. De wijze en door de Geest geïnspireerde Salomo waarschuwt tegen zulke antichristelijke kerk-clowns: "Vermeng u niet met hen die naar verandering staan!" En in Spr. 22:28 staat geschreven: "Zet de oude palen niet terug, die uw vaderen gemaakt hebben." En de apostel Johannes leert door de inspiratie des Geestes in 2 Joh. 2:19a: "Een iegelijk, die overtreedt, en niet blijft in de leer van Christus, die heeft God niet...." Genoemde bijbelteksten gelden ook voor de Hindoestaanse kastenreligie van dr. P. de Vries (HHK).

P. de Vries.: Meer dan eens wordt gesteld dat veranderingen in de cultuur vragen om een heroverweging van de afwijzende houding ten opzichte van samenwonen, homoseksualiteit en dergelijke ethische kwesties, omdat deze gekoppeld zijn aan een bepaalde manier van Bijbelgebruik.

GPPB.: De doctorale wereldwijsheid der huidige godgeleerden wordt door Gods Woord dwaasheid genoemd (1 Kor. 3:19) en dat geldt ook voor de dwaze wijsgerigheid van dr. P. de Vries. Mijn vrouw noemt genoemde wijsgerigheid "gezwam in de ruimte en een aaneenrijging van leugen en bedrog". De heroverweging van een afwijzende houding, waarvan De Vries rept, met name jegens homofilie, is door hem namelijk allang gemaakt (ZIE KLIK HIER LINK), aangezien hij leert dat Gods kinderen eventueel nog homofiel kunnen zijn en daaruit volgt ONVERMIJDELIJK dat De Vries ook subtiel leert dat Gods kinderen zelfs pedofiel kunnen zijn en in de pedolust "kunnen vallen" om kleine kinderen te verkrachten en te misbruiken. De Vries homo-goochelt niet alleen als een Simon de Tovenaar; hij geeft ook onbewust pastoraat in pedofilie! (ZIE KLIK HIER LINK ON TOP OF THE PAGE).

PdV.: Ik onderscheid in het geloofsgoed drie lagen. Bovenaan staan de Bijbel als Gods stem. De Drie-enige God als God van volkomen zaligheid, de boodschap van verzoening door het bloed van Jezus Christus, de Middelaar Die God en mens is, de rechtvaardiging door het geloof en levensheiliging.

GPPB.: Gods Woord is geen drie-lagen boek, zoals De Vries wel suggereert, maar van kaft tot kaft het onfeilbare Woord van God, waaraan niets toe- en waarvan niets afgedaan mag worden. "Want Ik betuig aan een iegelijk, die de woorden der profetie dezes Boeks hoort: Indien iemand tot deze dingen toedoet, God zal hem toedoen de plagen, die in dit Boek geschreven zijn. En indien iemand afdoet van de woorden des Boeks dezer profetie, God zal zijn deel afdoen uit het Boek des levens, en uit de heilige stad, en uit hetgeen in dit Boek geschreven is", Openb. 22:18-19.
We zullen in dit bestek nog verder bewijzen dat De Vries beiden doet: toedoen en afdoen van het Woord onzes Gods, zoals dat ook is gebleken in zijn homo-pastorale brieven (Zie Klik hier link).

PdV.: De zondag als nieuwtestamentische rustdag is een heel groot goed, maar toch van een ander gewicht.

GPPB.: De nieuwtestamentische rustdag op eerste dag der week is NIET van een nabijkomend gewicht, zoals De Vries duidelijk wel beweert. De eerste dag der week als nieuwtestamentische sabbatdag is bijbels geboden en maakt deel uit van de leer van Christus. In het OT wordt de sabbatdag namelijk ‘de dag des HEEREN' genoemd (Ex. 20:10) en in het NT wordt ook de eerste dag der week (de zondag) ‘de dag des Heeren' genoemd (Open. 1:10), alsook de jongste dag, wordt de dag des Heeren genoemd (Hand. 2:20 - 1 Thess. 5:2 - 2 Pet. 3:10), hetgeen ook slaat op de eerste dag der week. Gods Woord leert dus duidelijk dat de eerste dag der week in het kader staat van de trappen van Christus' verhoging. De heerlijke staat van Christus' verhoging is duidelijk geen bijkomstigheid, zoals De Vries indirect wel beweert, maar God-verheerlijkend en heilsnoodzakelijk. De eerste dag der week als NT-rustdag is dus bijbels geboden, eeuwig onveranderlijk en ziels-heilsfeitelijk. De eerste dag der week als nieuwtestamentische rustdag is net zo goed van absoluut gezag als het vierde (door Christus vervulde) gebod, als heiliging van de oudtestamentische sabbatdag. Christenen die de eerste dag der week niet als rustdag heiligen, zijn de heidenen gelijk en brengen niet alleen de opstandingsdag van Christus in diskrediet, maar tasten feitelijk de heerlijke staat aan van Christus' verhoging.

PdV.: De tweede laag bevat die waarheden waarvan de erkenning van groot belang is voor het welzijn van de kerk en voor een gezond geestelijk leven. Alleen kan niet worden gezegd dat afwijking ervan onverenigbaar is met het toebehoren aan Christus.

GPPB.: De Vries is een Schriftcriticus van de eerste orde, aangezien Gods onfeilbaar Woord uitdrukkelijk in 2 Joh. 1:9 leert: "Een iegelijk, die overtreedt, en niet blijft in de leer van Christus, die heeft God niet; die in de leer van Christus blijft, deze heeft beiden den Vader en den Zoon."
De Vries degradeert de toetssteen des waren geloofs in 2 Joh. 2:19 in drie bagatelliserende lagen. In het Koninkrijk van God en Christus bestaan volgens Gods Woord geen ondergeschikte waarheden. Gods Woord is in zijn totaliteit de onverdeelde en onfeilbare Waarheid Gods. De Vries vereenzelvigt kerkelijke ondergeschiktheden met bijbelse waarheden en doet daarmee afbreuk van tota Scriptura. De Vries verheft zich als een wijsgeer boven het dwaze Gods, maar Gods Woord sabelt die zelfverzonnen wijsgeerderij neer in 1 Kor. 1:25: "Want het dwaze Gods is wijzer dan de mensen; en het zwakke Gods is sterker dan de mensen." Dat God met name in onze dagen de wijsheid der zogenaamde wijzen doet vergaan, is openbaar!

PdV.: Zelf ben ik een zeer warm voorstander van de overtuiging dat de heilige doop aan kinderen van christenouders behoort te worden bediend. De kern van de heilige doop is niet dat er een stempel op ons geloof wordt gezet, maar dat wij het teken en zegel ontvangen van opname in de heilige, katholieke Kerk. Toch reken ik de visie op de heilige doop niet tot de eerste laag, maar tot de tweede. Daar staat hij dan wel helemaal bovenaan. De evidentie voor de kinderdoop is niet van dezelfde kracht als die dat het geloof een genadegift van God is.

GPPB.: De Vries wekt de suggestie alsof God blij mag zijn dat hij een "warme voorstander" is van de kinderdoop. De bijbelse kinderdoop staat of valt echter niet met ‘warme voor- en/of koude tegenstanders' van de kinderdoop, maar met de wil des bevels van God, aangezien volgens de wil des bevels van God alle in- en uitwendige verbondskinderen het teken en zegel van de Heilige doop moeten ontvangen, zoals de besnijdenis in het OT voor alle mannelijke verbondskinderen geboden was. Bovendien is de kinderdoop geen zegel van opname in de kerk, zoals De Vries wel suggereert, maar een teken en zegel van Gods verbond. Kinderen van kerkelijke ouders in de lijn der geslachten worden geen verbondskinderen, noch ingelijfd in de christelijke kerk, door de doop; het ZIJN verbondskinderen en ZIJN (uit- of inwendig) ingelijfd in het verbond en behoren daarom gedoopt te worden en te wezen. De Vries doet aan Hindoestaanse kasten- en lagen-religie, door zijn zelfverzonnen drie-lagen systeem. Daar komt bij dat De Vries het sacrament van de Heilige doop uitspeelt tegen het geloof als een genadegift van God. De Heilige (kinder) Doop is echter geen ingevoerde kerkordening, maar een Goddelijke instelling, waaraan niet getornd mag worden.

PdV.: Het zingen van alleen psalmen in de eredienst, staat behoorlijk wat lager op dat tweede niveau. Wel leg ik zelf graag uit dat het goed is om hieraan vast te houden. De keuze voor de Statenvertaling of voor de Herziene Statenvertaling, plaats ik helemaal onder aan de tweede laag en voor een zeer groot deel zelfs in de derde.

GPPB.: Psalmzang tijdens de eredienst degradeert De Vries tot de tweede laag van zijn kastenstelsel-systeem, maar ook hier vereenzelvigt De Vries het kerkordelijke met hetgeen Gods Woord leert. Gods Woord leert namelijk nergens dat uitsluitend psalmzang geboden is in de eredienst. Efeze 5:19 leert: "Sprekende onder elkander met psalmen, en lofzangen, en geestelijke liederen, zingende en psalmende den Heere in uw hart." En Kol. 3:16 staat geschreven: "Het Woord van Christus wone rijkelijk in u, in alle wijsheid; leert en vermaant elkander, met psalmen en lofzangen, en geestelijke liederen, zingende den Heere met aangenaamheid in uw hart." Genoemde geestelijke liederen in de geciteerde teksten zijn echter niet van E.O-gehalte...
De Vries komt definitief openbaar als Simon de Tovenaar met zijn pleidooi voor de HSV, aangezien hij de Statenvertaling op gelijke voet stelt met de valse HSV en het vasthouden aan de Statenvertaling noemt hij ‘derde rangs' ! Zijn destijds geschreven boek in 1986 tegen de toen al geseculariseerde Ger. Bond, getiteld: "De weg Zijner Getuigenissen", zal derhalve in de dag der dagen in zijn aangezicht slaan als hij zich niet bekeert.

PdV.: Bij de derde laag gaat het de culturele zaken die geen principiële betekenis hebben. Overal waar de christelijke kerk functioneert doet zij dat op een bepaalde culturele wijze. Bij de derde laag reken ik zaken zoals ritmisch of isometrisch zingen en of een predikant al dan niet in het zwart gekleed is.

GPPB.: Onder "derde rangs" rekent De Vries het dragen van zwarte ambtskleding en ritmisch/isometrisch zingen, maar als hij bevindelijke geloofskennis zou hebben aan de Klaagliederen van Jeremia en de zwartachtigheid van Christus' Bruid, zou hij de in het zwart gaande psalmdichter van de 42e Psalm bijvallen: "Ik zal zeggen tot God: Mijn Steenrots! waarom vergeet Gij mij? Waarom ga ik in het zwart, vanwege des vijands onderdrukking? Met een doodsteek in mijn beenderen honen mij mijn wederpartijders, als zij den gansen dag tot mij zeggen: Waar is uw God? " Ps. 42:10-11.
Kortom, het dragen van zwarte ambtskleding en al of niet ritmisch/isometrisch zingen noemt De Vries "derde rangs", maar over de wereldgelijkvormige dracht van spijkerbroeken en leggings door HHK-meisjes/vrouwen rept hij niet; over het al of niet dragen van een hoofddeksel tijdens de eredienst door refomeisjes en vrouwen wordt niet getwist, en over hersteld hervormde homo-dominees en gelijknamige belijders doet De Vries angstvallig het zwijgen toe.... En dat, terwijl De Vries zelf leert dat Gods kinderen eventueel homofiel kunnen zijn, een stelling waarvan zelfs Simon de Tovenaar zou afgrijzen en de duivel zou sidderen. (ZIE KLIK HIER LINK ON TOP OF THE PAGE).

PdV.: Er zijn culturele veranderingen waar je als kerk zonder bezwaar in mee kunt. Nu voltrekken er zich tal van culturele veranderingen die strijdig zijn met Gods Woord. Daarin moet de kerk niet meegaan. Van belang is dat mensen het verschil zien tussen puur cultureel bepaalde tradities en Bijbelse beginselen en ordeningen. Ik acht het erg belangrijk dat gemeenteleden en jonge mensen deze gelaagdheid van het ons toevertrouwde pand leren verstaan.

GPPB.: De Vries goochelt als Simon de Tovenaar, aangezien hij de van God vervloekte sodomie -zelfs onder predikanten- in zijn eigen kerkverband doodzwijgt. De Vries verzwijgt ook dat de HHK (en alle refokerken) allang met die godslasterijke veranderingen zijn meegegaan. De Vries wil desondanks aan gemeenteleden en aan jonge mensen "het ons toevertrouwde pand" leren verstaan, terwijl hij het genoemde toevertrouwde pand zelf niet verstaat en aan zijn hersteld hervormde homo-laars lapt (ZIE KLIK HIER LINK).

PdV.: Met de negentiende-eeuwse Schotse theoloog John Duncan zeg ik dat ik allereerst een christen ben, vervolgens gereformeerd, in de derde plaats een voorstander van de kinderdoop en ten slotte een aanhanger van de presbyteriaanse vorm van kerkregering, en dat ik die volgorde niet kan omkeren.

GPPB.: De Vries laat de Schotse Duncan buikspreken om zijn Hindoestaanse kastenstelsel te kerstenen, maar Duncan was geen "voorstander" van de kinderdoop, nee, Duncan LEERDE de kinderdoop krachtens Gods heilig Woord, zoals al Gods ware getuigen dat doen. "Voorstanders" van de kinderdoop kent en erkent Gods Woord niet, net-zo-min de doperse tegenstanders van de kinderdoop. God vraagt niet naar voor- noch tegenstanders, aangezien Gods Woord in het kader van het verbond alleen onderscheid maakt tussen wijze en dwaze maagden. God is geen God tegenover voor- en tegenstanders, aangezien het Evangelie een reuke des doods ten dode is in degenen die verloren gaan, of een reuke des levens ten leven in degenen die behouden worden. God is een God Die de goddeloze rechtvaardigt en dezulken worden overgezet van het rijk der duisternis in het Koninkrijk van eeuwig licht. Dezulken zijn niet meer voor of tegen, daar hebben zij geen genade voor en geen kracht toe, maar dezulken zijn mede-erfgenamen van Christus en huisgenoten des geloofs en van heel die voor en tegen religie hebben zij niet het minste verstand, noch hebben zij daaraan enige behoefte. Bovendien leert Gods Woord maar 1 kerkregering, namelijk de kerkregering van de 1 heilige, algemene Christelijke Kerk (met een hoofdletter), waarvan Christus het Hoofd is en waarvan de levende leden van die Kerk staan voor de kroonrechten van Christus. "Toen kwamen Zijn discipelen tot Hem, en zeiden tot Hem: Weet Gij wel, dat de Farizeeën deze rede horende, ge-ergerd zijn geweest? Maar Hij, antwoordende zeide: Alle [kerk] plant, die Mijn hemelse Vader niet geplant heeft, zal uitgeroeid worden. Laat hen varen; zij zijn blinde leidslieden der blinden. Indien nu de blinde den blinde leidt, zo zullen zij beiden in den gracht vallen", Matth. 15:12-14.


http://www.derokendevlaswiek.nl