|
|
OPEN BRIEVEN NAAR KERKENRAAD EN OUDERLINGEN RCA-GEMEENTE TE SPRINGFORD (1)
| |
|
|
Burgessville, 24-12-2002
Beste Bert, (destijds ouderling in de RCA-gemeente te Springford - Canada)
Na het gesprek met de kerkenraad op 11 december, haalde ik een brief van jou uit de mailbox, waarover ik je nog dezelfde dag opbelde. Om geen misverstanden te laten voortbestaan, zal ik er alsnog op reageren. Vooral om het feit dat je schreef "zo'n liefde voor mij te voelen", hoewel ik daarvan weinig merk. Bert, je weet dat ik je nooit verweten heb dat je in de kerk blijft zitten. Ik heb je zelfs gezegd dat je voor je ambt niet mag bedanken, totdat ze je eruit zetten. Dat betekent wel dat je aan Gods kant moet staan en kerkelijk sta je dat niet! Je mag je dan ook wel afvragen of je wel getrouw bent, anders had men jou er allang uitgezet. Helaas heb ik je leren kennen als een vriend die met twee monden spreekt. Spreek je met mij, dan ben je het met mij eens, spreek je met anderen ben je het daarmee eens. Dat heeft me in het licht van de rechterstoel van Christus al vele keren sprakeloos doen staan en bij tijden gaat nog als een zwaard door mijn ziel. Ook tijdens het kerkenraadsgesprek op 11 december bleek dat weer eens duidelijk. Je zei namelijk dat ook je ambtsbroeders voor die waarheid (de rechtvaardiging van de goddeloze) stonden. Ik wilde nog zeggen dat je met opgeheven hand zat te liegen, maar -ik dacht- laat maar zitten, want je gelooft zelf niet wat je op dat moment beweerde. Jij kan echter niet namens de kerkenraad spreken als de kerkenraadsopinie strijdt met je persoonlijke geloofsovertuiging. Dat doe je echter wel. Als ouderling sta je persoonlijk voor Christus en heb je met onbijbelse kerkkoersen en gelijknamige meningen niets te maken wanneer men jou tot verantwoording roept. Goed, nu ter zake. Jij zegt dat het voor je persoonlijk van groot belang was dat sommigen die de Heere vrezen werkzaamheden hadden met de komst van ds. Pieters. Als Gods Woord zegt dat je zelfs op prinsen geen betrouwen mag stellen, waar baseer je dat ‘grote belang' dan op? Sommigen hebben volgens jou ook met ds. Pieters gesproken over de leerstukken. Blijkbaar hebben ze dan toch geen oog gehad voor zijn neonomiaanse opvattingen, die mij allang bekend waren en waarvan jij ook volledig mee op de hoogte behoorde te zijn. God zal immers rekenschap afeisen van ons rentmeesterschap. Jij zegt verder dat alles wacht op de krachtige werking van de Heilige Geest. Dat is waar, maar je vergeet erbij te zeggen dat Gods oordelen hieraan vooraf zullen gaan. Gods oordeel ligt ook op Springford en wij hangen allemaal in datzelfde oordeel. Vandaar dat ik nog schrijf en op gesprek kom, want die ene moordenaar hield zijn mond niet tegen die andere. Dat die ene moordenaar onbekeerd was, doet in dit geval niet ter zake, het gaat om Gods eer. Jij zegt dat er geen alternatief is, maar dat is onzin. God bouwt Zijn Kerk daar waar Hij wil en Hij gaat door Zijn Kerk te vergaderen en in onze dagen geschiedt dat meer buiten de kerk als erin. Afscheiden is geen optie, maar dat is ook niet ter sprake. Dat ik nu thuiszit, noem jij de verwoesting van mijn gezin. Ik denk dat je dat terugkrijgt bij de Heere vandaan, aangezien je nu een grens over gaat die je door anderen hebt laten aanpraten. Ik heb vrede in mijn huis en ik ervaar Gods gunst. Beste kinderen heb ik niet en we zullen onze kinderen in Gods recht moeten verliezen om ze in Christus terug te ontvangen, hoewel dat niet vanzelfsprekend is. Ik gevoel in mijn hart dat jij je door anderen laat beïnvloeden en dat is al meer dan één keer bevestigd geworden. Dat ik nu thuis lees verbind je aan het feit dat ik daarmee Gods instellingen zou verachten. Ik denk nu dat je me hiermee uitvloekt voor het aangezicht des Heeren. Ik roep God tot mijn Getuige dat ik Gods instellingen niet veracht, maar ik zeg wel dat jullie Zijn huis tot een koophandel gemaakt hebben. Ik kan mijn geweten er niet door laten terroriseren. Jij zegt verder op je plaats te moeten blijven. Ik meende je hierin altijd opgeroepen te hebben, maar je blijf toch niet zitten omdat je geld uit het kerkelijke laatje ontvangt? Ik vind die transactie schijn des kwaads opwekken, maar goed, dat moet je zelf weten. Verder beweer je te lijden aan de kerk, maar niemand kan daarvan iets bij je merken. Je mist in ieder geval de geest van Paulus die Petrus in het openbaar wederstond om dat Petrus handelde zoals jij nu handelt. Denk niet geliefde broeder, dat ik je wil krenken, maar je doet het mij wel, hoewel ik me niet gekrenkt voel. Christus heeft gezegd dat we van ALLEN gehaat zullen worden, ben jij daar dan ook een voorwerp van? Je zegt van mijn OPEN BRIEF dat die onbijbels en zelfs goddeloos is, maar je weerlegt het niet vanuit Gods Woord. Dat oordeel keert dus weder naar jou. Als ‘koren' deze bijbelse manier van schrijven afkeurt, mag ‘koren' weleens afvragen of zij uberhaupt ‘koren' is! Het laat me ‘Siberisch koud' (zoals tante Lena dat ook kon zeggen), hoewel het als een zwaard door mijn ziel gaat dat al dat zogenaamde koren aan de kant staat van de eigenwillige godsdienst. Je bent abuis, God kwam helemaal niet terug in de gevestigde kerk ten tijde van Simeon en Anna. Hij kwam terug bij de Kerk met een Hoofdletter. Die kerk waar jij het over hebt, is 70 na Chr. aan de totale verwoesting overgegeven. Met jou geloof ik dat er in Springford nog zijn die de Heere vrezen (o.a. De H.), maar God zegt: "Ben Ik dan een Vader, waar is dan Mijn eer?" Als de Heilige Geest de grote Afwezige is ook tijdens het Avondmaal, wat wil jij er dan van maken? Je kunt dat ontkennen, maar dan lieg je tegen God. Verder beweer je dat ik alles en iedereen zou veroordelen en daarmee op Gods troon ga zitten. Dat zeg je alleen om je eigen positie vrij te pleiten en je handen als een pilatus in onschuld te wassen. Ik roep God tot Getuige dat ik niet alles en iedereen veroordeel, zoals jij ongemotiveerd suggereert. Gods Woord zegt dat buiten Christus alles en iedereen voor God verdoemelijk is. Dat feit beaam ik vanuit mijn eigen leven en dat is ook een onderdeel van mijn boekentaal. Dat je mij dat kwalijk neemt, is alleen maar een bewijs dat je aan de kant van de godsdienst staat. Gode zij dank heeft Hij ons evenwel de overwinning gegeven die in Christus Jezus is. Ds. Pieters is niet gereformeerd, zoals jij beweert. Hij is een neonomiaan en dat heb ik meerdere malen bewezen. Je praat goed wat verkeerd is en je veroordeeld wat recht is. Vervolgens ga je op de generale toer om alles onder de dekmantel te steken door te zeggen dat we allemaal de Geest nodig hebben. Bert, je probeer je onder het oordeel vandaan te werken. God heeft Springford een kracht der dwaling gezonden, hetgeen overal zijn gelding doet en jij probeert dat goed te praten door over ‘buigen in het stof' te praten. Als dat jou praktijk was, kon jij je broeder die niet anders gedaan heeft dan ds. Pieters in liefde soms scherpelijk te vermanen, niet zo verloochenen. Dat ds. Pieters niets maar dan ook niets wil herroepen, weegt jou geen gram. Ook praat jij het ouderlingschap van dhr. Bos goed, terwijl die man van niks weet. Daar zal God op terug komen! Springford is al een huis dat tegen zichzelf verdeeld is, en die verdeeldheid wordt alleen maar erger, door een ‘eenheid' waar God niet vanaf weet. Een huis dat tegen zichzelf verdeeld is zal niet bestaan. Zeker niet als men de waarheid in ongerechtigheid ten onder houdt. Weet wel dat het mede op jou rekening komt te staan als ik mijn lidmaatschap opvraag als dhr. Bos als ouderling bevestigd wordt. Ik schud dan het stof van mijn voeten, volgens het bevel van Christus. Jullie hebben namelijk geen enkel recht om een leeromslag in de kerk van Springford te bevestigen door ouderlingen aan te nemen die nog niet eens aan het geestelijke nieuwelingschap beantwoorden. Als jij iets van Mozes voelde, waarop jij zinspeelt, dan ging het er zo niet aan toe zoals nu, want Mozes gaf opdracht om al die afgodendienaars die om het gouden kalf gedanst hadden met het zwaard te doden, wat ook daadwerkelijk gebeurde. Als ambtsdrager mis je ten ene male de geest van Mozes, waarde broeder, en daarin komt God nooit mee. God komt ook niet met al die Eli-geesten mee die de tegenwoordige preekstoelen en ouderlingenbanken beheersen. God leidt blinden, zeg dat wel. Al had ik het zelf moeten organiseren, was ik hier niet terechtgekomen. Hij leidt de blinde in een weg die ze niet weten. God heeft hier wat te zeggen door mijn stomme mond! Vriend, ik zal er God in tegen krijgen als ik hetgeen herroep wat ik geschreven heb. Wat ik geschreven heb, dat heb ik geschreven! Vraag je zelf maar eens ernstig af wie God uitsluit, waarop jij zinspeelt! Lazarus hield een stel honden over om zijn zweren te lekken. Jij bedankt voor die eer! Hoewel het tegen mijn vlees ingaat, houd ik het toch liever bij die Lazarus dan al die gezelligheidsgodsdienst waarmee jij je schijnt te vermaken of onder te bukken, net hoe je het wilt noemen. Ik heb niet gevochten, zoals jij suggereert, maar slechts feiten genoemd die ouderlingen achterwege laten te noemen door pal te staan voor de ere Gods ten koste van eer, naam en bestaan. Bert, als het in je vlees valt dan zij het zo. Ik roep God tot Getuige niet de strijd te hebben tegen vlees en bloed, want ik heb je lief met de liefde van Christus. Het zij zo.
GPPB.
|
|
|
|
|
|