(I) OPEN BRIEVEN NAAR RCA/SPRINGFORD
OPEN BRIEVEN NAAR RCA/SPRINGFORD (I)        
Plaats in winkelmandjeMandje

MAARTEN LUTHER: "VERVLOEKT ZIJ ALLE LIEFDE EN EENHEID WAARBIJ DE WAARHEID IN GEVAAR KOMT!"


Uit: Commentaar op de Galatenbrief

HET CONFLICT TUSSEN DR. H.F. KOHLBRUGGE EN HET DACOSTIAANSE NEONOMIAANSE REVEIL HERHAALD IN DE 21e EEUW, WAARVAN AKTE - GPPB.

----------------------------------------------------

Dr. H.F. Kohlbrugge heeft destijds een boek geschreven/gepubliceerd waarvan de titel luidt: "Het lidmaatschap bij de Hervormde Gemeente hier te lande mij willekeurig belet."

Op dezelfde wijze (en om exact dezelfde reden!) zijn/worden mijn kerkordelijke brieven aan diverse kerken(raden) betreffende de aldaar heersende dwaalleringen, onverdelgde bannen en de nalatigheid van de kerkelijke tucht (waaronder de kerkenraad van de RCA-gemeente te Springford), willekeurig genegeerd, vandaar deze publicaties - GPPB.



Burgessville, 25 november 2002,

Geachte kerkenraad en gemeenteleden van de RCA-gemeente te Springford,

Nu u als kerkenraad duidelijk laat blijken alle contacten met ons door te willen snijden, door ons en onze wettige brieven volledig te negeren, als gevolg van het feit dat u de waarheid niet verdragen kunt middels mijn brieven, en dat, terwijl wij nog lid zijn van uw gemeente, stuur ik u deze open brief naar alle leden, om mij vrij te maken van de neonomiaanse leer van ds. W. Pieters, op grond van Galaten 2:14 en 1 Timotheüs 5:20. Al mijn schriftelijke weerleggingen tegen de leer van ds. W. Pieters zijn bij mij voor elk belijdend lid ter inzage. Neem er nota van, want de ere Gods en uw eeuwige belangen staan op het spel. Als u erover wilt komen praten, is dat goed, maar dan wel graag vanuit deze geloofsbevinding: "Ik leef, maar niet meer ik, maar Christus leeft in mij..."

Ook moet ik zeggen dat dit 'afval probleem' niet alleen in Springford zich aan het voltrekken is, in bijna alle rechtzinnige gemeenten heeft men de leer van de rechtvaardiging van de goddeloze en van de plaatsbekleding van Christus volledig verloochend en de bevinding ervan verraden. De zogenaamde 'kenmerkenleer' is ervoor in de plaats gekomen, met al de verwoestende gevolgen van dien.

Middels deze brief klaag ik ds. W. Pieters en zijn kerkenraad aan, omdat zowel ds. Pieters als zijn kerkenraad een neonomiaanse dwaalleer legaliseren, hetwelk een verwoestende uitwerking heeft op de gemeente en waardoor ook Gods volk verdeeld is tot op het bot, op een enkele uitzondering na. Wat ik onder neonomiaans versta, kunt u lezen in het boekje: "HET HANDSCHRIFT UITGEWIST"

1. Na de laatste stemmingsvergadering is duidelijk gebleken welke koers u wilt varen in de benoeming van dhr. J. Bos als ouderling, die inmiddels zijn benoeming heeft aanvaard. Springford heeft duidelijk afstand genomen van de leer waarmee de Kerk staat of valt, namelijk de leer van de rechtvaardiging van de goddeloze en de leer van de allesomvattende plaatsbekleding van Christus.

Hoewel ik niet wens te oordelen over iemands hart, is de benoeming van dhr. J. Bos geheel onbijbels. De Heilige Geest, bij monde van de apostel Paulus, verbiedt zelfs dat er nieuwelingen in de genade als ouderling gekozen worden (1 Tim. 3:6 + kanttekeningen). Ik heb dhr. J. Bos op de mannenvereniging leren kennen, maar van de leer der Reformatie -de rechtvaardiging van de goddeloze- en de bevinding daarvan, bleek deze man geheel vreemd, terwijl elk kind van God geloofskennis heeft aan de oude mensdood (Galaten 2:19) en Christus kent als het Einde van de Wet.

De zoveelste blinde zal de blinden gaan leiden, met als gevolg dat beiden in de gracht zullen vallen. 't Is onderhand al een heel godsdienstig gespartel in de gracht van Springford. Eén en ander is een gevolg van de neonomiaanse prediking van ds. W. Pieters, ondanks dat wij ontelbare malen door middel van gesprekken, brieven en e-mails hem erop gewezen hebben dat in zijn prediking de bijbelse separatie ontbreekt nl. om het kostelijke van het snode te onderscheiden. Ten aanzien van het Heilig Avondmaal is het hek helemaal van de dam. Begerige mensen -die geloofsbevindelijk vreemd zijn aan Christus- worden zalig gesproken. De bannen die er in de gemeente zijn worden niet uitgedelgd, met als gevolg dat de Geest is gaan wijken en men de letter houdt voor de Geest en andersom. De kracht der dwaling die God u gezonden heeft, wordt bijgevolg geloochend, het levende Kind vervolgd en horizontalisme en kerkpolitiek vieren hoogtij. Het gonst van activiteiten op het kerkerf en er is bijna geen avond onbezet, terwijl de gemeenschap der heiligen daarin geheel ontbreekt. Het laatste heeft men ingewisseld voor potluck-dinners en wat dies meer zij, om toch nog wat gezelligheid op de brede weg des verderfs te organiseren.

2. De prediking van ds. W. Pieters is een aaneengesloten vermenging van Wet en Evangelie. Dat feit is al in Nederland gebleken toen ds. Pieters een schandelijk artikel over het huwelijk in het Reformatorisch Dagblad van 16 oktober 1999 publiceerde, waarin hij een onbijbelse scheiding van het huwelijk profileerde ten koste van het kruisdragen en lijden van een christen en daarmee de weg effende voor 'reformatorische' hoererij (zie: Matth. 5:32; Mathh. 19:9; Mark. 10:11-12; Luk. 16:18). In dat krantenartikel beweerde ds. Pieters dat de Wet niet zo absoluut is zoals in de Bijbel is weergegeven, ook niet ten aanzien van de huwelijksscheiding. Ik heb die schurkachtige dwaling in het boekje: "ZIJN TROUW AAN ISREL NOOIT GEKRENKT" weerlegd. U kunt een gratis exemplaar bij mij verkrijgen. Veler ogen zijn middels dit boekje opengegaan en de oplage van 2500 stuks is reeds tot de bodem geslonken.

Als predikant heeft ds. Pieters zich helaas geprofileerd als een biblicist (iemand die de bijbel letterlijk uitlegt), maar die de geestelijke betekenis van de Schriften niet verstaat, laat staan dat hij die uit kan leggen naar de zin en mening des Geestes. Van elke predikant mogen we eisen dat hij naar de zin en mening des Geestes preekt, ook al hebben we naar God toe nergens recht op. Gód heeft er evenwel recht op en daarom schrijf ik deze brief. Ook is ds. W. Pieters' manier van catechiseren, waarin hij de jeugd alleen maar letters in het hoofd stampt, zielsvermoeiend. Als er kinderen naar de geestelijke betekenis van de vraag vragen, of naar de (zijn) bekering, staat de wagen stil, of hij belooft erop terug te komen, wat echter nooit gebeurt. Juist voor de belijdenis-catechisanten is dat een frustratie. Zijn manier van catechiseren bestaat alleen uit letterwerk en uit het hoofd leren en als zijn leerlingen de vragen goed kennen, klapt hij in zijn handen van plezier. Over hun ziel en zaligheid bekommert hij zich op generlei wijze. Voor wezenlijke geloofsvragen zijn de belijdenis-catechisanten bij hem aan het verkeerde adres.

In het verleden heb ik bepaalde -door hem uitgegeven catechisatielessen- weerlegd, als zijnde een dwaling en ongereformeerd (bij mij ter inzage), maar -volgens zijn zeggen- had ik hem verkeerd begrepen. Ongeveer hetzelfde zei Arminius destijds tegen Gomarus, maar zulke ironie kunnen mijn kleine kinderen zelfs inschatten. Ik doe geen poging de kerk te redden, want voor de gevestigde kerk bestaat er geen hoop, volgens de gelijkenis van het grote avondmaal, die ik in het boekje: "OPDAT MIJN HUIS VOL WORDE", verklaard heb. Nochtans ben ik krachtens het ambt aller gelovigen verplicht u in aller tegenwoordigheid te wijzen op het feit dat in de RCA-gemeente van Springford de waarheid van het Evangelie al jaren in het geding is. Paulus wederstond zelfs Petrus in zijn aangezicht toen hij met de Joden veinsde en zolang God mij de genade geeft zal ik degenen die God op mijn weg plaatst wederstaan die de waarheid van het Evangelie profaan in het geding durven brengen. Ons gaat het er niet om om woorden op een goudschaaltje te wegen, want wie zal volmaakt zijn in woorden? Het gaat hier niet om kinderachtige dingen, maar om het wezen van de bijbelse geloofsleer én de bevinding daarvan...!

Na ettelijke malen ds. Pieters gewaarschuwd te hebben voor zijn repeterende dwalingen, echter zonder enig resultaat, gebiedt Gods Woord mij hem te bestraffen in aller tegenwoordigheid (Gal. 2:14 - 1 Tim. 5:20). Ds. Pieters is lang genoeg gewaarschuwd en nu gaat dan de kogel door de kerk. Ds. Pieters loochent met zijn mond niet de objectieve waarheid van de gereformeerde belijdenis, maar in de prediking dwaalt hij fundamenteel in de toepassing ervan, vooral ten aanzien van de leer van de rechtvaardiging van de goddeloze, de leer waarmee de Kerk staat of valt. Derhalve dwaalt ds. P. ook fundamenteel in de leer der heiligmaking. Hoewel ds. Pieters de rechtvaardiging als het begin van het leven der genade erkent, heeft hij nog nooit, in niet ene preek(!), bevindelijk verklaard hoe een verloren ziel gerechtvaardigd wordt voor God. Rechtvaardigmaking is voor ds. Pieters een zaak voor de begerige en zoekende mens, maar het goddelijk rechtsgeding, waarin een goddeloze de gerechtigheid van Christus uit loutere soevereine genade ontvangt en daarmee vergeving van zonden, is volledig zoek in zijn prediking. Onder de prediking van ds. Pieters kun je honderd jaar worden, zonder ooit aan je eind te komen, zonder ooit afgesneden te worden, zonder ooit aan de Wet der Wet te sterven. Als we niet aan het einde komen van ons bestaan aan deze zijde van het graf, zal blijken dat we Christus niet kennen als het Einde der Wet en ook niet door Hem gekend zijn in de dag der dagen.

Zoals gezegd: ook ten aanzien van het leven der heiligmaking is ds. Pieters volstrekt wettisch met zijn doe-het-zelf-leer. Heiligmaking is in de eerste plaats Christus VOOR ons, en ten aanzien van het leven des geloofs is het een werk des Geestes en ook daaraan komt geen mens te pas. Volgens ds. Pieters is de gelovige 'door genade(!)' in staat zijn eigen heiligmaking uit te werken en daarin op te wassen, waarbij hij de Wet aanwijst om berouw te verkrijgen. Te bizar voor woorden! In mijn boekje "HET HANDSCHRIFT UITGEWIST" leer ik op grond van Gods Woord dat het geloof en de liefde in de wedergeborenen zonder de aandrijvingen van de Heilige Geest niet eens beoefend kunnen worden. Dat leert ds. Pieters met zijn roomse ingestorte kwaliteitenleer duidelijk niet, en dat, terwijl Christus zegt dat we zonder Hem NIETS kunnen doen, dus ook niet bidden, niet geloven en niet liefhebben.

Als daarbij ook nog eens de afval der heiligen geleerd wordt vanaf de preekstoel -in een recente preek waarin ds. Pieters beweerde dat als David geen berouw zou hebben gehad over de zonde met Bathseba, hij in zekere zin verloren geweest was- dan is voor mij het boek definitief uit! Wat ds. Pieters aan veronderstellingen bezigt, is totaal onschriftuurlijk. Ten aanzien van Mattheüs 13:58 leerde ds. Pieters in een bepaalde preek een machteloze Jezus die slechts menselijke woorden sprak. Zo'n 'jezus' ken ik echter niet; Die ik ken spreekt altijd als Machthebbende overal en altijd.
Het is niet mijn bedoeling alle controversiële zaken die ik met ds. Pieters gehad heb in deze brief uit te werken. Dan zou het een complete bibliotheek worden. Ik wil u slechts wijzen op het feit dat we allen naar de rechterstoel van Christus reizen en rekenschap moeten afleggen van ons rentmeesterschap. Ook deze brief komt terug op de dag der dagen.

Zolang ik lid ben van een bepaalde kerk, ben ik medeverantwoordelijk voor de leer die aldaar geleerd wordt en ik wens Christus niet te verloochenen door het zwijgen ertoe te doen en mijn geweten omwille van predikanten- en kerkenraadsvlees te belasten. Dat ouderlingen, diakenen en vele avondmaalgangers dat wel kunnen, is mijn zaak niet, een ieder ziet maar toe. Ik word door het gros belijders als "een moeilijke man" gezien, en dat ben ik ook, vanwege het feit dat Christus doorlopend verloochend wordt en zelfs verraden, maar ik zal u zeggen dat Christus een onmógelijke Man was voor de toenmalige refo's, vandaar dat al die 'gemoedelijke' kerkgangers Hem naar de steilte sleepten om voorgoed van Hem af te zijn. "Maar Hij, door het midden van hen doorgegaan zijnde, ging weg." En zo de Meester zo Zijn kinderen en knechten.

De controversiële zaken die ik met ds. Pieters gehad heb gaan niet over bijzaken, maar zijn fundamentele zaken. Het is dus geen spelletje, maar een zaak van leven of dood. Terwijl de duivel rondgaat als een briesende leeuw, zoekende wie hij zal kunnen verslinden, zit ds. Pieters een beetje op mussen te schieten, als u begrijpt wat we daarmee bedoelen. Ook wil ik u wel mededelen dat ik nooit in deze godsdienstige area heb willen wonen, maar het heeft God goed gedacht mij hier te plaatsen en wel midden in een RCA-sanhedrin. Ik had er absoluut geen zin in, want ik wist van tevoren wat er komen zou. Dat had de Heere me al bekendgemaakt. Dat hierin mijn zin en wil mag vergaan, opdat Gods wil alleen zou bestaan.

Ik heb Bert van Ittersum destijds al gewaarschuwd voor de leer van ds. Pieters, nog voordat ds. Pieters een beroep kreeg, maar de kerkenraad meende toch dat Springford ds. Pieters moest beroepen. In de loop van de achterliggende tijd zijn verschillende kinderen van God erachter gekomen waarvoor ik vanaf het begin al gewaarschuwd heb. Het argument van ds. Pieters om bij hem te komen om hem van zijn dwalingen te overtuigen, is al meerdere malen geschiedt, maar ds. Pieters doet net alsof hij nog nooit overtuigd is geworden en niemand bij hem geweest is.

Deze kwestie betreft dus geen zaak tussen twee broeders, maar is een openbare zaak en dient -volgens de bijbelse kerkorde- in het openbaar bestraft en beleden te worden. We hebben al te lang met u in het verborgen gehandeld, ds. W. Pieters, maar u verhardt zich eronder. Een kwalijke zaak! Ook het argument van ds. Pieters om met de klachten over zijn prediking naar de classis te gaan en vervolgens naar de synode, is hetzelfde zeggen als onze klachten over zijn prediking met de paus te bespreken. Immers, the most famous minister of the RCA, dr. Robert Schuller, zegt letterlijk: "I cried through most of the mass, because there was NOTHING that pope John Paul II during his visit to Los Angeles has said in words or in theological content that didn't harmonize with my own belief system." Derhalve heeft de RCA met de kerk der Reformatie niets uit te staan. Het is op z'n best gesproken slechts een geseculariseerde kerkdenominatie met een pauselijke synode en overwegend bezet met valse leraars.

U zult wellicht vragen: "Wat doet u dan nog in die kerk?"
Antwoord: Omdat God me hier geplaatst heeft om van Gods recht en de genade in Christus te getuigen, temidden van een krom en verdraaid geslacht, met de gedurige inleving onreine lippen te hebben, om gedurig te leven van de genade die in Zijn lippen is uitgestort.

Ik eindig met hartelijke instemming met een citaat uit het commentaar van dr. Maarten Luther op de Galatenbrief, waarin hij o.a. schrijft op Galaten 5:9: "Wij zijn zeker bereid met allen vrede en liefde te bewaren, als zij slechts ongeschonden en onaangetast de leer van het geloof laten. Als wij dat niet kunnen krijgen, dan vragen zij van ons vergeefs liefde. Vervloekt zij die liefde, die ten koste van de leer van het geloof verkregen wordt, waarvoor toch alles moet wijken, de liefde, de apostel, de engel uit de hemel enz."
Verder schrijft Luther op Galaten 5:10: "...maar die u ontroert, zal het oordeel dragen, wie hij ook zij." Paulus wil zeggen: waarom luisteren jullie toch naar deze verderfelijke mensen, die jullie niet onderwijzen, maar verwarren? De leer die zij brengen is niets anders dan verwarring van de gewetens. Daarom, hoe aanzienlijk ze ook mogen zijn, zij zullen hun straf niet ontlopen. Uit de woorden 'wie hij ook zij' kan men besluiten, dat de valse apostelen voor het oog zeer goede en heilige mannen zijn geweest, ja misschien was onder hen wel een uitstekende leerling van de apostel, met een grote naam, een man van autoriteit. Niet voor niets gebruikt de apostel Paulus zulke grote en veelbetekenende woorden. Het lijdt ook geen twijfel, dat door deze heftigheid van de apostel velen diep beledigd werden en dachten: waarom doet Paulus afbreuk aan de liefde? Waarom is hij zo hardnekkig in een zo onbelangrijke kwestie? Waarom spreekt hij zo regelrecht het vonnis uit, dat hen tot eeuwige verdoemenis veroordeelt, die toch op dezelfde manier dienaren van Christus zijn als hijzelf? Paulus laat zich door zulke bezwaren niet tegenhouden, ja met alle stelligheid vervloekt en verdoemt hij degenen, die aan de leer van het geloof afbreuk doen, al mogen ze voor het oog ook nog zulke heilige, geleerde en achtenswaardige mannen zijn."
(Einde citaat).

Uw heilzoekende medereiziger naar de eeuwigheid, G.P.P. Burggraaf


http://www.derokendevlaswiek.nl