|
VLAMMEND GETUIGENIS VAN THEODORUS VAN DER GROE MET NAME TEGEN DE HUIDIGE REFO-HOMO-AANVAARDING, PELAGIAANSE KETTERIJEN EN DE ALGEHELE AFVAL VAN GODS WOORD !
3 preek-fragmenten van Theodorus van der Groe met name t.a.v. de sodomitische homo-aanvaarding door alle huidige refo-kerken en predikanten !
Fragment uit biddagpredikatie uit Jesaja 6:8-11: "En nu moet ik onwaardig ellendig man eindelijk, in de Naam van de Heere der heirscharen, evenals de profeet Jesaja, mijn droeviger last en commissie over u allen, die hier tegenwoordig bent, en die hier niet tegenwoordig zijn, openen. En ik moet u het schrikkelijk vloekvonnis van de hoge almachtige God aanzeggen en bekend maken. Dat Hij reeds voor jaar en dag op Nederlands staat en kerk en volk gelegd en vast verzegeld heeft. Datzelfde heilige verdervende vloekvonnis, dat Hij tevoren op het ongehoorzame Joodse volk gelegd heeft en dat nu nog heden op hen rust, en dat wij u geopend en verklaard hebben. O, datzelfde vloekvonnis heeft de Heere, de Rechter van de gehele aarde, over het boze volk van Nederland nu ook openlijk uitgesproken, in Zijn heet grimmige toorn, die tot verderven toe zou branden, en niet zal uitgeblust worden. Het is het rechterlijk Goddelijk oordeel van dodelijke satans blindheid en verharding dat God nu op ons land en kerk gelegd, en waartoe Hij al het goddeloos en huichelachtig volk nu verwezen heeft, zonder aanzien van staat, of sekte, of ouderdom. O, ik moet nu ook heen gaan, als de gezant en dienaar van de Heere; en moet nu ook tot dit volk zeggen: horende hoort, maar verstaat niet; en ziende ziet, maar merkt niet. En helaas, Het moet hier ook bij geen bloot zeggen blijven, of bij een woordelijk profeteren, in de Naam van de Heere. Maar ik moet het schrikkelijk onuitsprekelijk oordeel, dat alle andere straffen en verdervende oordelen insluit, in de kracht van de hoge almachtige God, ook werkelijk en onlosmakelijk vast maken op Nederlands boze volk. Ik moet het hart van dit volk nu ook vet maken, en hun ogen sluiten; opdat het, van voorheen, en van deze dag af aan, met zijn ogen niet meer zie, met zijn oren niet hore, noch met zijn hart van God en Zijn eeuwige waarheid, iets meer gelove of versta. Ik moet dit boze ondankbare goddeloze en huichelachtige volk, dat de Heere zijn God zo verlaten en vertoornd heeft, elke weg van ware oprechte bekering en genezing, behoudenis en zaligheid, nu voor eeuwig geheel afsnijden, en hun alle hoop daarvan benemen; men noemt hen een verworpen zilver; want de Heere heeft ze verworpen, Jer. 6:30. O, dit heilig oordeel van God, dat ik daar nu in Zijn Naam over ons land en kerk heb uitgesproken, en werkelijk op die beiden vast gemaakt, is zo onmetelijk groot en zwaar, dat ik van al de mindere oordelen die de Heere sedert de laatste biddag zo veel en zo ontzaglijk over ons gebracht heeft, nu niet zal spreken. O Nederland! O, rampzalig rebellerend volk! Deze dag is voor u de dag van Gods toorn en vloek, en de dag van de wraak van 't heilig, en geschonden en verlaten verbond! Dit zal land en kerk gewaar worden!
Want nu zal ook het oordeel van de verwoesting over u volgen, helaas, helaas, Als mijn benauwde bezwijkende ziel nu ook weer moedig en ootmoedig met de profeet wil vragen: Hoe lang, Heere? Hoe lang? Ziet, dan antwoord mij de Heere ook uit Zijn heiligden: totdat de steden verwoest worden, zodat er geen inwoner zij; en de huizen, dat er geen mens zij, en dat het land met verwoesting verstoord worde. O volk van Nederland! Schikt u, dan nu ook, om uw God te ontmoeten, Amos 4:12. En drijft de spot niet langer, opdat uw banden niet vaster gemaakt worden. Want ik heb van de Heere der heirscharen gehoord een verdelging; ja een die vast besloten is over het gehele land, Jesaja 28:22.
1. Nu is de Heere met Zijn Geest van ons geweken; en is 't land uitgegaan.
2. Nu is er een boze geest van de satan van de Heere uitgezonden, om over het atheïstische volk te heersen.
3. Nu zullen zij bijbel en godsdienst nog een korte tijd behouden, om er hun tijdelijk en eeuwig verderf door te bezwaren en te verhaasten.
4. Nu zullen de onbegenadigde leraars druk voort prediken, zonder God te kennen, en zal er nu een vloek liggen in al de middelen van de genade, dat zij geen vrucht meer zullen doen en geen zegen meer zullen hebben.
5. Nu zal die vloek ons land en kerk geheel vernielen en verteren, en alles doen te gronde gaan.
6. En eindelijk zal dan ook God, de Almachtige komen, de Rechter van de gehele aarde, met een schielijke onverwachte watervloed en stormwind, waar Zijn geduchte waarschuwingen nu al van zijn voorafgegaan. Of met een vreselijke en geweldige heirmacht om het land met verwoesting geheel te verstoren en er Zijn gehele toorn en grimmigheid over uit te storten, en niemand van de zondaren te verschonen. O, die dag komt, die verwoestende dag nadert, en haast zich, brandende als een oven. Dan zullen alle hoogmoedigen, en al wie goddeloosheid doet, of wie huichelarij bedrijft, een stoppel zijn, en die toekomstige dag zal ze in vlam zetten, of in de vloed indompelen, zegt de Heere der heirscharen, Die hun noch wortel noch tak laten zal, Mal. 4:2."
Fragment uit biddagpredikatie uit Jeremia 45:2 -4: "Het is nu vooreerst genoeg dat de vloek ons en het land verteert; en dat zelfs in de vrede de verwoester ons overkomt. En wat onze kerkstaat belangt, wie kan uitdrukken of voorstellen, wat een afbreuk de Heere daar almede aan gedaan heeft, in 't verleden jaar?
(1) Hij is nu al weer veel verder met Zijn Geest en genade van ons geweken; waardoor alles nog al dieper is gezonken in huichelarij, goddeloosheid en lauwe geesteloosheid.
(2) De Heere breekt alle werk van krachtdadige en waarachtige bekering onder 't volk af.
(3) Hij breekt Zijn kandelaar af, latende de gemeenten meest overal tot dode geraamten vervallen.
(4) Hij breekt Zijn heilige Waarheid af, die van dag tot dag ter neer valt, en struikelt op de straten, terwijl de dwalingen de overhand nemen.
(5) Hij breekt de discipline (tucht) af, die onbeschrijfelijk nu vervallen is, en òf in 't geheel niet meer, òf zeer slap geoefend wordt.
(6) Hij breekt het Goddelijk gezag van de leraars af, die nu zonder vrucht arbeiden, algemeen veracht worden, en ook zelf diep bedorven zijn.
(7) In één woord, de Heere breekt het in de kerk alles af, zonder onderscheid. Hij laat een geheel heilloos werelds en atheïstisch wezen onze hervormde kerk nu als overstromen. De vijanden van onze belijdenis verheffen zich tegen ons veel meer dan ooit tevoren, en lasteren en mishandelen en bespotten onze heilige godsdienst, zonder dat er iets van hogerhand met nadruk tegen gedaan wordt. Het vloeit bij ons nu over van de gruwelijkste libertijnse en atheïstische boeken en schriften, die alle gronden van waarheid en godsdienst schrikkelijk ondermijnen en aantasten, om al het volk nog veel snoder en bozer te maken, dan zij reeds zijn. Och, wiens ziel moet hier niet smelten en wegdruipen van bittere rouw en droefheid? En ziet, nevens dit afbreken van 't gebouwde, is de hoge God nu ook werkzaam bezig, met uit te rukken hetgeen Hij geplant heeft. Hij rukt onder ons uit."
Fragment uit biddagpredikatie uit Amos 8:9 -12: En hieruit ontstaat en komt nu die schrikkelijke en onuitsprekelijke zonden-vloed, die ons gehele land en volk, wijd en zijd, als overstroomd, en waar geen stuiten of keren nu meer aan is. O, dit alles komt daaruit, dat wij 't waarachtige Woord, en de heilige dienst van God verworpen hebben.
1. Hier vandaan die dodelijke blindheid en onwetendheid van ons gereformeerde volk, van groten en kleinen, van geestelijken en wereldlijken. En dat men wel tevreden is met een dode, geesteloze en onheilige woord- en letterkennis, waarmee men in de zonde blijft leven.
2. Hier vandaan al die vleselijke wanbegrippen, dwalingen en valse leringen, aangaande de boete en overtuiging van zonden; de leer van de wet, de beloften van het Evangelie; de aard en 't wezen van het geloof; en omtrent de rechtvaardigmaking, en wedergeboorte, de heiligmaking, 't gebed, 't bevindelijk werk van de Geest, en alle andere zaken van de heilige leer; nevens zo vele verdraaide en valse uitleggingen van de Heilige Schrift, van onze catechismus, en de andere formulieren van de leer.
3. Hier vandaan zoveel twisten en verdeeldheden, scheuringen en partijschappen in onze kerk. Ook thans over een verderfelijke pelagiaanse orde des heils, tot verwoesting van onze gereformeerde leer.
4. Hier vandaan die algemene afkeer en walging van 't oude, en die schurftige jeukerigheid naar allerhande nieuwigheden.
5. Hiervan al die haat en lastering van, en tegen de weinige getrouwe voorstanders van onze heilige waarheid.
6. Van hier die gruwelijke en geweldig doorbrekende atheïsterij, naturalisme, indifferentisme, en de openlijke bespotting van onze heilige religie; met al die vervloekte pogingen, om 't heidendom nu weer onder ons in te voeren.
7. Vanhier die algemene lauwheid, dodigheid en geveinsdheid van de gereformeerde belijders, die God maar eren met de lippen, maar hun harten ver van Hem doen.
8. Vanhier al die gepleisterde bekeringen; dat nabij-christendom, waarin men God en de wereld beide wil dienen; en al dat gepraat van de Goddelijke dingen, zonder hart, zonder licht, en zonder Geest.
9. Ja hier vandaan al die profaniteit en gruwelijke ongerechtigheden en goddeloosheden, en schaamteloze verachting van Gods allerheiligste geboden, waar 't gereformeerde volk nu in leeft, en 't land onder verzinkt. Want van degenen, die buiten ons zijn, zal ik nu niet spreken.
10. Hier vandaan die uiterste heidense weelde, pracht, hovaardij, vreemde kleding, en onbeschrijfelijke ijdelheid; ongeregeldheid en goed, en geldverkwisting, waar alles nu onherstelbaar door ten gronde gaat.
11. Nevens duizenderlei snode oneerlijkheden, bedriegerijen, kwade praktijken en onrechtvaardigheden, om zich staande te houden.
12. En in één woord, vanhier 't dodelijk verval en verderf van land en kerk, en van al onze zaken. O, dat komt en ontstaat alles, omdat wij Gods Woord en heilige dienst verlaten en verworpen hebben."
KLIK OP DE AFBEELDING, OF OP DE KLIK HIER LINK TER INZAGE COMPLETE PDF-BESTAND 'BIDDAGPREDIKATIES' VAN DS. TH. VAN DER GROE.
|
|