|
|
VALS-EXEGETISCHE EN ALLEGORISCHE TWEE-VOORBIJGANGEN-PREEK VAN DS.G.H.KERSTEN-PAPEGAAI, GG-DS. G. VAN MAANEN, OVER EZECHIEL 16:6-8, MET GODS WOORD ONTMASKERD EN ALS EEN GRUWELSTUK VERWORPEN
Klik hier
| |
|
|
VALS-EXEGETISCHE EN ALLEGORISCHE TWEE-VOORBIJGANGEN-PREEK VAN DS.G.H.KERSTEN-PAPEGAAI, GG-DS. G. VAN MAANEN, OVER EZECHIEL 16:6-8, MET GODS WOORD ONTMASKERD EN ALS EEN GRUWELSTUK VERWORPEN
Inzender: Bij ons in de Ger. Gem te Tholen kwam gisterenavond (13-5-2020) ds. G. van Manen van Elspeet. Hij preekte over Ezechiel 16:6-8.
Thema van de preek: "De eerste en de tweede voorbijgang", n.a.v. drie punten: 1. De levendmaking (eerste voorbijgang) 2. Opwas en ontdekking 3. De tijd der minne (tweede voorbijgang)
Dezelfde preek had hij die zondag ervoor ook in Elspeet uitgesproken zag ik. Die preek staat ook op de website van de GG van Elspeet: https://ggelspeet.nl/?page_id=7 De preek heb ik ook in een bijlage toegevoegd. Maar nu stelde hij de eerste voorbijgang als de wedergeboorte (heel terecht natuurlijk), maar ds. Van Maanen verklaarde de wedergeboorte volgens de dwaalleer der Afscheiding. En toen bij het tweede punt ging het over de opwas in de kennis van Christus (en dit geschiedt voor de rechtvaardigmaking) met tegelijkertijd steeds meer ontdekking van de verdorvenheid van het hart. Hij zei wel veel ware dingen, zoals "dat er voor iedere openbaring van Christus een onmogelijkheid aan vooraf gaat" en dat je het anders nog wel na mag kijken. En toen met het derde punt ging het over de tijd der minne, wat volgens hem de rechtvaardigmaking is. Ook over de rechtvaardigmaking zei het vele mooie dingen. En ik denk dat hij het zelf ook wel mag kennen. Maar gaat het daar ook over de rechtvaardigmaking? De eerste voorbijgang is toch de rechtvaardigmaking en de wedergeboorte?
Nu mijn vraag: Kunt u een schriftuurlijke uitleg geven over de eerste en de tweede voorbijgang? En misschien wilt u ook wat uit uw eigen leven daarvan vertellen. Ik hoop dat u er iets over wilt zeggen, als u dat tenminste wilt en er tijd voor hebt.
----------------------------------------------------
Antwoord: In Ezechiel 16 wordt de biografie en de afgoderij van het Joodse volk in grote stappen getekend en Ezechiel is geroepen om de gruwelen en de adams-afkomst van Jeruzalem openbaar te maken. Het afhoererende Joodse volk wordt vergeleken met een pasgeboren female-infant, die te vondeling is gelegd in het open veld, gelijk geschreven staat in vers 4 en 5. Toen het volk Israel was uitgebroken in menigte in het land Goosen, en als volk tot haar uiterlijke volwassenheid was gekomen, werd zij door de Egyptenaars onderdrukt en ontbloot (Ezechiel 16:7), onder een Farao die Jozef niet gekend had en toen was het volk zonder koning, aangezien Jozef was gestorven. Die historische ontbloting van het volk Israel, zoals getekend in vers 7, wordt door Van Maanen bizar vergeestelijkt, wat gelijk staat aan pure Schriftverkrachting! Er is niet 1 kind van God die na de wedergeboorte nog ontbloot is en gerechtvaardigd moet worden, terwijl de Afscheiding dat refobreed wel leert en zich niet laat corrigeren door Gods Woord, omdat de Afscheiding NOOIT zuiver zal leren, aangezien zij is afgescheiden van de Kerk der Reformatie en afgescheiden is van de leer der Reformatie. Een van God verworpen kerkverband dus en dat geldt nu alle refokerken, omdat zij geen planting Gods zijn en dus uitgerukt zullen worden (Matth. 15:13). Het volk Israel was uitermate door God gezegend, maar het is zodanig van God afgehoereerd, dat de babylonische wegvoering het strafgevolg daarvan was. De grote historische stappen die in Ezechiel 16 worden gemaakt, wordt door weinigen verstaan en de Afscheiding gaat ermee op de allegorische toer, met grootschalig zielsbedrog als gevolg.
Vanzelf is er een geestelijke strekking uit Ezechiel 16:6, 8 en 9 te verklaren, dat handelt over de rechtvaardiging van de goddeloze, de wedergeboorte en zalving des Geestes, maar de zielsmisleidende vals-exegetische invulling die valse leraar, Van Maanen, aan de verzen 6-8 geeft, is volledig uit de fictieve duim der Afscheiding gezogen. Die bekende ketterij der Afscheiding heeft met de bijbelse leer van de rechtvaardiging van de goddeloze, NIETS te maken. Zielen die zich door dit soort tovenaars -als Van Maanen- laten leiden, zullen eeuwig bedrogen uitkomen!
Ik heb de preek van ds. G. van Maanen niet geheel beluisterd, want zijn gekakel was niet om aan te horen en het was kwa exegese de bekende Schriftverkrachting der Afscheiding die we met tal van artikelen, preken en boeken uitgebreid hebben weerlegd op de website. Van Maanen preekte als een overspannen kip en het klonk alsof zijn keel dichtgeknepen was. Ik ken die kerkpolitieke toneelspelers onderhand wel, gelijk geschreven staat: "Willende leraars der wet zijn, niet verstaande, noch wat zij zeggen, noch wat zij bevestigen", 1 Tim. 1:7. Ds.G.H.Kersten-papegaai, Van Maanen, heeft geen kennis aan de rechtvaardiging van de goddeloze en is noch van God geroepen om het Woord te preken, aangezien hij Christus in stukken snijdt met zijn vals-exegetische en allegorische onheilsleer, zoals alleen de valse leraars en de huurlingen dat doen.
Van Maanen preekt, zoals de voorgangers in de Afscheiding allemaal doen, allegorisch en biblicistisch en hij bezong het bekende stappenplan der Afscheiding, dat kwa leer volledig in strijd is met de leer van Christus. Gods Woord zegt dat zulke overtreders van de leer van Christus God niet hebben (2 Joh. 1:9). Het boek Ruth en de geschiedenis van Jozef worden door de Afscheiding ook geheel verallegoriseerd en vergeestelijkt en de geestelijke strekking ervan vervalst. Spotboef Van Maanen beweert in zijn preek dat Ruth nog onder de vloek lag toen zij verkeerde op de akker van Boaz, hetgeen pure blasfemie is, aangezien Ruth al in Moab als een goddeloze gerechtvaardigd en tot het geloof gekomen was, zoals dat duidelijk tot uitdrukking komt in haar heerlijke geloofsgetuigenis op de grensovergang van Moab en Israel, dus nog voordat zij Boaz kende, maar dat geloofsgetuigenis van Ruth leggen de allegorische tovenaars valselijk uit als zijnde een wens die nog in vervulling moet gaan, en dat leren zij, omdat ze er zelf geen kennis hebben aan hetgeen Ruth getuigt vanuit de geloofsbevinding der zaken, zeggende: "Val mij niet tegen, dat ik u zou verlaten, om van achter u weder te keren; want waar gij zult heengaan, zal ik ook heengaan, en waar gij zult vernachten, zal ik vernachten; uw volk is mijn volk, en uw God mijn God. Waar gij zult sterven, zal ik sterven, en aldaar zal ik begraven worden; alzo doe mij de HEERE en alzo doe Hij daartoe, zo niet de dood alleen zal scheiding maken tussen mij en tussen u! Ruth 1:16-17. Terzake: In Ezechiel 16:6-8 is er absoluut geen sprake van "twee voorbijgangen", zoals Van Maanen dat wel suggereert, aangezien de zinsnede uit vers 8 "Als ik NU bij u voorbijging" een uitgebreide herhaling is van de gelijkluidende zinsnede uit vers 6. Van Maanen preekt volstrekt ontheologisch en past de exegese van Gods Woord volledig aan, aan het zielsbedrieglijke en godslasterlijke stappenplan van de Afscheiding, waarin de (veronderstelde) wedergeboorte en de rechtvaardigmaking uiteen getrokken worden, ja, omdat ze er anders zelf buiten vallen! In het kader van de waarachtige bekering en wedergeboorte geschiedt ALLES ter zaligheid in die ENE voorbijgang van Christus, zoals die in vers 6, vers 8 en 9 staat beschreven en volledig overeenkomt met de apostolische heilsleer en met het geloofsgetuigenis van de bijbelheiligen, waarvan ook Jakob te Bethel getuigenis geeft.
Te Bethel is Jakob door God gevonden en gerechtvaardigd (Hosea 12:5b), gelijk de female-infant-vondeling in Ezechiel 16:6 door Christus gevonden en wedergeboren is, liggende op het vlakke des velds, vertreden in haar geboortebloed. Daar is dus geen sprake van twee voorbijgangen in het kader van de wedergeboorte, gelijk ook Jakob niet twee keer te Bethel gerechtvaardigd is en Paulus niet twee keer in de Rechte Straat met God verzoend is geworden. Die ene zaligmakende voorbijgang van Christus wordt wel keer op keer BEVESTIGD in het genadeleven, gelijk ook Jakob te Pniel heeft ondervonden in het kader van de tweede bekering, hetwelk niet slechts een bevestiging is van Bethel, want daar is Jakob ook bedeeld met de gave en de zalving des Geestes, zoals ook beschreven staat in Ezechiel 16:9b, hetwelk staat in het kader van het heilsfeit van Pinksteren. Bethel en Pniel zijn typen van de eerste en tweede bekering (Luk. 22:32). Bethel staat in het kader van het heilsfeit van Pasen en Pniel staat in het kader van het heilsfeit van Pinksteren en soms valt de Kerk Pasen en Pinksteren op 1 dag ten deel in de toepassing des harten, gelijk we ook zien bij de 3000 bekeerlingen op de Pinksterdag die tegelijk met de vergeving der zonden en de gave des Geestes bedeeld werden. Als je weten wil hoe de Heere het ondergetekende geleerd heeft, klik dan op de afbeelding ter inzage van een nadere verklaring van Bethel en Pniel als typen van de eerste en tweede bekering in het kader van Pasen en Pinksteren, hetgeen echter niets te maken heeft met "de twee voorbijgangen" in het kader van de veronderstelde wedergeboorte der Afscheiding, zoals Van Maanen dat leert volgens het bekende allegorische stappenplan van de eigenwillige godsdienst.
Valse leraar Van Maanen zegt dus helemaal geen mooie dingen over de rechtvaardigmaking, aangezien hij de wedergeboorte en de rechtvaardigmaking uit elkaar trekt, ofwel en Christus in stukken snijdt. Zoals bekend leert heel de Afscheiding, inclusief OGG-ds. A. Kort, inclusief de HHK, de ingebeelde rechtvaardiging van de gelovige, waarbij de ziel op grond van zijn geloof moet concluderen dat hij gerechtvaardigd is, terwijl God uitsluitend de goddeloze rechtvaardigt in de toerekening van de gerechtigheid van Christus, ofwel vrijspreekt van schuld en straf op de stem van de Zoon van God (Joh. 5:25), gelijk ook geschreven staat in vers 9: "Daarna* wies Ik u met water, en Ik spoelde uw bloed van u af, en zalfde u met olie." * "Daarna" moet zijn: "toen", of "destijds", maar de bijbelse grondtalen, het Hebreeuws (OT) en het Grieks (NT), zijn door de Afscheiding ingewisseld voor de drog-matiek van ds. G.H. Kersten!
Laat je niet misleiden door dit soort toneelspelers, die van God niet geroepen zijn en zielen misleiden voor de eeuwigheid, maar maak je er bijbels en publiek vrij van en schudt het stof van je voeten, hen tot een getuigenis, gelijk geschreven staat: "En zo wie u niet zullen ontvangen, noch u horen, vertrekkende van daar, schudt het stof af, dat onder aan uw voeten is, hun tot een getuigenis. Voorwaar zeg Ik u: Het zal Sodom en Gomorra verdragelijker zijn in den dag des oordeels dan dezelve stad", Mark. 6:11.
PS. We hebben ook extra aandacht gewijd aan de ketterij-preek van Van Maanen in de Pinksterpreken van afgelopen zondag (zie volgende blokken).
zegen,
GPPB. v.d.m.
|
|
|
|
|
|