DS. A. SIMONS LEERT EEN LETTERLIJK AARDS KONINKRIJK - GODS WOORD LEERT/EEN/GEESTELIJK/HEMELS/KONINKRIJK!
PKN-DS. A. SIMONS LEERT EEN LETTERLIJK AARDS KONINKRIJK; GODS WOORD LEERT EEN GEESTELIJK-HEMELS KONINKRIJK !  Klik hier       
Plaats in winkelmandjeMandje
Klik hier RO-SHOWBUSINESS "PASTORIE ONLINE"

PKN-DS. A. SIMONS LEERT "EEN LETTERLIJK AARDS KONINKRIJK"; GODS WOORD LEERT EEN GEESTELIJK-HEMELS KONINKRIJK !

Simons: "Paulus heeft nergens gezegd: Ik wil naar de hemel."

KLIK OP DE AFBEELDING TER INZAGE PDF-DOCUMENT VAN DIT ARTIKEL MET HYPERLINKEN

-----------------------------------------------

Inzender:
Geachte ds. B. Ik wil u wat vragen. Ds. A. Simons van de PKN beweert in een interview met Gert Jansen van de Reformatorische Omroep, met als thema "Israel", dat de onderhouding van de OT-offerdiensten, besnijdenis en OT-feestdagen voor de huidige Messias-belijdende Joden nog geoorloofd zijn en dan beroept hij zich op Handelingen 20? 21:17-26.
Paulus wordt in dat gedeelte door Jakobus en de ouderlingen geraden, om een beetje toegeeflijk te zijn jegens de bekeerde Joden aldaar, omtrent hun Joodse tradities, omdat er een beschuldiging de ronde deed dat Paulus de wet teniet deed. Om de vrede te bewaren, wordt Paulus door Jakobus en de ouderlingen verzocht om met de vier mannen die een belofte hadden gedaan omtrent het Nazireerschap (Num. 6:13), mee te gaan naar de tempel en bij de offeranden van het Nazireerschap aanwezig te zijn, om het gerucht te ontzenuwen dat Paulus wetteloosheid leerde.

Hier hebt u de link van het RO-interview:
https://www.youtube.com/watch?v=GdUKBFCU4sA

Mijn eerste vraag is: Is het bijbels dat bekeerde Joden ook nu nog aan de OT-traditie mogen vasthouden, zoals ds. Simons dat beweert? Het Judaisme der Joden is toch een valse godsdienst en in strijd met de leer van Christus?

Mijn tweede vraag is: Is de toegeeflijkheid van Paulus jegens de zwak gelovige Joden niet in tegenspraak met wat hij leert in Galaten 3 ?

Bijvoorbaat dank, H.N.

-------------------------------------------

Antwoord: Beste Henk, dank voor uw inzending. Het spijt mij te moeten zeggen, maar vriend Simons is voor mij na zijn omslag in 2004 geen serieuze partij meer, aangezien hij lid geworden is van een door mensen opgericht nieuw kerkverband, namelijk, de sodomitische PKN, die zich op alle gebied heeft afgescheiden heeft van de Kerk der Reformatie; en ook omdat Simons optreedt op het hollywood-podium van gesticht JIJDAAR, waar men de jeugd op de brede weg dirigeert ter helle, met popmuziek, gospelsongs, valse leringen, valse bekeringen, met aanvaarding van de satanische QR-code. Destijds hebben we aangetoond dat de prediking van vriend Simons geen zuivere Woord-prediking, maar puur psychologisch is, stampvol met pauselijke ingredienten, waarin de pauselijke zaligverklaringen niet van de lucht zijn, en waarin Christus is vervangen door "het geloof". Ook vereenzelvigt Simons de verwerving van het heil door Christus met de toepassing van het heil in Christus en die valse vereenzelviging is een trend binnen het Refodom. Ik hoop dat dit te denken geeft.


Ontmaskering van de psychologische prediking van ds. A. Simons:
http://www.providencemountainranch.com/DE%20ONTMASKERING%20VAN%20DE%20PSYCHOLOGISCHE%20PREDIKING%20VAN%20DS.%20A.%20SIMONS.pdf

Simons voelt zich opgewonden over het uitverkoren volk Israel, maar hij waarschuwt nooit publiek tegen de roepende zonden van kerk, land en volk; maakt zich ook niet bijbels vrij van zijn sodomitisch kerkverband; maakt van het H.A. een tafel der duivelen, waar de gemeenschaps-drinkbeker der dankzegging ingewisseld is door cognac-cups, "vanwege de plandemie". Ook waarschuwt hij niet tegen de killer-vaccins, die wereldwijd al miljoenen levens gekost heeft. Hij censureert niet het nazi-donorschap en ga zo maar door. Simons draagt alle kenmerken van een valse leraar, aangezien een ware geroepen knecht van God de bazuin te Sion blaast en op de wachttoren staat om het volk te waarschuwen voor allerhande gevaren, om als een bestraffende man in de poort bij God vandaan publiek te getuigen tegen de roepende zonden. Ook is Simons een deelnemer van het refo-riool-web en een ondertekenaar van de sodomitische Nashville-verklaring, waarin het homo-zijn wordt gereformatoriseerd, terwijl het onnatuurlijke homo-zijn in flagrante strijd is met de Goddelijke scheppingsorde en degenen die in strijd leven met de Goddelijke scheppingsorde, zijn absoluut onbekeerd, onverzoend en onder de toorn Gods. Men weet niet eens meer wat de waarachtige bekering inhoudt, aangezien refobreed genade en geloof hand in hand gaan met het onnatuurlijke homo-zijn, terwijl Christus Zijn volk volkomen uit de macht des duivels en uit de heerschappij der zonde heeft verlost, namelijk, verlost uit het oude-mens-leven in de zonde. Toen Rachab de hoer bekeerd werd, was zij geen hoer meer, maar voor sodomieten heeft men refobreed een uitzondering gemaakt en dezulken celibatair verklaard, waarvan de duivel siddert.

Weerlegging sodomitische Nashvilleverklaring:
http://www.providencemountainranch.com/COMMENTAAR%20OP%20SCHRIFTVERVALSENDE%20NASHVILLE-VERKLARING.pdf

Omdat het RO-onderwerp over het uitverkoren volk Israel gaat en iedereen dat aangaat, zullen we genuanceerd op uw vragen ingaan, hoewel die hele "RO-PASTORIE ONLINE", een ordinaire showbusiness is. Men wil altijd wat nieuws en dat eindigt in de entertainment. Wat Simons beweert tijdens dat RO-interview, namelijk, dat de bekeerde Joden vast mogen blijven houden aan de onderhouding van de ceremoniele wet, is ronduit onbijbels en het is ook belachelijk en ik zal u ook vertellen waarom.
Ten eerste gaat onder Simons' bewering een addertje schuil, aangezien hij de tolerantie van Paulus jegens de zwakgelovige Joden aanwendt om die exemplarisch te maken voor zijn tafel-der-duivelen-bediening in de PKN-sodom en zijn acteurs-optreden op het JIJDAAR-hollywood-podium.

Ten tweede, wenste Paulus de Joden een Jood te zijn en de Grieken een Griek, namelijk, om hen voor Christus te winnen (1 Kor. 9:20-22), maar dat betekent niet dat Paulus de onderhouding van de O.T.-ceremoniele wet voor bekeerde (Messias-belijdende) Joden voor de nieuwtestamentische Kerk van Christus gekerstend heeft. Wat er beschreven staat in Handelingen 21:17-26 staat zuiver en alleen in het kader van de overgang van het Oude Testament in het Nieuwe Testament, waarin de bekeerde Joden nog moeilijk afstand konden nemen van de Joods-mozaische ceremoniele traditie.

Omwille van de zwakheid der gelovige Joden heeft Paulus bijv. Timotheus besneden. Om diezelfde reden was hij ook aanwezig bij de tempel-ceremonie waarbij vier mannen een belofte hadden gedaan omtrent het Nazireerschap (Hand. 21:17-26). De belofte jegens het (tijdelijke) Nazireerschap had Paulus echter zelf al eerder in praktijk gebracht in Handelingen 18:18, gelijk geschreven is: "En als Paulus er nog vele dagen gebleven was, nam hij afscheid van de broederen, en scheepte van daar naar Syrie; en Priscilla en Aquila met hem, zijn hoofd te Kenchreen geschoren hebbende; want hij had een gelofte gedaan." Dus de ceremonie in Handelingen 21:26-27, was niet Paulus' eerste deelneming eraan.

Het Judaisme der Joden is echter een volstrekt valse godsdienst, hoewel de apostelen omtrent het Nazireerschap en de besnijdenis enigszins hebben gemodereerd -zoals gezegd- omwille van de zwak-gelovigheid der bekeerde Joden. Die moderatie was alleen geoorloofd in de apostolische tijd en niet erna. Simons wil de apostolische moderatie jegens de zwakgelovige Joden vereeuwigen, om daarmee zijn water-in-de-wijn optreden te legitimeren, maar daarmee zet hij zich in feite in de rij van de vals ingeslopen leraars, die de Galatiers betoverden door hen wederom onder de dienstbaarheid van de wet te brengen. Daartegen trekt Paulus scherp van leer in Galaten 3, waarvan akte! Simons doet aan Schriftvervalsing door de onderhouding van de ceremoniele wet zogenaamd oogluikend en in allerlei vormen van heidense gewoonten te laten voortbestaan naast het Evangelie van Christus, zeggende: "vrede, vrede en geen gevaar!" Het ongeldige argument dat op die ceremoniele onderhouding door de huidige bekeerde Jood niet gesteund mag worden en geen verlengstuk mag zijn van het zalig worden, maakt geen sense, aangezien de moderatie der apostelen jegens de zwakgelovige Joden -zoals gezegd- alleen gold voor de overgang van het Oude- naar het Nieuwe Testament.

Modereren omtrent de onderhouding der ceremoniele wetgeving voor gelovige Joden is nu niet meer geoorloofd, aangezien er van de overgangsfase van het Oude- naar het Nieuwe Testament geen sprake meer is, maar reeds 2000 jaar verleden tijd is. Modereren is alleen geoorloofd als het om natuurlijke tradities gaat die met de ware godsdienst en het ware geloof niet in strijd zijn, zoals bijv. de natuurlijke traditie van inheemse volkeren, die na hun bekering nog steeds dooie muizen in hun soep eten, of barrevoets door de rivier waden, omdat zij denken dat hun sandalen de vissen verjagen, of tijdens een kerkdienst hun sandalen uittrekken, omdat zij menen heilige grond te betreden. Die mensen moet je niet tegen je in het harnas jagen door hen uit te sluiten op grond van hun dooie-muizen-traditie en/of sandalen-bijgeloof, en wat dies meer zij. Bovendien leert het spreekwoord: 's lands wijs, 's lands eer, als dat maar nooit ten koste gaat van het fondament der apostelen en profeten, waarvan Jezus Christus is de uiterste Hoeksteen (Ef. 2:20). Immers, er staat geschreven: "Een iegelijk, die overtreedt, en niet blijft in de leer van Christus, die heeft God niet; die in de leer van Christus blijft, deze heeft beiden den Vader en den Zoon", 2 Joh. 1:9.

Uw tweede vraag is al enigszins beantwoord. Paulus handelt in Hand. 21:17-26 niet in tegenspraak met zijn optreden in de gemeente van Galaten, aangezien de moderatie van Paulus jegens de zwakgelovige Joden volstrekt iets anders is dan de betovering der gelovige Galatiers. De Galatiers waren door de indoctrinatie der valse leraars teruggekeerd tot de dienstbaarheid der wet. Zij weken dus af van de vrije-genade-leer, door de onderhouding der wet naast Christus te stellen, waarmee zij het Evangelie en de leer van Christus overtraden (2 Joh. 1:9). Om diezelfde overtreding wederstond Paulus in Antiochie de veinzende Petrus in het aangezicht, omdat hij niet recht wandelde naar het Evangelie en daarom te bestraffen was (Gal. 2), gelijk Paulus ook de betoverde Galatiers scherpelijk heeft bestraft.

Openbare bestraffing, die bijbels is, is altijd nog beter dan verborgen liefde (Spr. 27:5), maar dat wordt refobreed gehaat en dus nagelaten, terwijl God Mozes gebood om trompetten te maken om het volk bijeen te roepen en/of te waarschuwen voor naderend gevaar, gelijk geschreven is in Numeri 10. Het gebruik van die OT-trompetten is letterlijk afgedaan, maar heeft nog steeds nieuwtestamentische en geestelijke geldingskracht, bestaande uit de zuivere prediking van Gods Woord en de zuivere bediening van de twee sleutelen des hemelrijks, ofwel de door God bevolen evangelische vrijmaakplicht, zoals o.a. beschreven in Ezech. 3; Ezech. 33; 1 Tim. 1:13; 1 Tim. 5:20; Tit. 2:15; Ef. 5:11, enz. Daarover rept Simons met geen woord, omdat ook hij de bestraffende man in de poort haat, gelijk geschreven staat: "Zij haten in de poort dengene, die bestraft, en hebben een gruwel van dien, die oprechtelijk spreekt", Amos 5:10.

We hebben nog wat breder nota genomen van dat RO-interview, waarin vriend Simons ook beweert dat zijn "nieuwe zicht op Israel", voor hem zijn "tweede bekering" betekende.
Christus leert "de tweede bekering" echter geheel contra de "2e bekering" van Simons. Tot de reeds bekeerde Petrus werd gezegd: "Als gij eens zult bekeerd zijn, zo versterk uw broeders", Luk. 22:32b. "Eens" slaat op de uitstorting van de Heilige Geest in de toepassing des harten. Op de Pinksterdag had Petrus namelijk geen jodenvrees meer, omdat de tweede Trooster zijn hart vervuld had met kracht. We zien dat ook in het leven van Jakob, die in Bethel gerechtvaardigd werd en te Pniel onderging Jakob een tweede bekering (Hos. 12:5). Ook Paulus zelf had kennis aan een tweede bekering, hetgeen geschreven staat in 2 Korinthe 12:7-10: "En opdat ik mij door de uitnemendheid der openbaringen niet zou verheffen, zo is mij gegeven een scherpe doorn in het vlees, namelijk een engel des satans, dat hij mij met vuisten slaan zou, opdat ik mij niet zou verheffen. Hierover heb ik den Heere driemaal gebeden, opdat hij van mij zou wijken. En Hij heeft tot mij gezegd: Mijn genade is u genoeg; want Mijn kracht wordt in zwakheid volbracht. Zo zal ik dan veel liever roemen in mijn zwakheden, opdat de kracht van Christus in mij wone. Daarom heb ik een welbehagen in zwakheden, in smaadheden, in noden, in vervolgingen, in benauwdheden, om Christus' wil; want als ik zwak ben, dan ben ik machtig."

Om "een nieuwe blik op Israel" "een tweede bekering" te noemen, is volstrekt rationeel, buitenbijbels en komt voort uit de rijke-mans-droomwereld. "Een nieuw zicht op Israel" heeft geen enkele affiniteit met de bijbels-geestelijke 2e bekering, die sommige van Gods volk ondergaan door een soevereine Godsdaad, waardoor zij bekeerd worden van het bekeerd-zijn; Christus alleen overhouden als hun enige Bekering en een diepere blik ontvangen in de verbonden der belofte (Ef. 2:12). Ook kreeg Jakob na Pniel de gave der profetie (Gen. 49:1-28).

Verder leeft Simons in een chiliastische droomwereld, hoewel het volk der Joden als uitverkoren volk en de beminden om der vaderen wil, tot massale bekering zal komen, als zijnde "een leven uit de doden" (Rom. 11:15). Dat is onbetwist en in Gods Woord voorzegd, namelijk, als de volheid der heidenen zal ingegaan zijn (Rom. 11:25).

Het duizendjarig rijk - (is niet letterlijk 1000 jaren - 2 Petrus 3:8)
In de loop der eeuwen hebben al veel speculaties de ronde gedaan over het duizendjarig rijk. Vele belijders conformeren de bekering der Joden met een heerlijke heilstijd op aarde, maar de woorden van Christus: "In de wereld zult gij verdukking hebben", blijven staan tot de voleinding der wereld, alsook wat Christus voorzegt in Mattheus 24 en in Lukas 18:8: "Doch de Zoon des mensen, als Hij komt, zal Hij ook geloof vinden op de aarde?"

Tussen neus en lippen door probeert Simons zonder het letterlijk te noemen, het duizendjarig rijk voor te stellen als een letterlijk aards koninkrijk. Het duizendjarig rijk zal echter zijn aanvang nemen na de wederkomst van Christus op de wolken des hemels, en dan zullen al Gods kinderen die nog op aarde zijn, opgewekt en opgenomen worden in de hemel en altijd bij de Heere zijn en met Hem als koningen heersen, duizend jaren (Openb. 20:6). De oude aarde zal dan nog duizend jaar voortbestaan en de verworpenen in hun graf verkeren (Openb. 20:5). Als de duizend jaren zullen ge-eindigd zijn, zullen ook de verworpenen uit hun graf opstaan en zal de duivel nog een kleine tijd ontbonden worden (Openb. 20:3), om degenen die dan nog op aarde zijn zodanig te verleiden, dat zij de maat der zonde zullen volzondigen en verdoemd worden. "En de engel zond zijn sikkel op de aarde en sneed de druiven af van den wijngaard der aarde, en wierp ze in den groten wijnpersbak des toorns Gods", Openb. 14.

Vriend Simons leert echter -net als de Jehova-getuigen- een letterlijk koninkrijk Gods op aarde en niet een geestelijk en hemels Koninkrijk.
Simons: "Paulus heeft nergens gezegd: Ik wil naar de hemel."
(Uitspraak Simons in interview op 49.20 min.)

Als Paulus volgens Simons niet in de hemel is, waar is hij dan nu? Als Paulus niet in de hemel is, dan is Judas niet in de hel. Als Paulus niet in de hemel is, komt Simons er zeker niet in. Wat Simons hierboven zegt (luister zelf het interview), is zelfs contra het historisch geloof, pure onzin en brute Schriftvervalsing. Paulus wenst uitdrukkelijk om uit het lichaam uit te wonen en bij de Heere in te wonen, zeggende:: "Maar wij hebben goeden moed, en hebben meer behagen om uit het lichaam uit te wonen, en bij den Heere in te wonen", 2 Kor. 5:8.

"Bij den Heere inwonen", is te wonen waar de Heere is, namelijk in den hemel. In Filippensen 1:23, zegt Paulus: "Want ik word van deze twee gedrongen, hebbende begeerte, om ontbonden te worden en met Christus te zijn; want dat is zeer verre het beste." Dus Paulus zegt wel degelijk naar de hemel te willen afreizen! Christus belooft Zijn discipelen dat Hij in het Huis des Vaders plaats voor hen zal bereiden, zeggende: "In het huis Mijns Vaders zijn vele woningen; anderszins zo zou Ik het u gezegd hebben; Ik ga heen om u plaats te bereiden. En zo wanneer Ik heen zal gegaan zijn, en u plaats zal bereid hebben, zo kome Ik weder en zal u tot Mij nemen, opdat gij ook zijn moogt, waar Ik ben", Joh. 14:2-3.

Het Huis des Vaders is niet een soort hotel op aarde, maar betreft het nieuwe Jeruzalem dat boven is, niet met handen gemaakt, maar eeuwig in de hemelen. De smalle weg des levens leidt tot het Vaderhuis met de vele woningen. Simons leert een aards koninkrijk, maar Paulus leert uitdrukkelijk een hemels Koninkrijk, o.a. in 2 Tim. 4:18: "En de Heere zal mij verlossen van alle boos werk, en bewaren tot Zijn hemels Koninkrijk; Denwelken zij de heerlijkheid in alle eeuwigheid. Amen."

Hieronder zullen we uit Gods Woord aantonen dat Simons met zijn "letterlijke koninkrijk op aarde" er een waanidee op na houdt, aangezien het Koninkrijk van Christus, na de wederopstanding aller dingen, de hemelse heerlijkheid betreft, waar God is Alles en in allen. Hier volgen dus enige bewijsteksten dat Gods kinderen na de wederkomst van Christus, met God-drie-Enig eeuwig in de hemelen zullen verblijven met een verheerlijkt lichaam en dan zullen zij de engelen gelijk wezen.

Matth. 22:30: "Want in de opstanding nemen zij niet ten huwelijk, noch worden ten huwelijk uitgegeven; maar zij zijn als engelen Gods in den hemel."

Luk. 23:43: "En Jezus zeide tot hem: Voorwaar, zeg Ik u: Heden zult gij met Mij in het Paradijs zijn." - Paradijs = de hemelse heerlijkheid waar Christus is.

Joh. 14:2: "In het huis Mijns Vaders zijn vele woningen; anderszins zo zou Ik het u gezegd hebben; Ik ga heen om u plaats te bereiden."

2 Kor. 5:1: "Want wij weten, dat, zo ons aardse huis dezes tabernakels gebroken wordt, wij een gebouw van God hebben, een huis niet met handen gemaakt, maar eeuwig in de hemelen."

2 Kor. 12:4: "Dat hij opgetrokken is geweest in het Paradijs (derde hemel), en gehoord heeft onuitsprekelijke woorden, die het een mens niet geoorloofd is te spreken."

Gal 4:26: "Maar Jeruzalem, dat boven is, dat is vrij, hetwelk is ons aller moeder."

Hebr. 10:34: "Want gij hebt ook over mijn banden medelijden gehad, en de roving uwer goederen met blijdschap aangenomen, wetende, dat gij hebt in uzelven een beter en blijvend goed in de hemelen."

1Thess. 4:17: "Daarna wij, die levend overgebleven zijn, zullen te zamen met hen opgenomen worden in de wolken, den Heere tegemoet, in de lucht; en alzo zullen wij altijd met den Heere wezen."

Heb. 11:16: "Maar nu zijn zij begerig naar een beter, dat is, naar het hemelse. Daarom schaamt Zich God hunner niet, om hun God genaamd te worden; want Hij had hun een stad bereid."

Openb. 2:7: "Die oren heeft, die hore wat de Geest tot de Gemeenten zegt. Die overwint, Ik zal hem geven te eten van den boom des levens, die in het midden van het Paradijs Gods is."

Nieuwe hemelen en een nieuwe aarde
God zegt in Zijn Woord dat Hij nieuwe hemelen en een nieuwe aarde scheppen zal, waarin gerechtigheid wonen zal - 2 Pet. 3:13, Jes. 51:6; Jes. 65:17; Jes. 66:22; Psalm 102:26-27; Matth. 24:35; Openb. 20:11; Openb. 21:1.

"Nieuwe hemelen", wil absoluut NIET zeggen dat het hemelse Vaderhuis met de vele woningen vervangen zal worden, maar wel dat de kosmos vernieuwd zal worden, namelijk, hemel, lucht, uitspansel, plaats van de sterren, planeten, het zichtbare heelal, de atmosfeer, enz.

Het gebied boven de sterrenhemel, de derde hemel (2 Kor. 12:2), is eeuwig blijvend. De derde hemel is het Huis des Vaders, de zetel van de eeuwige dingen die volmaakt is en waar God woont met Zijn duizenden engelen en de Triomferende Kerk. Dus "de derde hemel" is de woonplaats der engelen en heiligen zielen, die Paulus in 2 Kor. 12:4 "het Paradijs" noemt, afgeleid van het aardse paradijs. (Zie Luk. 23:43; Openb. 2:7). De oorzaak waarom dit "de derde hemel" genoemd wordt, is, omdat de lucht tot de eerste hemel gerekend wordt; de zichtbare hemelen, tot de tweede hemel, waar de sterren in zijn, en de hemel boven al de hemelen is de derde hemel. (Zie 1 Kon. 8:27) - (Kantt. bij 2 Kor. 12:2).

"Een nieuwe hemel en een nieuwe aarde" wil zeggen, dat er geen scheiding meer zal zijn tussen hemel en aarde, zoals die nu bestaat. De nieuwe aarde zal hemels zijn, maar niet volgens de letterlijke interpretatie van Simons.
"Een nieuwe hemel en een nieuwe aarde" is een nieuw heelal; want onder het woord hemel verstaan wij hemel en aarde. Onder "een nieuwe aarde" wordt een nieuwe toestand bedoeld, nl. voor de lichamen der mensen en een hemel voor hun zielen, verenigd in een verheerlijkt lichaam. Deze wereld wordt niet opnieuw geschapen, maar opnieuw geopend en vervuld met degenen, die haar be-erven zullen. De nieuwe hemel en de nieuwe aarde zullen dan niet van elkaar onderscheiden zijn; de nieuwe aarde van de heiligen, zal dan geestelijk en hemels zijn en deel uitmaken van hun hemelse woningen. Om plaats te maken voor den aanvang van deze nieuwe wereld, moet de oude wereld met al haar ongerechtigheid en veranderlijkheid verbrand worden (2 Pet. 3:10).

De nieuwe aarde is straks net zo hemels als dat de hemel zelf is, omdat tussen de nieuwe hemel en de nieuwe aarde geen scheiding meer zal zijn, gelijk geschreven is in Jesaja 11:9: "Men zal nergens leed doen noch verderven op den gansen berg Mijner heiligheid; want de aarde zal vol van kennis des HEEREN zijn, gelijk de wateren den bodem der zee bedekken."
En in Openbaring 7:17 staat overeenkomstig geschreven: "Want het Lam, Dat in het midden des troons is, zal hen weiden, en zal hun een Leidsman zijn tot levende fonteinen der wateren; en God zal alle tranen van hun ogen afwissen." Gelijkluidend klinkt het in Openbaring 21:4: "En God zal alle tranen van hun ogen afwissen; en de dood zal niet meer zijn; noch rouw, noch gekrijt, noch moeite zal meer zijn; want de eerste dingen zijn weggegaan."

In deze aardse bedeling heeft God de dampkring geschapen, zodat de mensen op aarde kunnen ademhalen, maar in de nieuwe hemel/aarde is geen dampkring meer nodig, omdat al Gods kinderen dan ademen door de Heilige Geest. Hoe die nieuwe hemel en die nieuwe aarde er precies uit zullen zien is niet belangrijk, want al Gods kinderen zullen zich heilig vergapen aan het Lam, staande als geslacht, Hem eeuwig loven en prijzen en hun ogen zullen niet meer rondzien en terugzien, gelijk geschreven is: "En de ogen dergenen, die zien, zullen niet terugzien, en de oren dergenen, die horen, zullen opmerken", Jes. 32:3.

In Psalm 102 wordt onder "hemelen" niet de derde hemel noch het Paradijs Gods bedoeld. Ook niet alleen de zichtbare wolkenhemel, waarin zon, maan, sterren en planeten zich door het firmament bewegen, maar "hemelen" betreft het gebied dat tussen de aarde en het hemelse Jeruzalem ligt. In deze ruimte bewegen zich tienduizenden van duivelse geesten en waan-denkbeelden van oude mensen onder de wet; illuminatie-overheden die de satanische nieuwe wereldorde bezig zijn te implementeren; kerken die afgevallen zijn van het allerheiligst geloof en de leer van Christus en Zijn kroonrechten met voeten treden.

Wel, die "hemelen", waarin de hypocrieten zich heilig en veilig wanen en waarin de autonome mens als een god op zijn troon zit, zullen vergaan. Dat bedoeld de Psalmist van Psalm 102 te zeggen en Paulus haalt die woorden van Psalm 102 aan in Hebr. 1:10-11, opdat de ware Kerk op bevel van Christus die Babylonische "hemelen" zouden verlaten (Openb. 18:4), om tot Hem uit te gaan, buiten de legerplaats, Zijn smaadheid dragende (Hebr. 13:13). De voltallige refo-priesterschaar heeft echter de ergernis van het kruis teniet gedaan, gelijk geschreven is: "Al degenen, die een schoon gelaat willen tonen naar het vlees, die noodzaken u besneden te worden, alleenlijk opdat zij vanwege het kruis van Christus niet zouden vervolgd worden", Gal. 6:12.

"Die noodzaken u besneden te worden", slaat ook op alles wat men noodzakelijk stelt buiten het Einde der wet. "Want het Einde der wet is Christus, tot rechtvaardigheid, een iegelijk die gelooft", Rom. 10:4.

En in Filippensen 3:18-21 herhaalt Paulus met andere woorden hetgeen hij aan de gemeente van Galaten geschreven heeft, zeggende: "Want velen wandelen anders; van dewelken ik u dikmaals gezegd heb, en nu ook wenende zeg, dat zij vijanden des kruises van Christus zijn; welker einde is het verderf, welker God is de buik, en welker heerlijkheid is in hun schande, dewelken aardse dingen bedenken (aka Simons). Maar onze wandel is in de hemelen, waaruit wij ook den Zaligmaker verwachten, namelijk den Heere Jezus Christus; Die ons vernederd lichaam veranderen zal, opdat hetzelve gelijkvormig worde aan Zijn heerlijk lichaam, naar de werking, waardoor Hij ook alle dingen Zichzelven kan onderwerpen."

Ik wil het hierbij laten, in de hoop uw vragen voldoende te hebben beantwoord.

met heilbede,

GPPB. v.d.m.

KLIK OP DE AFBEELDING TER INZAGE PDF-DOCUMENT VAN DIT ARTIKEL MET HYPERLINKEN


http://www.providencemountainranch.com