ALGEMENE LIEFDE...
HET FUNDAMENTELE ONDERSCHEID TUSSEN ALGEMENE LIEFDE EN GODDELIJKE LIEFDE        
Plaats in winkelmandjeMandje
"Geliefden, gelooft niet een iegelijken geest, maar beproeft de geesten, of zij uit God zijn; want vele valse profeten zijn uitgegaan in de wereld", 1Joh. 4:1.

Geliefde lezers, ik zal u niet met welsprekendheid vleien, noch met geleerdheid vermoeien, maar trachten u op grond van Gods Woord het onderscheid aan te tonen tussen algemene liefde en de liefde uit God, omdat in onze dagen de algemene liefde met de goddelijke liefde op grote schaal vereenzelvigd wordt. De duivel is de grote nabootser van de ware liefde en hij is gedurig bezig om mensen met algemene liefde de rechterstoelen te laten bezetten en de kinderen Gods in het verdachtebankje te plaatsen, om zo het werk Gods op een diaboluswijze te belasteren en het naamchristendom te bewieroken. Aangezien God altijd Zijn getrouwe getuigen heeft, hoewel in onze dagen zeer weinig in getal, zorgt God er Zelf voor dat Zijn Woord zeer snel loopt (Ps. 147:15) en dat Zijn getuigenissen onderhouden worden. We zullen in een kort bestek aantonen waarin de algemene liefde fundamenteel verschilt van de liefde uit God en hoe de wijngaard des Heeren verdorven wordt door mensen die met algemene liefde voorwenden alsof zij de ware liefde hebben, waarmee zij zichzelf opwerpen als barmhartige samaritanen die liever de huichelaars op hun ezel vervoeren naar het hospitaal van de duivel, dan dat zij zich bekeren van hun boze werken.

Het zal u bekend zijn, of niet, maar het huidige christendom is zwaar verbasterd, zodanig dat zelfs de kinderen Sions als aarden flessen gelijk zijn geworden. "Hoe is het goud zo verdonkerd, het goede fijne goud zo veranderd! Hoe zijn de stenen des heiligdoms vooraan op alle straten verworpen! De kostelijke kinderen Sions, tegen fijn goud geschat, hoe zijn zij nu gelijk gerekend aan de aarden flessen, het werk van de handen eens pottenbakkers!" Klaagl. 4:1-2.
De herders kruipen angstvallig weg achter geijkte refozuilen en de schapen die geen herder hebben laten zij ten prooi aan het wild gedierte van ketterijen en dwalingen. Om de zielen van Gods tortelduiven bekommert zich geen sterveling, want anders zouden er al tal van dominees in de gevangenis zitten om hun publieke getuigenis, zoals de apostelen en profeten vervolgd zijn geworden om het getuigenis van Jezus. Nee hoor, refo-Nederland zit gezellig achter de geraniums onzin te braken op de gelijknamige refoforums die als paddestoelen uit de grond rijzen om het getuigenis van Jezus te smaden en te lasteren. De herders bekommeren zich intussen om de 99 schapen, want dan hoeven zij de stal niet te verlaten, om op de weg welke woest is het verloren schaap te zoeken en hun leven in gevaar te stellen. Algemene liefde is de drijfveer van de angst waarmee het gros herders bevangen is en algemene liefde hengelt graag in de dode zee, omdat dat geen strijd kost en het vrome vlees streelt. Als je de doden prijst in hun doodstaat, dan zal je van de doden geen last ondervinden, maar preek je Christus als de Overwinnaar van dood, graf en hel, dan is het met de 'lieve' vrede gedaan waarmee de sterkgewapende zijn hof bewaakt en dan komt alles in rep en roer. Dat laatste wil men in de kerken koste wat het kost voorkomen en menige herder sust de goe-gemeente in slaap met de wens dat het allemaal nog eens mocht komen te gebeuren, maar dat het heden gebeuren kan, en daadwerkelijk gebeurt, houdt men zwaar verdacht en men kant zich ertegen, omdat dan de leugen openbaar komt en de leugensprekers ontdekt. In onze dagen wordt er niets zo gehaat dan de ware liefde, want de liefde uit God zoekt te kennen, te beproeven en te toetsen of de geesten uit God zijn. Algemene liefde onder de dekmantel van de ware liefde leert subtiele algemene verzoening, met de leer van de reformatie op de lippen. Algemene liefde beweert dat onbekeerden de lere Christi kunnen verdedigen, terwijl zulke geesten het getuigenis uit God geboren laster noemen en de nabije omgang met God verdacht maken, omdat zij het zelf missen.

We zeiden al dat algemene liefde in onze dagen op grote schaal wordt vereenzelvigd met de liefde Gods die in de harten van Gods volk is uitgestort door de Heilige Geest die haar gegeven is. Onder de noemer van algemene liefde wordt de christelijke leer op grote schaal vervalst tot een soort refo-humanisme, dat liefde en eenheid in haar vaandel heeft staan ten koste van het fundament der Schrift, namelijk de leer van de apostelen en profeten waarvan Jezus Christus de uiterste Hoeksteen is. Maar de enige troost in leven en sterven zal nooit ten koste van de leer van Christus werkelijkheid worden. Wat is uw enige troost, geliefde lezer, toch niet de opinie van de kerkmassa? Of hebt u uw hart verpand aan de kerkelijke refo-entertainment, waarmee het huidige vakantiechristendom volledig aan haar trekken komt? Wat er allemaal niet aan brood en spelen georganiseerd wordt op het kerkelijke erf, daar kan de Stolkse kermis al lang niet meer mee wedijveren. Het begon met refo-fietstochten voor Adullam, toen volgde de refo-vierdaagse richting Limburg en voor elke zweetdruppel telde men een euro neer ten bate van 'het goede doel'. En voor de wat zwaardere massa riep men de Mbuma-zendingsdag in het leven, waarop men kramen met hoeden, deksels, braad- en likworsten aan de man brengt om de krant te halen met vier ton aan giften om als een soort Amrobank te fungeren voor de Schotse Presbiterianen, waarin de tucht zo'n beetje functioneert tussen een orgel in de kerk ten gunste van de televisie in huis. En dan de kerkelijke jeugdkampen, die tante Lena (..) onder de noemer van de kerkelijke kermis plaatste, waarmee zij bedoelde dat de rechtzinnige kerken zich niet onderscheiden van de E.O. Het is nooit de roeping van de kerk geweest om de jeugd zoet te houden met entertainment, of, zoals beweerd wordt, om de jeugd van de straat te houden, want dat komt allemaal voort uit algemene liefde waarmee men de jeugd op de brede weg voortdrijft richting de eeuwige rampzaligheid. Al het huidge kerkelijke jeugdwerk heeft dan ook niets met de zaligheid van zielen te maken, omdat algemene liefde geen enkel belang heeft in de zaligheid van zondaren.

Algemene (natuurlijke) liefde is opzich niet te veroordelen, integendeel, want de natuurlijke liefde is een ingeschapen gave, die de mens zelfs na de val niet geheel ontnomen is. Zonder natuurlijke liefde zou er geen leefbare samenleving mogelijk zijn en dat geldt ook ten aanzien van het huwelijk en het gezinsleven.
Gods Woord leert ons echter dat in het laatste der dagen het oordeel van algehele verharding zal voltrokken worden, namelijk dat er mensen zullen zijn zonder natuurlijke liefde, waarmee Paulus in Romeinen 1:23-32 voornamelijk lesbians en homofielen bedoelt, die de duivel in de kaart hebben gespeeld en zich van de gave der natuurlijke liefde hebben beroofd. "...want ook hun vrouwen hebben het natuurlijk gebruik veranderd in het gebruik tegen nature; en insgelijks ook de mannen, nalatende het natuurlijk gebruik der vrouw, zijn verhit geworden in hun lust tegen elkander, mannen met mannen schandelijkheid bedrijvende"
De duivel keert namelijk alles op zijn kop en doet voorkomen alsof homofiele gevoelens een onschuldige en normale geaardheid zou zijn, terwijl Gods Woord en de natuur leren dat homofilie een schandelijke zonde is, waarmee de mens niet geschapen is en waarmee de mens sinds de val zelfs niet geboren wordt, hoewel de wortels van alle zonden in ons aller hart leven van nature. Er wordt echter geen mens zonder natuurlijke liefde geboren. Een man is donatief geschapen, om te geven. Een vrouw is receptief geschapen om te ontvangen. En zo wordt elke man en elke vrouw geboren, bedeeld met natuurlijke liefde, waarin de man donatief geaard is en de vrouw receptief geaard. Genoemde geaardheid was voor de val volmaakt, want de mens is in het Beeld Gods geschapen, maar na de val is de mens weliswaar een liefhebber van zichzelf geworden, maar is niet geheel van de natuurlijke liefde beroofd. Als dat wel zo zou zijn, dan zouden alle mannen homofiel zijn en alle vrouwen lesbian, aangezien homo's en lebians de natuurlijke liefde niet hebben, noch in donatieve zin, noch in receptieve zin. Nee, de mens wordt niet als een homofiel noch als een lesbian geboren, want man en vrouw schiep Hij hen (Gen. 5:2). Homofielen en lesbians zijn door eigen schuld bevangen met onnatuurlijke gevoelens, lager dan de beesten (Rom. 1:23), die door de duivel zijn ingegeven en gevoed worden. Dat leert Gods Woord. Stichting "Refo-Anders", die onlangs voor een bedrag van 80.000 euro subsidie heeft aangevraagd bij de overheid, om homofilie beter bespreekbaar te maken in de refokringen, zal Gods rechtvaardig oordeel (Rom. 1:18) niet kunnen ontlopen. Dat geldt vanzelf voor alle mensen die zich niet tot God bekeren en niet willen dat Christus Koning over hen is, maar een spreekwoord zegt: 'Een gewaarschuwd mens telt voor twee'. De betekenis van het woord 'refo' staat nu gelijk aan de zonden van Sodom en Gormorra en onder de refovlag varieert de lading van kerkelijke refokermis tot en met gereformatoriseerde voorbehoedsmiddelen, die binnen afzienbare tijd in de refokerkbladen stilzwijgend zullen worden geadviseerd. Er is nu al geen dominee die tegen dit soort ongerechtigheid publiek waarschuwt en de tucht daadwerkelijk hanteert. Nee, want dan houdt men geen leden meer over. Een tempelreiniging overeenkomstig de orde van Christus zou de redding van de kerk betekenen, hetgeen de huidige godgeleerdheid echter niet meer haalbaar acht. Men leest de Bijbel puur historisch, maar het eren van Gods deugden en rechten is voor het huidige kerkelijke en politieke sgp-kader reeds een achterhaald station.

In dit artikel gaat het echter over het fundamentele verschil tussen algemene (natuurlijke) liefde en de liefde Gods waarmee God Zijn volk liefheeft en waarmee Gods kinderen bedeeld zijn.
De algemene liefde onderscheid zich hoofdzakelijk van de Goddelijke liefde, namelijk wat de duurzaamheid betreft. Algemene liefde houdt op te bestaan als de mens de laatste adem uitblaast. Algemene liefde is tijdelijk, terwijl de Goddelijke liefde eeuwig is en nimmermeer vergaat. "De liefde vergaat nimmermeer; maar hetzij profetieen, zij zullen te niet gedaan worden; hetzij talen, zij zullen ophouden; hetzij kennis, zij zal te niet gedaan worden", 1 Kor. 13:8.
Dat onderscheid is dus fundamenteel, want met tijdelijke liefde kan geen mens voor God verschijnen, dat kan alleen als de liefde Gods als gevolg(!) van de toegerekende gerechtigheid van Christus in de toepassing, in onze harten is uitgestort door de Heilige Geest Die ons gegeven is. De liefde Gods die in het hart is uitgestort is dus niet de grond waarmee wij voor God kunnen bestaan, maar is een vruchtgevolg van de aangebrachte gerechtigheid van Christus, toegepast in ons hart.
Er gaat echter ontzettend veel 'christelijkheid' en 'geestelijkheid' schuil onder de noemer van algemene liefde. Algemene liefde is op geen enkele wijze van toepassing voor de zaligheid van Sion. De brede weg is boordevol activiteit die voortkomt uit algemene liefde. Algemene liefde is derhalve ondergeschikt aan het wetboek van strafrecht. Immers, het recht moet zijn loop hebben en de overheid draagt het zwaard niet tevergeefs. Het recht struikelt echter op de straten en het onrecht wordt in heel veel gevallen beloond en het bijbelse en burgerlijke strafrecht niet toegepast. We hebben alleen maar te zien op de slapjanus- en angsthouding van de huidige NL-overheid onder leiding van premier Balkenende, omtrent de islamisering van de Nederlandse samenleving. Dat geldt ook voor de goddeloze houding van de overheid omtrent abortus en euthanasie, enz., waarin Nederland voorop loopt in de babylonische Eurogemeenschap.
Nu hoeven wij geen vinger uit te steken naar de falende overheid, want aan al die goddeloze ontwikkelingen staat de Kerk hoofdschuldig. Zelfs de kinderen Sions zijn als aarden flessen gelijk geworden en staan niet meer in de bressen waarin onze vaderen gestaan hebben en hun leven veil hadden voor de zaak en de Naam des Heeren.
Het is ons voorzegd dat de liefde van velen zal verkouden, ook onder Gods volk. En wat is de oorzaak dat de liefde van velen zal verkouden? Omdat de ongerechtigheid vermenigvuldigd zal worden (Matth. 24:12). En dat oordeel beginne niet in de wereld, maar bij het huis Gods! "Want het is de tijd, dat het oordeel beginne van het huis Gods; en indien het eerst van ons begint, welk zal het einde zijn dergenen, die het Evangelie van God ongehoorzaam zijn? 1 Pet. 4:17.
En we zien dat oordeel voor onze ogen voltrekken, namelijk in het achterwege laten van de tucht, met alle vruchtgevolgen vandien. Hoe komt het dat de kerk de RECHTE tucht achterwege laat? Omdat de algemene liefde verwisseld wordt voor de Goddelijke liefde. En daaruit volgt o.a. dat men de strijd des geloofs in het kader van Efeze 6:12 verafschuwd en belasterd als zijnde de strijd tegen vlees en bloed. Dat wordt voornamelijk gedaan door mensen die de natuurlijke liefde laten gelden boven het Woord en het recht Gods en die liefde met de liefde Gods vereenzelvigen.

Een ander onderscheid tussen de algemene liefde en de Goddelijke liefde is gelegen in het feit dat de algemene liefde ten diepste zelfliefde is, terwijl de Goddelijke liefde daarentegen zelfverloochenende liefde is. De rijke jongeling zat van zijn voetzolen tot zijn haarwortels vol met zelfliefde en ging bedroefd heen toen het aankwam op de ware zelfverloochening. Dat lag bij de discipelen duidelijk anders toen Christus hen vroeg: "Wilt gijlieden ook niet weggaan?" Joh. 6:67. Want toen beleed Petrus in naam van allen -behalve Judas-: "Heere, tot Wien zullen wij heengaan? Gij hebt de woorden des eeuwigen levens. En wij hebben geloofd en bekend, dat Gij zijt de Christus, de Zoon des levenden Gods", Joh. 6:68-69.
Dat had vlees en bloed hem niet geopenbaard, maar God de Vader in de hemel. Dus de liefde Gods onderscheidt zich duidelijk van de algemene liefde als het op de ware zelfverloochening aankomt.
Er is nog een ding waarin de liefde Gods zich onderscheidt van de algemene liefde. De liefde Gods zoekt te kennen en beproeft de geesten of zij uit God zijn. Dat doet de algemene liefde niet, want algemene liefde heeft ten aanzien van de zaligheid het bedriegelijke oogmerk in zich van algemene verzoening. Kerkmensen met alleen algemene liefde gunnen God Zijn eer niet, maar gunnen zichzelf en degenen die zij liefhebben daarentegen wel de zaligheid. Algemene liefde is namelijk niet op God, maar alleen op zichzelf en op bepaalde mensen (vrienden) gericht. Christus ontmaskert deze algemene liefde als ondeugdelijk voor de eeuwigheid: "Want indien gij liefhebt, die u liefhebben, wat loon hebt gij? Doen ook de tollenaars niet hetzelfde?" Matth. 5:46.
Algemene liefde gunt zichzelf het goede en zonodig eigen vriendenkring ook, maar vraagt zich nooit af of God het goed heeft en of Hij wel aan Zijn eer komt.
Algemene liefde is niet het tegenbeeld van de ware liefde, maar is er een blauwdruk van. Iets wat op het echte lijkt, is het echte niet. Algemene liefde kan de proef of de geesten uit God zijn nooit doorstaan. Als mensen met algemene liefde zich uitgeven de ware liefde te bezitten en daaraan ontdekt worden, slaat hun liefde om in (bedekte) haat. Dat is HET waarachtige kenmerk van algemene liefde dat zich uitgeeft voor geestelijke liefde. Mensen met alleen natuurlijke liefde die voorwenden geestelijke liefde te bezitten, blijken de meest hatelijke mensen als zij ontdekt worden aan hun schijngeestelijke liefde, hetgeen zij subtiel of openlijk laten blijken.

Er is nog een nader onderscheid tussen mensen die hun natuurlijke liefde voorwenden als zijnde de liefde uit God, namelijk hetgeen geschreven staat in 1 Johannes 4:20: "Indien iemand zegt: Ik heb God lief; en haat zijn broeder, die is een leugenaar; want die zijn broeder niet liefheeft, dien hij gezien heeft, hoe kan hij God liefhebben, Dien hij niet gezien heeft?"
Zeggen God lief te hebben en je broeder te haten, heeft dus met de liefde uit God niets te maken en komt voort uit algemene liefde, waarmee je ook God nooit in waarheid kan liefhebben. Algemene of natuurlijke liefde is voor de samenleving en het gezinsleven een groot goed, maar ten aanzien van de zaligheid is het eeuwig te kort. En als natuurlijke liefde gehouden wordt voor de liefde Gods, kun je wel bijna een christen genoemd worden, maar de naam hebben dat je leeft, terwijl je in werkelijkheid dood bent, resulteert uiteindelijk in dubbele slagen in de plaats waar de worm niet sterft en waar het vuur niet wordt uitgeblust, maar waar een afgrijselijke wening zal zijn en een eeuwige knersing der tanden.
Algemene liefde doet het altijd goed en gaat als jan de onschuld door het leven. Het is het beeld van ieder mens van nature, met name van naamchristenen die zich altijd voordoen als rijke jongelingen die alles goed gedaan hebben en zich nergens schuldig aan weten. Een treffend voorbeeld van die rijke jongelingsonschuld vonden wij in een SGP-blad dat is uitgegeven omtrent het 90-jarige bestaan van de SGP. Bij de talloze scribenten, voormannen en predikanten die in het genoemde blad aan het woord komen, lees je met geen woord over schuld. Ze hebben het allemaal goed gedaan, maar dat bepaalde bijbelse beginselen zijn verkracht en verlaten, daarover rept niemand een woord. Van dhr. Van der Vlies (HHK) tot en met ds. Van Voorden (GGinN) luidt hetzelfde refrein: "Als kleine partij hebben we een grote boodschap", ja, en daar mag God dan Zijn zegen aan verbinden van de goe-gemeente. Het gebed van de Farizeeër voorin de tempel onderscheidt zich in niets van de rijke jongelings-referaten in het genoemde SGP-blad. Van de op de borst slaande tollenaarshouding -o God, wees mij zondaar genadig- ontbreekt dan ook elk spoor. Nee, men staat met de borst vooruit aan God te vertellen hoe goed men het doet en hoe dankbaar men wel is dat men niet is als andere partijen die het gebod Gods aan hun laars lappen, terwijl ze zelf de Wet Gods met voeten treden. De lijstverbinding met de CU-prohomopartij, wordt in het genoemde blad met geen woord over gerept, laat staan dat men zo'n lijstverbinding ziet als een voorzichtig verdrag met de hel. Over de antibijbelse vrouwenkwestie is men het goed met elkander eens en men is opgelucht nu het hete hangijzer wat afgekoeld is. Tijdens het debat over de islamisering van Nederland bleek Van der Vlies een bange haas, die liever sinaasappels uitdeelt op het rode SGP-plein dan in de geslagen bressen te staan met een bijbels getuigenis. Doch dat God al deze dingen zal doen komen in het gericht, liggen de SGP-scribenten niet wakker van. Ze worden liever op kerkmensenhanden gedragen, dan gehaat en gesmaad te worden omwille van die dierbare Naam van Christus en Zijn leer. "Wee u, gij SGP-ers en Farizeeërs, want gij bemint het voorgestoelte in de synagogen, en de begroetingen op de markten. Wee u, gij Schriftgeleerden en Farizeeën, gij geveinsden, want gij zijt gelijk de graven, die niet openbaar zijn, en de mensen, die daarover wandelen, weten het niet", Luk 11:43-44 ev.

Het oordeel der verharding is onvoorstelbaar diep toegeslagen en op het oordeel der verharding volgt het oordeel der verwoesting. "Wij hebben God op 't hoogst misdaan, wij zijn van 't heilspoor afgegaan, ja wij en onze vaad'ren tevens. Verzuimend alle trouw en plicht, vergramden God, de God des Levens, Die zoveel wond'ren heeft verricht."
En dan Gods ware volk dat zich gedurig moet aanklagen vol te zitten met zelfliefde en rijkejongelingsgodsdienst, ja, geheel vleselijk zijn, verkocht onder de zonde, maar het toch niet kunnen laten om al de raad Gods te verkondigen, zonder aanziens des persoons. Dat volk mag de voetstappen drukken van Christus, Die de Zijnen is voorgegaan in het lijden en Die de pers van het recht Gods alleen getreden heeft. O, dat volk mag zich vermaken in de God van hun Heil en dat ook aan anderen doorgeven, door de liefde van Christus gedreven. Dat volk mag de geesten beproeven of zij uit God zijn en als de last hen opgelegd is, zouden de stenen eerder gaan spreken dan dat zij zouden zwijgen over de onnaspeurlijke rijkdom en de uitnemende liefde van Christus die alleen verklaard en toegepast wordt vanachter het recht Gods. Die genade betekent de doodsteek voor het vrome vlees en de algemene liefde als mededinger van de liefde Gods.
Door die liefde van Christus gedreven bestrafte Paulus zijn broeder Petrus met de scherpte van het Woord in aller tegenwoordigheid, omdat Petrus niet recht wandelde naar het Evangelie. En gaat Petrus dan van zich afslaan en zichzelf rechtvaardigen? Dat lees ik nergens, nee, hij bukt voor het gezag van het Woord en beoefent hetgeen de Psalmist beoefenen mag: "De rechtvaardige sla mij, het zal weldadigheid zijn; en hij bestraffe mij, het zal olie des hoofds zijn, het zal mijn hoofd niet breken; want nog zal ook mijn gebed voor hen zijn in hun tegenspoeden", Ps. 141:5.
Dus Petrus heeft na die scherpe bestraffing der liefde van Paulus niet alles in het werk gesteld om Paulus een hak te zetten en een blaam op hem te leggen vanwege afgunst of naijver, nee, Petrus zegt wel heel wat anders in 2 Petrus 3:15-16: "En acht de lankmoedigheid onzes Heeren voor zaligheid; gelijkerwijs ook onze geliefde broeder Paulus, naar de wijsheid, die hem gegeven is, ulieden geschreven heeft; gelijk ook in alle zendbrieven, daarin van deze dingen sprekende; in welke sommige dingen zwaar zijn om te verstaan, die de ongeleerde en onvaste mensen verdraaien, gelijk ook de andere Schriften, tot hun eigen verderf."
In onze dagen zijn we veel verder weg dan de zonde van de veinzende Petrus en de bestraffing wordt dan ook niet meer gedoogd, omdat men de ware liefde mist, de goeden echter uitgezonderd. Als de ware liefde Gods gemist wordt, dan krijg je van die sentimentele geesten die hun algemene liefde voorwenden als zijnde geestelijke liefde, maar ondertussen de rechtvaardige haten en tegen de bestraffende man in de poort -die al de 'godzalige' vrouwkens die nimmer tot de kennis der waarheid komen vanwege hun vleselijke profetie- een complot spinnen en daarmee de ondergang van de rechtvaardige be-ogen, waaraan zelfs de vrienden van Job zich schuldig gemaakt hebben. Doch wat de duivel ten kwade had bedacht in het leven van Job, had God ten goede bedacht. En na een diepe beproevingsweg wendde de HEERE de gevangenis van Job, toen hij gebeden had voor zijn vrienden; en de HEERE vermeerderde al hetgeen Job gehad had tot dubbel zoveel (Job 42:10).

Er is nog een zaak van groot onderscheid tussen de algemene liefde en de liefde uit God, namelijk het kruis van Christus. De liefde uit God gaat altijd gepaard met de last van het kruis van Christus. Ik heb dominees gezien van 50 jaar en daarover, die nog pikzwart haar hebben. Ze missen de lijdensdruk van het kruis van Christus in hun leven, dus ook de beproevingen, de vervolgingen en de smaad, waarmee Christus gesmaad is. Bij Gods ware volk kun je de sporen van het lijden, dus de littekenen van Christus in en op hun lichaam vinden. Dat bestaat niet uit grijs haar opzich, nee, want de wereld wordt ook grijs, maar dat bestaat uit littekenen die door beproeving, verdrukking en lijden zijn veroorzaakt, dus niet door de loop der natuur. Ik ga daarover niet uitweiden, want die het kent bij ondervinding die weet het en die het niet kent die weet het niet. Het verbijsterd mij dat vroeger Gods knechten zo vervolgd en gesmaad werden, terwijl ze in onze dagen vereerd en geprezen over een purperen loper ten hemel reizen. Of staan er heden ten dagen meer zonen van Samuël op de kansels die geschenken aannemen en het recht Gods buigen, dan zonen des donders die het recht huns Gods onverbloemd verkondigen? Ik vrees van het eerste en je moet wel stekeblind zijn om het te durven ontkennen. De getrouwen in den lande zijn zeer klein in getal. Algemene liefde kan heel veel rechtzinnigheid produceren, maar rechtzinnigheid is nog geen leven. De ware liefde komt van boven naar beneden en is gericht op het Voorwerp des geloofs, namelijk op Christus en dan ook op de naaste. Of beter gezegd: Gods volk wordt door de liefde van Christus gedreven, want de ware liefde is geen hefboom die door een (ingebeelde) vrije wil geregeerd wordt. De werking van die liefde is namelijk geheel afhankelijk van de invloeden van de Heilige Geest. En zonder Christus kunnen we niets doen en zonder de Geest ook niet. Algemene liefde is ingeschapen, maar de liefde Gods wordt uitgestort in de harten van Gods herschapen kinderen en die liefde doet elk tot liefde nopen, ja, bidt voor de vijanden en komt openbaar in de ware broederliefde. Echter nooit ten koste van de waarheid van het Evangelie, want dan kan ik -als ik op mijn plaats ben- de broeders missen, omdat Christus mijn Alles is, hoewel ik hen zeer bemin, maar alleen in Christus en nooit boven Christus.

Maar er is nog een andere zaak waardoor de algemene liefde voor de ware liefde moet doorgaan, namelijk als er sprake is dat men de ERGERNIS van het kruis teniet doet, opdat men vanwege het kruis niet vervolgd zou worden. Dat laatste fenomeen vind ik het gevaarlijkste en het bedrieglijkste van allen, omdat zij wel zeggen en belijden, maar niet doen. Dan heeft men de liefde Gods wel op de lippen, maar men voegt nooit de daad bij het Woord en in de praktijk luidt het uit zulke belijdende kelen: "Gaat heen en wordt warm."
Als je met zulke mondbelijders praat, dan zijn ze het in alles met je eens, maar o wee, als het woord der beproeving (1 Joh. 4:1) hen zelf treft, dan is ineens het hek van de dam en verdraaien zij de waarheid tot hun eigen verderf. Algemene liefde staat derhalve alleen in voor eigen zaak, maar NOOIT voor Gods zaak en eer. "Die Mij eren zal Ik eren, maar die Mij versmaden, zullen licht geacht worden." In de oren der dwaze maagden, die altijd beweerd hebben dat hen geen blaam treft, zal het weldra klinken: "Mene, mene, tekel upharsin."
Doch in de oren van de hoeren en tollenaars, die vergeving van al hun zonden en vrede met God gevonden hebben in het Bloed des Lams, en die zichzelf doorlopend moeten veroordelen vanwege dat inwendige en uitwendige bederf, hoewel zij genade gevonden hebben in de ogen des Heeren, doch vervolgd, gehaat, gelasterd en belaagd zijn door de vroomsprekende lippengodsdienst, voor diegenen zal het straks uit de mond van de Koning klinken: "Komt, gij gezegenden Mijns Vaders! beërft dat Koninkrijk, hetwelk u bereid is van de grondlegging der wereld", Matth. 25:34.

Tenslotte, de ware liefde uit God staat NOOIT op zichzelf in het leven der genade, maar gaat altijd gepaard met het ware geloof, want het geloof is door de liefde werkende. Niet de liefde, maar het geloof staat voorop, want Gods volk wordt niet door de liefde gerechtvaardigd, maar door het geloof. De liefde Gods gaat ook altijd gepaard met de inwoning van de Heilige Geest. De ware liefde is dus altijd een metgezel van het geloof en de hoop, maar het geloof is niet meer, maar de liefde, want het geloof gaat over in aanschouwen, maar de liefde blijft tot in eeuwigheid. De ware liefde is niet mijn liefde, maar de liefde Gods en het is een bovennatuurlijke liefde die het hart doet smelten en de ziel doet verlangen naar God, om altijd bij de Heere te zijn in al mijn noden angst en pijn. Ja, om Hem dan al mijn (Zijn) liefde waardig te schatten, wijl Hij mij rechterhand wilde vatten toen ik in de hel verzonk. Och. ik kan er slechts van stamelen, maar Zijn liefde gaat de liefde der vrouwen verre te boven. Slechts een reuk van die liefde, doet het hart branden van verlangen naar Zijn heil, naar Zijn nabijheid, naar Zijn zaligheid, naar Zijn Koninkrijk, naar Zijn Persoon. Die liefde is sterk als de dood; de ijver is hard als het graf; haar kolen zijn vurige kolen, vlammen des HEEREN (Hoogl. 8:6).

Och, geliefden, of u heden bekende, hetgeen tot uw zaligheid dienen moet, en dat door recht. Met de algemene liefde kom je er echt niet, hoe nederig en hoe ootmoedig je je ook in duizend bochten wringt, ja, al gaf je je lichaam over tot verbranding, het zal je niet baten, maar eeuwig schaden. De liefde Gods in Christus kan niet gemanipuleerd worden met algemene liefde, want dat is pure huichelarij. Zijn we al eens als zo'n huichelaar openbaar gemaakt door de prediking van Wet en Evangelie, geliefden? Gods ware volk wel, hoor, en zo hebben ze in het gericht gestaan voor God, als een helverdienende huichelaar. In dat oordeel is Christus tussenbeide getreden en zo wordt Gods volk gerechtvaardigd, als een goddeloze, die rijp is voor de hel. Dat wordt niet beter, maar erger in het leven der genade, maar daartegenover stelt Christus Zijn genade, ook in de voortdurende vernieuwing ervan. Ik ben een dwaas en een snood rebel, die niets verdien dan hel. Dat blijft zo, volk van God, tot je laatste snik, maar houdt het daarvoor dat gij wel der zonde dood zijt, maar Gode levende zijt in Christus Jezus, onzen Heere (Rom. 6:11).
Geliefde medereiziger naar die ontzaggelijke eeuwigheid, gij die niet weet waar u het zoeken moet, vanwege het vonnis der Wet, waardoor u gebukt en gebroken door het leven gaat. Ik hoop dat u gauw uw laatste adamssnik mag uitblazen. Er is een uitgewerkte zaligheid voor een uitgewerkte zondaar. Er is recht voor rechtelozen, betaling voor des doods schuldigen, gerechtigheid voor goddelozen, vrijspraak voor criminelen, bloed voor doodbloeders, leven voor doden, zaligheid voor rampzaligen, blijdschap voor zielstreurenden, zielszalige rust voor dodelijk vermoeiden en belasten, vrijheid voor gevangenen en hemel voor hellevaarders. Heden, indien gij Zijn stemme hoort, verhard u niet, maar laat u leiden, laat u zaligen, laat u met God verzoenen. "Want Dien, Die geen zonde gekend heeft, heeft Hij zonde voor ons gemaakt, opdat wij zouden worden rechtvaardigheid Gods in Hem", 2 Kor. 5:21. Amen.

GPPB.


http://www.derokendevlaswiek.nl