GEEST DER VERLICHTING
DE GEEST VAN 'DE VERLICHTING' MAAKT OPNIEUW OPGANG        
Plaats in winkelmandjeMandje
'HET VERHAAL GAAT' DAT VOLTAIRE ALS EEN GOED MENS IN EEN KALME VREDE IS GESTORVEN...

De tijd van de 18e eeuwse 'VERLICHTING' schijnt zich in onze dagen te herhalen en het is opmerkelijk dat deze Verlichting feitelijk in ons land begonnen is en via Engeland in Frankrijk de Revolutie heeft ingeluid. De Verlichting (Aufklärung) is gerelateerd aan een beweging die haar wortels heeft in de renaissance en het humanisme. De Verlichting is de proclamatie van de mondigheid van de autonome moderne mens, die tot een groot vertrouwen op zijn verstandelijke en redelijke vermogens gekomen is. De verlichte mens verkiest de rede van het verstand en de natuurlijke religie boven de openbaring van Gods Woord. Het deïsme van de Verlichtingsfilosofen heeft dan ook onmiskenbaar geleid tot het atheïsme, een ontwikkeling die ook in Nederland voortwoekert als de kanker, wat o.a. geleid heeft tot de huidige goddeloze homo- abortus- en euthanasie wetgeving. En niet te vergeten: zelfs de SGP participeert in het Verenigd Europa, ofwel een moderne versie van de toren van Babel. Hoe zullen al deze dingen ons onverschillig kunnen laten, daar wij in hetzelfde oordeel hangen?

Er is echter niets nieuws onder de zon. Voor de zondvloed waren er reuzen die hoog van zichzelf dachten, hun trotse nek tegen de God des hemels verhieven en God niet meer nodig achtten, maar ze zijn allen door de zondvloed verdronken in het oordeel Gods. Noach en zijn acht zielen werden in dat oordeel in het leven behouden, maar de nakomelingen van Noach sloegen de handen ineen en wilden als God zijn door een toren te bouwen die in de hemel reikte, doch God verijdelde hun hoogmoedige plannen en strafte het mensdom met een spraakverwarring zodat zij elkaar niet meer konden verstaan. Toen was het gedaan met de torenbouw van Babel. De mens van nature meent het zonder God wel te kunnen klaren en die hoogmoed heeft zich door alle eeuwen heen gemanifesteerd, met name in de eeuw der Verlichting. Heel veel vooraanstaande mensen uit die tijd geloofden dat hun verstand hoogverlicht was en dat zij in het diepst van hun binnenste hun eigen god waren. De 'hoogverlichte' mens meende: "Ik ben een god in het diepst van mijn gedachten en ik zit in het binnenste van mijn ziel op de troon." Die mensen beweerden dat zij het licht in de hemel hadden uitgedoofd en zelf het licht verspreidden zodat het christendom verpletterd moest worden. Welnu, dat verpletteren van het christendom is nooit gebeurd en het zal ook nooit gebeuren, want Gods werk en Kerk zullen nooit vergaan, maar in Christus tot de voleinding der wereld, ja, eeuwig bestaan.

De Verlichting
Terwijl de roomse geestelijkheid in overdaad en in de weelde leefde, waren er in de tijd van de VERLICHTING in Frankrijk sommige vrijdenkers, die boeken gingen schrijven waarin enerzijds gewezen werd op de ergerlijke levenswandel van het toenmalige vorstenhuis en het wangedrag van de kerk, en aan de andere kant de burgerij ophitste om zich hier tegen te verzetten. Eén van deze schrijvers heette VOLTAIRE. Zijn eigenlijke naam luidt: Fransqois-Marie Arouet. Hij leefde van 1694 tot 1778. Voltaire was en zoon van een notaris en werd opgevoed in een Jezuïetenschool. Wat hij op die school leerde, wekte bij hem echter verzet. Het was echter geen bijbels verzet, want hij begon zelfs het christendom en de kerk te haten en te bespotten. Elf maanden heeft hij in de beruchte gevangenis (Bastille) van Parijs gezeten vanwege zijn spotlust en zijn grenzeloze haatdragendheid jegens het christelijke geloof. Na zijn gevangenschap vertrekt hij naar Engeland in ballingschap en leert daar John Locke, de filosoof van het deïsme, kennen, door wiens filosofie hij zich gestijfd voelt in zijn eigen waanwijsheid. Opnieuw in Frankrijk teruggekeerd, schrijft hij diverse drama's om zijn spotrede's tegen het christendom voort te zetten. De koning van Pruisen, Frederik de Grote, koestert echter een grote verering voor Voltaire en die genegenheid is wederzijds. Die wederzijdse aanbidding duurt echter niet lang. Nadat Voltaire tijdens zijn verblijf in Berlijn een pamflet (Akakia) geschreven had tegen de Franse directeur van academie in Berlijn, Maupertius, werd het gewraakte pamflet op last van koning Frederik publiek verbrand. Ternauwernood wist Voltaire aan de greep van Frederik de Grote te ontsnappen. Hij vestigt zich opnieuw in Frankrijk, vlakbij de Zwitserse grens, om in geval van nood het land snel te kunnen ontvluchten. Hier schreef hij zijn goddeloze boeken, o.a.: 'Essai sur les moeurs' - 1756; 'Candide' - 1758, waarin hij de spot dreef met het ware christendom. Voltaire was dan ook een grote spotter; hij spotte met de Zoon van God, die hij spottend en minachtend 'een bleke lijder aan het kruis' noemde. Zo kunnen we tal van spotrede's omtrent God en Zijn Woord opnoemen die Voltaire heeft geschreven. Zijn boeken werden evenwel door duizenden mensen gelezen die vergiftigd werden door zijn godslasterlijke taal. Voltaire schreef in een van zijn boeken o.a. de volgende anarchistische kretologie: "Verpletter de eerloze." Deze kreet riep hij uit over de kerk en het christendom. Zo hitste hij het volk op, dat zij het christendom moesten vernietigen. Het volk dat onder de vele afpersingen van de Roomse kerk te lijden had, werd zwaar beïnvloed door de boeken van Voltaire en gooide de kerk en het ware christendom op ene hoop. Voltaire was echter niet alleen een spotter jegens de ware religie, maar heeft ook het kerkelijke onrecht en de maatschappelijke onverdraagzaamheid bestreden. In die zin was Voltaire een uitgesproken humanist, die echter niet door de liefde van Christus gedreven werd, maar door zijn eigen geest. Van het jaar 1752 af zijn de vervolgingen gaan luwen. De humaniteitsgedachte van de Verlichting baande zich steeds meer een weg en werd aan het hof de grote mode; gewelddadig optreden tegen de evangelische kerk beantwoordt hoe langer hoe minder aan de smaak van de tijd. Stilte voor de revolutiestorm? Op zichzelf staande schrikkelijke oordelen, zoals het radbraken van de protestant Cales, die naar men beweert een kindermoordenaar is, wordt door Voltaire tot een moreel sensatiegeval opgeblazen in een van zijn publicaties! Hoewel Voltaire een godslasteraar is, kunnen we hem niet een volbloed atheïst noemen, want hij erkende het bestaan van God en het meesterstuk van de schepping, hoewel de God van Voltaire niet de God is van het christelijke geloof. Voltaire was in wezen een heiden, want van de onsterfelijkheid der ziel wilde hij niet weten. Hij spotte met degenen die God hun Vader noemde; hij schreef lasterend en minachtend over de Zoon van God en loochende de Voorzienigheid Gods. Gebed vond hij niet nodig en in wonderen geloofde hij niet, want alles geschiedde volgens hem 'naar blinde, absolute noodzakelijkheid'. Voltaire was in Frankrijk de grote woordvoeder van de Verlichting. Een van zijn belangrijkste boeken is getiteld: "Verhandeling over de tolerantie". Voltaire schroomde niet om de bijbelse dogma's te verwerpen en het ware geloof noemde hij 'bijgeloof.' Door zijn geschriften heeft Voltaire de Franse REVOLUTIE onmiskenbaar voedsel gegeven.

Voltaire is in 1778 gestorven en betrouwbare bronnen zijn eensluidend over het feit dat zijn sterfbed vreselijk is geweest, ten spijt van de valse beweringen van zijn hedendaagse atheïstische 'apologeten', namelijk dat Voltaire "als een goed mens in een kalme vrede is ontslapen."
Al bevatten zijn geschriften over het toenmalige vorstenhuis en de kerk veel waarheid, gaf dat Voltaire niet het minste recht om met God, Zijn Woord en de ware godsdienst de spot te drijven. De vreselijke gevolgen daarvan heeft Voltaire op zijn sterfbed ondervonden en knerst zijn tanden reeds in de eeuwige pijn. God laat niet met Zich spotten. Toen het uur van zijn sterven aanbrak, was zijn gezicht verwrongen van angst. Angst vanwege de majesteit van de tijdelijke, de geestelijke en de eeuwige dood! Bijna zijn ganse leven heeft hij met God en Zijn heilige dienst de spot gedreven en de draak gestoken met dood en eeuwigheid. Miljoenen mensen zijn door zijn geschriften vergiftigd en verleid geworden. Doch toen de dood kwam, gutste het angstzweet van zijn voorhoofd en puilde zijn grote angstogen uit zijn hoofd. Zijn vrienden die bij zijn sterfbed stonden, huiverden toen zij in de ogen van de stervende Voltaire keken waarin de doodsangst stond af te lezen. Voltaire heeft gedurende zijn leven net gedaan of God niet bestond, maar toen hij op zijn sterfbed lag, heeft hij ondervonden dat God wel degelijk bestond. Hij voelde de toorn Gods in zijn ziel branden en heeft het uitgeschreeuwd van angst, benauwdheid en ontzetting. Zo is Voltaire gestorven en zo is hij gedagvaard voor de rechterstoel van de levende God. Toen heeft hij ondervonden dat Gods Woord enkel Waarheid bevat, want er staat geschreven: "Vreselijk is het te vallen in de handen van de levende God!" Hebr. 10:31.

De Franse arts, Franchin, die Voltaire van nabij kende, schreef: "Door wraakgodinnen vervolgd, is hij (Voltaire) heengegaan. Ik denk met ontzetting daaraan. Ik zou wensen dat elk die door Voltaire's boeken werd meegesleept, getuige ware geweest van zijn dood."
Voltaire wordt zelfs de grootste spotter genoemd in het rijtje van de Verlichting-denkers, schrijvers en dichters, die proclameerden dat de ware vrijheid en het ware geluk in het atheïsme verklaard liggen, waarvan prof. Kuitert een nabije naneef is.
Amerikaanse filosofische (internet) bronnen geven echter doorgaans een positief beeld van Voltaire als schrijverfilosoof en vermelden hoegenaamd niets over zijn godslasterlijke boeken en vreselijk sterfbed. Christmas Evans ontmaskert Voltaire in zijn ware aard, als hij schrijft in "De heerlijkheid van het Evangelie": "De god van Voltaire is een hansworst, en de god van (Thomas) Paine een tiran." Tom Paine is hevig bestreden en onder bijbels vuur genomen door de van God geleerde ds. William Huntington.

VOLTAIRE, en zijn collega-schrijver ROUSSEAU, hebben de volksoproer onmiskenbaar in de hand gewerkt en zijn voorlopers van de Franse REVOLUTIE. De verwerping van het Woord Gods, de vertreding der Heilige Schrift, de versmading van 's Heeren rechten en inzettingen en de verheerlijking van de rampzalige leer van Voltaire en Rousseau was de diepste grond en wortel der Franse Revolutie. Rousseau en Voltaire waren voor de gereformeerden de 'bêtes noires' van het moderne radicalisme. In 1764 verscheen in Nederland Voltaire's "Traité sur la tolérance", waarop de Utrechtse hoogleraar Bonnet repliceerde met zijn "Oratio de tolerantia circa religionem, in vitium et noxam vertente". Al eerder, in 1762, hadden de Staten van Holland Rosseau's "Emile ou de l'éducation" verboden, omdat dit een werk was 'ten hoogste godloos, schandaleus, ergerlyk en profaan en te tendeeren om de onervaare Jeugt van den eenigen weg ter zaligheid, zynde het waaragtig geloove in Jesus Christus, af te leiden' 92.
Jean Jacques Rousseau (1712-1778) leerde dat de mens goed geboren wordt als een onbevlekt papier. Hij leerde dat we God gevoelen door een religieus gevoel, terwijl Gods Woord en de bevinding der heiligen leren dat God Zich bekend maakt door Woord en Geest. Bijbelse dogma's en geloofswaarheden loochende Rousseau en hij leerde zelfs dat de mens voor zijn 18e jaar onvatbaar is voor de godsdienst, maar op die leeftijd een keuze moet maken welke godsdienst hij wenst. Rousseau was dus een volbloed Pelagiaan. Zowel Voltaire als Rousseau hebben hun verderfelijke zaad gezaaid in de harten van miljoenen mensen en dat zaad is opgekomen en heeft zelfs mensonwaardige, anarchistische en bloedige vervolgingen ontketend, onder de leus: "Vrijheid, gelijkheid en broederschap." Met de ware godsdienst werd afgerekend en de afgoderij en de anarchie vierden hoogtij. Genoemde DEMOCRATISCHE leus der moderne tolerantie is reeds in de Nederlandse Grondwet vastgelegd in 'de wet gelijke behandeling', waarop de kamerleden en de ministers hun eed van trouw hebben afgelegd....

De geschiedenis herhaalt zich...
In kerk en staat mag nooit de (valse) verdraagzaamheid regeren, maar alleen de Waarheid Gods. Alles wat zich tegen de Waarheid Gods verheft zal geen dageraad hebben, al noemt men zich ook tienduizend keer 'atheïst', 'vrijdenker', 'gereformeerd' en/of 'reformatorisch'. De gedoogcultuur à la Voltaire voltrekt zich helaas ook in refo-kringen op dramatische wijze. Van die droevige ontwikkeling hebben we menige feiten aangetoond. Vele herders hebben geen voorbeeldfunctie meer voor eigen kudde, laat staan voor het maatschappelijke leven. De nieuw bedachte SGP-leus 'bijbels genormeerde politiek' moet de lading dekken van het moderne 'christelijke' denken, dat zich echter hoog boven de Wijsheid en de Waarheid Gods verheft. En dan de toenemende massa van aanbidders van het verstand, ook wel 'deïsten' genoemd, hebben in alle tijden hun hoogmoedige waanwijsheid laten gelden en in onze dagen maakt het aloude deïsme in een modern jasje zijn opmars in de kerk en staat. "Die in den hemel woont, zal lachen; de HEERE zal hen bespotten. Dan zal Hij tot hen spreken in Zijn toorn, en in Zijn grimmigheid zal Hij hen verschrikken", Ps. 2:4-5.

O, land, land, land, hoort des Heeren Woord!

GPPB.

Geraadpleegde bronnen:
"De strijdende Kerk", P.A. de Rover. Uitg. Kok Voorhoeve - Kampen.
"De Kerkgeschiedenis", deel 2, Joh. Vreugdenhil. Uitg. Den Hertog - Houten.
"De Geschiedenis der Kerk", Dr. H. Berkhof. Uitg. Callenbach - Nijkerk.
"Kerkgeschiedenis", K. Exalto. Uitg. Boekencentrum, 's Gravenhage.
"Beelden en schetsen uit de Kerkgeschiedenis", H.A. v.d. Mast. Uitg. H.A.van Bottenbrug - Amsterdam.
"De Geschiedenis van het Christendom", Dr. T. Dowley, Dr. A.J. Jelsma. Uitg. J.N. Voorhoeve - Den Haag.
"Kroniek van de mensheid", Uitg. Agon - Amsterdam.
"Het protestantisme in Frankrijk tot aan de Revolutie", Joseph Chambon. Uitg. Oosterbaan & Le Cointre - Goes.
"Nederlands Israël", C. Huisman. Uitg. J.P. v.d. Tol - Dordrecht.


http://www.derokendevlaswiek.nl