|
"En hij [Eliza] ging van daar op naar Bethel. Als hij nu den weg opging, zo kwamen kleine jongens uit de stad; die bespotten hem, en zeiden tot hem: Kaalkop, ga op, kaalkop, ga op! En hij keerde zich achterom, en hij zag ze, en vloekte hen, in den Naam des HEEREN. Toen kwamen twee beren uit het woud, en verscheurden van dezelve twee en veertig kinderen", 2 Kon. 2:23-24.
De kleine jongens die de profeet Eliza vloekten, zijn nog springlevend in onze dagen. Dat feit werd weer eens bevestigd door een recensie van dr. K. van der Zwaag over de recent verschenen karikaturenbundel omtrent ds. Th. van der Groe, van de hand van dr. J. Exalto en dr. F. van Lieburg en nog een paar van die pelagiaanse blaaskaken. (Zie RD. artikel - 'klik hier' link).
Onmiskenbaar zit recensent Van der Zwaag [een van die kleine jongens] op dezefde lijn als de doctoren schrijvers van het hierboven genoemde lasterlijke stripboek over ds. Van der Groe. Dat dit soort pelagiaanse, anti-bevindelijke erasmusianen door de geest van de antichrist gedreven worden, is voor mij oud nieuws. Maar dat zij een boek gepubliceerd hebben, waarin zij niet schromen een gezalfde knecht van God te vloeken zoals Eliza destijds gevloekt werd, staat onmiskenbaar in het kader van 2 Thess. 2:7-12: "Want de verborgenheid der ongerechtigheid wordt alrede gewrocht; alleenlijk, Die hem nu wederhoudt, Die zal hem wederhouden, totdat hij uit het midden zal weggedaan worden. En alsdan zal de ongerechtige geopenbaard worden, denwelken de Heere verdoen zal door den Geest Zijns monds, en te niet maken door de verschijning Zijner toekomst; Hem, zeg ik, wiens toekomst is naar de werking des satans, in alle kracht, en tekenen, en wonderen der leugen; en in alle verleiding der onrechtvaardigheid in degenen, die verloren gaan; daarvoor dat zij de liefde der waarheid niet aangenomen hebben, om zalig te worden. En daarom zal God hun zenden een kracht der dwaling, dat zij de leugen zouden geloven; opdat zij allen veroordeeld worden, die de waarheid niet geloofd hebben, maar een welbehagen hebben gehad in de ongerechtigheid."
Zowel de recensie als het genoemde boek over ds. Van der Groe zelf, hebben ten aanzien van Van der Groe maar één vloekende ondertoon, namelijk "KAALKOP GA OP, KAALKOP, GA OP!" Dat geldt met name voor de lastercampagne van scribent dr. L.F. Groenendijk, die Van der Groe vloekt gelijk Goliath David vloekte. God zal evenwel lachen in hunlieder verderf als hun vreze komt, daarvan getuigt de tekst wel waarmee wij dit artikel zijn begonnen.
Ook spreekt de affiniteit van Van Lieburg met de neogereformeerde leer van ds. A. Moerkerken meer dan boekdelen. Het zou me niets verbazen als de heren schrijvers hun schrijversopdracht ontvangen hebben via het refo-vaticaan op de Boezemsingel. De huidige godgeleerdheid is maar op een ding uit, namelijk om het levende Kind te vervolgen en het getuigenis derzulken te verdraaien tot hun eigen verderf. Dat het recente stripboek over ds. Van der Groe een spotprent is van de werkelijkheid, is geen wonder; want de satan zelf verandert zich in een engel des lichts (2 Kor. 11:14).
Dhr. J.A. de Ruiter, destijds een 'trouwe' volgeling van ds. Van der Groe, verraadt 'de laatste ziener' nu voor 30 zilverlingen. Volgens deze smader heeft Van der Groe "totaal niets begrepen van het merg van het Evangelie." De duivel siddert nog bij deze gedachte, want hij weet dat Christus dit soort smaders zal treffen met het zwaard Zijns monds. Ook beweert De Ruiter dat 'de profetie' van Van der Groe niet is uitgekomen en dat God gewoon is doorgegaan met Zijn Kerk-vergaderend werk. De duivel zou de waarheid niet beter hebben kunnen verdraaien dan De Ruiter doet met deze schandelijke leugen. NERGENS heeft Van der Groe beweerd dat God niet doorgaat met Zijn Kerk-vergaderend werk tot de voleinding der wereld. De lastering van De Ruiter is pure schizofrenie en van een bespottelijke inhoud. Van der Groe heeft alleen gezegd dat de gevestigde kerk tot een puinhoop zal worden gemaakt en dat de Heere de kandelaar van Zijn Woord daaruit zal wegnemen, vanwege de profane kerkpolitieke zonden. Nu, dat is volledig uitgekomen. De kerk is reeds een compleet afgescheiden puinhoop, ten spijt van de refo-sekten en de 'hersteld verbanden'. Maar dat feit staat God niet in de weg om Zijn Koninkrijk uit te breiden waar ook ter wereld. God gaat door tot de voleinding der wereld en dat kan geen mens tegenhouden, want daar staat het Testament van Christus (Matth. 28:20) Borg voor. Dat Testament staat ook in mijn hart geschreven en geen leed zal dat ooit uit mijn geheugen kunnen wissen. Ik zou zeggen, vriend De Ruiter, neemt uw vuile lasteringen maar mee tot voor de rechterstoel van Christus en kijk dan hoe het u vergaat. Bekeert u! Nee, ik moet niets hebben van oudvaderverering. Ook in onze dagen kalkt men bijbeldikke boeken vol met oudvadercitaten, om een bepaalde ingeburgerde ketterij met de nodige voorliefde te reformatoriseren. Daarvan is het 'vrede, vrede en geen gevaar'-boek van K. van der Zwaag wel een sprekend bewijs en ook ds. C. Harinck spreekt zielen buiten het recht om zalig met gefilterde oudvadercitaten. De buitensporige oudvaderverering door de reformatorische achterban is welzeker een paapse afgoderij, die wij meermalen bestreden hebben. Gods Woord, ofwel de vrije genadeleer leer van Christus, heeft men massaal verlaten en kerkelijk Nederland is rooms tot op het bot, mede door de heersende oudvaderverering. Afgoderij en fundamentele dwalingen dienen altijd bestreden te worden, ook die van oudvaders, echter alleen door het geloof op grond van Gods Woord en niet op grond van een of andere oudvaderleer. Want dan geldt: "Jezus ken ik, maar wie zijn dezen?" Hoewel sommige oudvaders fundamenteel gedwaald hebben, geldt dat niet voor alle oudvaders (en ook niet voor alle huidige predikanten, hoewel er zeer weinigen zijn). Sommige oudvaders hebben de erfenis van de Reformatie zuiver bewaard en uitgedragen en dat geldt ook voor ds. Van der Groe, hoewel hij absoluut niet onfeilbaar was. Daarvan kunt u ook nota nemen op deze site. Ook Van der Groe kende ten dele en profeteerde ten dele en dat gold ook voor de reformatoren. Voor mij vormen de reformatoren echt geen sluitstuk op het licht des Geestes over de lere Christi, ofwel het Goddelijke Getuigenis. Om maar een voorbeeld te noemen: dr. H.F. Kohlbrugge is door de Heere gebruikt om de Nadere Reformatie een veel zuiverder gestalte te geven dan de 17e eeuwse theologie met haar roomse substantiële heiligmakingsdoctrine. Men overtuige zichzelf aan de hand van de gerelateerde artikelen op deze site. Er bestaat echter geen systeem om de dwalingen te bestrijden, want een systeem eindigt altijd in wetticisme. God zette David in de bres toen Goliath de slagorde des Heeren lasterde, de filistijn ten dode. Zo heeft God de reformatoren in de bres gezet tegen Rome. Dat doet de Heere nog, al is het door verguisde enkelingen. 1 man met God is evenwel de Meerderheid.
Van der Zwaag schermt ook met Whitefield (plus de arminiaan Wesley) en speelt Whitefield uit tegen Van der Groe, maar Whitefield's prediking verschilt NIETS met die van Van der Groe. Moet u Whitefields preek maar eens lezen over Jeremia 6:14: "En zij genezen de breuk van de dochter mijns volks op het lichtste, zeggende: Vrede, vrede! doch daar is geen vrede." Whitefield veegt de vloer aan met de valse opwekkingsgeest à la de SRA-beweging en gelijknamige predikanten! En het schijnverwachtingsboek van Van der Zwaag zou Whitefield rechtstreeks in de kliko werpen, als zijnde vals en ongoddelijk.
In de recensie van Van der Zwaag staat ook ondergetekende in het rijtje van de sympatisanten van Van der Groe (wat een eer!), maar ik wil de goe-gemeente wel ontnuchteren: ik ben geen Van der Groe-iaan, maar een geroepen getuige van Christus. Ik ken maar één Leraar der gerechtigheid en dat is Christus, en de geroepen rest is leerjongen, ofwel soldaat in de slagorde des Heeren. Ik heb wel grote achting voor de Godsmannen als Luther, Calvijn, Rutherford, Van der Groe, Whitefield, Kohlbrugge, Huntington enz., maar dat is heel wat anders dan dezulken boven het Woord te stellen, zoals de Ger. Gem. met Comrie doet. Velen maken bepaalde oudvaders tot hun 'pilaarheiligen', maar de meest begenadigden onder hen waren slechts mensen van gelijke beweging als wij. Hetgeen zij (en wij) leren moet altijd aan het Woord getoetst worden en als het een dwaling betreft, moet die bestreden worden met en op grond van de heilige Schriftuur en dat door het geloof. Dat betekent niet dat de Heere Zijn ware knechten ongestraft laat vloeken door dit soort refo-filistijnen van het genoemde stripboek. Men leze in het artikel "SOLDAAT IN DE SLAGORDE DES HEEREN" hoe God met dit soort lasteraars afrekent. Eliza, de man Gods, vloekte de jeugdige vloekers in de Naam des Heeren en 42 van hen vonden een vreselijke doch rechtvaardige dood. Hoe zal het dan dit soort "volwassen" spotters vergaan?
Tenslotte Dat men de wettische 'onbesneden jood', dhr. P.F. van der Meer, in het rijtje van de "Van der Groe-volgelingen" plaatst, bewijst de nameloze onkunde en stekeblindheid wel van de doctoren schrijvers. Kortom de psychologische stripverhalenbundel over ds. Th. van der Groe berust louter op vleselijke schizofrenie en dat geldt vanzelf ook voor de genoemde VdZwaag-recensie. De Heere zal het zien en zoeken!
GPPB.
|
|