'DE ZONDE VAN BATHSEBA'
'DE ZONDE VAN BATHSEBA'        
Plaats in winkelmandjeMandje
Onlangs kreeg ik een brochure, getiteld: 'DE ZONDE VAN BATHSEBA' in handen gedrukt, met de vraag om er een commentaar op te schrijven. In dit bestek is het echter onmogelijk om de engelstalige inhoud van de genoemde brochure weer te geven, maar in het commentaar komen duidelijk de hoofdpunten uit de brochure naar voren, zodat de lezers een goede indruk krijgen wat de anonieme(!) schrijver van de brochure bedoeld te zeggen.

Vanwege de anonimiteit van de schrijver, de neonominaanse inhoud van de brochure, en vooral de erotisch getinte omschrijving van onzedelijke vrouwenkleding, vond ik het meer dan de moeite waard om er een commentaar op te schrijven, aangezien de brochureschrijver het leven der genade degradeert tot een aantal zedelijke gedragscodes en zo vervalt in een wettische religie die ook in onze dagen hoogtij viert, zowel in linkse kringen als in uiterst rechtse kringen.
In de eerste plaats moet gezegd worden dat het onbijbels (en laf) is om ten aanzien van het Woord en pastorale vermaningen anoniem te publiceren! De man die deze brochure gepubliceerd heeft, is volgens het Evangelie van Christus schijnheilig. Contra de anonimiteit zegt Paulus in Romeinen 1:16: "Want ik schaam mij des Evangelies van Christus niet; want het is een kracht Gods tot zaligheid een iegelijk, die gelooft, eerst den Jood, en ook den Griek." Verder zegt Paulus in Hebreeën 2:11-12: "Want en Hij, Die heiligt, en zij, die geheiligd worden, zijn allen uit Eén; om welke oorzaak Hij Zich niet schaamt hen broeders te noemen. Zeggende: Ik zal Uw Naam Mijn broederen verkondigen; in het midden der Gemeente zal Ik U lofzingen." En in Galaten 1:20 schrijft Paulus: "Hetgeen nu ik u schrijf, ziet, ik getuig voor God, dat ik niet lieg!"
De apostelen en profeten hebben nooit anoniem geschreven. Bovendien, Paulus bestrafte Petrus, toen deze in Antiochië met de Joden veinsde, IN ALLER TEGENWOORDIGHEID.
Verder betuigt Paulus in 2 Korinthe 4:2: "Maar wij hebben verworpen de bedekselen der schande, niet wandelende in arglistigheid, noch het Woord Gods vervalsende, maar door openbaring der waarheid onszelven aangenaam makende bij alle gewetens der mensen, in de tegenwoordigheid Gods." En in 2 Korinthe 7:12: "Hoewel ik dan aan u geschreven heb, dat is niet om diens wil, die onrecht gedaan had, noch om diens wil, die onrecht gedaan was; maar opdat onze vlijtigheid voor u bij u openbaar zou worden, in de tegenwoordigheid Gods."

Anonimiteit is dus in strijd met het Evangelie. Christus schaamt Zich niet om de 'onheilige heiligen' Zijn broeders te noemen en Zijn Naam onder hen bekend te maken. Een licht op een kandelaar en een stad op een berg kan niet verborgen blijven. Saul hield zich achter de vaten verborgen en wilde niet openbaar komen. Dat was hoogmoedige nederigheid van Saul, zo-ook van deze anonieme schrijver.
Het tweede wat in zijn algemeenheid gezegd moet worden is dat de inhoud van dit artikel een gedaante van godzaligheid wil profileren, maar de kracht ervan verloochent. Op zijn best gesproken bevat de brochure over Bathseba een aantal 'kledingvoorschriften' wat de naam 'reformatorische zedigheid' moet dragen, maar het is slechts een blauwdruk van de praktijk der ware godzaligheid. Ik wil niet beweren dat kleding niet ter zake doet in de praktijk der godzaligheid, maar de erotische ontleding van vrouwenkleding zoals de brochureschrijver pleegt te doen en daarbij denkt zijn doel te bereiken, heeft weinig te maken met de natuur van het ware genadeleven in Christus. De brochureschrijver beweert dat hij zich richt tot christelijke en godzalige vrouwen, maar dat is een blaam op de ware godzaligheid. Godzalige vrouwen zijn immers van de Heere Zelf onderwezen en wandelen door het geloof dat door de liefde werkt en hebben zonder enige uitzondering een afkeer van onzedelijke kleding, maar ook een afkeer van elke wettische regelgeving op dit gebied. Zij wandelen door het geloof en handelen door de liefde van Christus, hoewel ze -net zoals hun godzalige broeders- struikelen in velen. De brochureschrijver wil echter beweren dat er tegenwoordig 'christelijke vrouwen' zijn die schuldig zijn aan zedeloos kledinggedrag (pag 2), en er (onbewust) in leven, maar vrouwen die (onbewust) in de zonden leven zijn onverzoend en met de gehele wereld voor God verdoemelijk. Van nature zijn we ons de zonde niet bewust en hebben we daarvan geen last, maar dat geldt NIET voor de godzalige Bathseba en godzalige vrouwen/mannen.

De brochureschrijver beweert dat Bathseba de oorzaak was van Davids zonde, maar dit is een verdraaiing der Schrift en een blaam op Bathseba, die hij beschuldigt een 'kleine zonde' te hebben bedreven en haar nota bene de oorzaak van Davids zonde toeschrijft (pag. 1). David was zelf de oorzaak van zijn vallen in de zonde, want hij behoorde niet op het dak van zijn paleis te luieren, maar zijn leger aan te voeren in de krijg tegen de Ammonieten. Stilstaande wateren vergaderen allerlei vuiligheid en ledigheid is des duivels oorkussen! Bovendien rept de Schrift nergens over de zonde van Bathseba. De badende Bathseba was echt niet zichtbaar vanaf de straat, maar de toenmalige oosterse woningen waren geheel anders gebouwd dan wij ons permitteren, zodat 'inkijk van bovenaf' soms mogelijk was. De profeet Nathan heeft echter nergens gezegd: "Gij zijt die vrouw", maar: "Gij zijt die man!"
Het 'kleine vuur met groot gevolg' waarvan de anonieme schrijver melding maakt (pag. 2) moet hij niet bij Bathseba zoeken, maar in zijn eigen hart! David staat hier namelijk model voor alle mannen en degenen die -met Paulus- weten dat de Wet geestelijk is, zullen dit volmondig toestemmen. En omdat de Wet geestelijk is, ben ik vleselijk, verkocht onder de zonde. Waarom heeft God dit zo gemaakt? Niet om de zonde te bagatelliseren, maar wel om GENADE ALLEEN TE VERHEERLIJKEN! Gods volk moet -net zoals David en al de heiligen- het dikwijls van de zonde verliezen, opdat genade GENADE zou zijn én verheerlijkt worde. Salomo heeft zich wel 700 + 300 x vergrepen aan de schoonheid en veelheid der vrouwen en bijwijven en dat was gewis een groot kwaad, waarvan de gevolgen niet uitbleven! Maar daarom staat er ook in Mattheüs 12:42 en in Lukas 11:31 geschreven: "En ziet! méér dan Salomo is hier!"

Bathseba bedreef echter geen (on)(bewuste) zonde toen zij zich baadde! David deed evenwel aan plichtverzaking en gluurde vanaf het dak van zijn paleis door het dakraam naar zijn buurvrouw. Hij had blijkbaar niet -zoals Job- een verbond met zijn ogen gesloten. David viel door eigen schuld in de zonde en heeft dat ook bitterlijk moeten bewenen.
Waarvan de brochureschrijver geen melding maakt, is, dat uit het overspel van David met Bathseba Christus geboren is. Daarmee praten we het overspel van David niet goed, maar we willen wel het aanbiddelijke werk van Davids grote Zoon verheerlijken. Gods volk zal namelijk het wonder niet zonder innige zielsontroering kunnen bewonderen dat God uit het menselijke kwade het goddelijke goede weet voort te brengen.
Op pagina 3 van zijn brochure geeft de brochureschrijver wel een 'knap' staaltje van zijn geestelijke onkunde weer, ten aanzien van de kleding, waarmee God Adam en Eva kleedde, nadat zij in de zondeval gevallen waren. Hij schrijft namelijk dat de enige reden dat God hen kleedde was, om hun naaktheid te bedekken. Maar hij schrijft er niet bij dat God hen kleedde om hun naaktheid voor GOD te bedekken. God bedekte hun naaktheid niet louter voor henzelf, maar voor ZICHZELF, omdat naaktheid een zonde was geworden. God kan de zonde bij Zijn kinderen niet aanzien en daarom bedekt Hij hen met de mantel der gerechtigheid. Zo deed Hij ook met Adam en Eva. De mantel waarmee God Adam en Eva bekleedde zag namelijk op het kleed der gerechtigheid van Christus. Er was immers een dier geslacht, wat zag op het Offer en Bloed van Christus. God heeft Adam en Eva heus niet gekleed overeenkomstig de reformatorische of mennonietische zedelijkheidscode. De Mennonieten-vrouwen hier in Canada zijn voor het oog beter gekleed dan welke godzalige vrouw dan ook, en uitwendig beschamen zij het gros vrouwelijke kerkgangers, maar de Mennonietenreligie ligt helaas op dezelfde hoop als het Boeddhisme en Hindoeïsme, of welke religie dan ook. Immers, zonder het ware geloof is elk kledinggedrag zonde voor God, hoewel degenen die onder de Wet zijn -op straffe des eeuwigen doods- verplicht zijn de Wet te gehoorzamen in al haar delen. Gods volk -hoewel vrijgesteld van de Wet- leeft echter geheel overeenkomstig de Wet door het geloof in Christus en zij wandelen niet meer naar het vlees maar naar de Geest, in tegenstelling wat de brochureschrijver beweert, want hij schrijft dat veel christelijke en godzalige vrouwen wel naar het vlees leven. Dat is in tegenspraak met Gods Woord, want Gods volk wandelt naar de Geest. Als David in de zonde met Bathseba valt, is daarom zijn geloof niet opgehouden en zijn wandelen naar de Geest niet anders geworden. De Schrift zegt immers: "Zo is er dan geen verdoemenis voor degenen die in Christus Jezus zijn, die niet naar het vlees wandelen maar naar de Geest" Rom. 8:1. Na de wedergeboorte wandelt Gods volk niet meer naar het vlees, hoewel zij wel steeds in de zonde vallen. De Schrift tekent het karakter van het genadeleven op een geheel andere wijze dan de brochureschrijver doet. "Want die naar het vlees zijn, bedenken, dat des vleses is; maar die naar den Geest zijn, bedenken, dat des Geestes is. Want het bedenken des vleses is de dood; maar het bedenken des Geestes is het leven en vrede; daarom dat het bedenken des vleses vijandschap is tegen God; want het onderwerpt zich der wet Gods niet; want het kan ook niet. En die in het vlees zijn, kunnen Gode niet behagen", Rom. 7:5-8.
De laatste vier regels gelden alleen voor de onverzoenden en Gods volk leeft het in! Maar wat zegt de Heilige Geest in het volgende vers? Dit: "Doch gijlieden zijt niet in het vlees, maar in den Geest, zo anders de Geest Gods in u woont", Rom. 7:9.
De Heilige Geest zegt hier dat er niet één kind van God is die in het vlees is (leeft) en naar het vlees wandelt! De brochureschrijver beweert het tegendeel en verstaat derhalve NIETS van Romeinen 7, nog geen komma!
Ik heb eens een dominee horen zeggen dat als David geen vergeving van zonde had ontvangen na de zonde met Bathseba, hij verloren had gegaan. Die predikant moet familie zijn van de anonieme brochureschrijver, want zijn uitspraak over David is van hetzelfde soort blasfemie als er in de anonieme brochure ten toon gespreid wordt. Hoewel Gods kinderen in de zonde vallen, kunnen zij nooit afvallen, want er is geen afval der heiligen. Hun Wandel is hun Leven en hun Leven is Christus! Hun vallen in de zonde brengt God niet in mindering op hun wandel naar de Geest, maar dat doet die brochureschrijver wel en die wettische dwaling heb ik reeds aangetoond en op grond van Gods Woord ontmaskert en ik zal dat nog doen met het volgende.

Zoals aangetoond, richt de anonieme brochureschrijver zich in zijn brochure tot de godzalige vrouwen, nadat hij geschreven heeft over de strijd van mannen omtrent hun verzoekingen (pag. 4). Ten aanzien van het laatste schrijft hij: "U zou nooit meer pleiten voor uw recht om u te kleden zoals u wilt."
Het antwoord van een godzalige vrouw die ik de brochure heb laten lezen, mag de lezer op zich in laten werken. Zij zei namelijk: "Ik zou er alles om laten en verzaken om me elke dag zodanig te mogen kleden zoals ik graag zou willen. Ik zou me dan keer op keer kleden met de mantel der gerechtigheid van Christus, want dan zou ik nooit meer mijn God mishagen!"
U ziet, dat is wel heel andere taal dan de brochureschrijver bezigt, waarmee hij de wil en het (ingebeelde) recht van zogenaamde 'godzalige vrouwen' omschrijft. Vrouwen die zich opzettelijk willen kleden naar de norm van de onzedelijke wereld, zijn ABSOLUUT GEEN godzalige vrouwen, maar duivelinnen en verleidelijke hellemonsters, die hun verdoemenis niet zullen ontgaan, tenzij zij zich tot God bekeren. Dat zulk "christelijk" Izebeltuig nu bij hopen aan het Heilig Avondmaal deelneemt, bewijst dat de Geest geweken is en daar is de generale prediking debet aan!
Vervolgens beweert de brochureschrijver dat de hartstochten van een man niet beleefd kunnen worden door een vrouw (pag. 5). In zekere zin is dat waar, maar hij weet blijkbaar niet dat slechte vrouwen meer hartstochten in hun 'mars' hebben dan slechte mannen. Ik zal maar niet in details treden, want alle dingen stichten niet. De brochureschrijver doet zich schijnbaar voor als 'een braaf zoon der kerk', want hij probeert het leven van onverzoende zondaressen (die hij aanspreekt als godzalige vrouwen) op te knappen door hen een zedelijke gedragscode aan te meten. Hij heeft er blijkbaar geen erg in dat hij op deze wijze de geloofswandel der godzalige vrouwen blameert, want die wandelen zonder onderscheidt naar de Geest en niet naar het vlees. En áls ze in de zonde vallen dan nóg wandelen ze naar de Geest, niet vanwege hun vallen in de zonde, maar vanwege hun wandel des geloofs in de voetstappen Christi, die Gods volk NOOIT verliest, want daar staat de voorbidding van Christus Borg voor.
De anonieme brochureschrijver oordeelt alleen wat hij voor ogen ziet en is tevreden met een zedig uiterlijk en een kerk vol (onverzoende) Mennonietenvrouwen zou hij het Avondmaal niet weigeren! Geef mij dan maar een kerk vol met verloren zonen en dochters, want Christus zoekt alleen het verlorene en Hij zwijgt in Zijn liefde voor dat volk wat gedurig een groot beest moet inleven en bij de uitleving niet verder komt dan een dode hond, evenwel levend gemaakt in en met Christus.
De brochureschrijver (en velen met hem) wil de genade in twee delen verdelen, namelijk in staat en wandel, in rechtvaardigmaking en heiligmaking, maar dat is een ketterij waarmee Rome wedijvert. Als we vrije genade ontvangen, ontvangen we geen stukken noch delen, noch standen, noch gedragscodes, maar een Persoon, namelijk Christus. Is Christus gedeeld? Gods volk ontvangt in de rechtvaardigmaking Christus en Zijn gerechtigheid, zoals Paulus verwoordt in 1 Korinthe 1:30 en dat is Alles. Amen.

Ook meent de anonieme schrijver dat de meeste mannen beter in staat zijn dan David om de verleiding te weerstaan (pag. 5-6). Daarmee levert hij het bewijs zichzelf niet te kennen en ook absoluut geen ontdekking heeft wie de oude Adam eigenlijk is. Ik zeg u, op grond van de Schrift, dat David het er beter van af gebracht heeft dan welke (godzalige) man ook. Bovendien, als je genade wilt hebben, moet je zonden hebben en niet weinig ook, ja, gans melaats zijn! Omdat David veel vergeven was, wist hij de verborgenheden der godzaligheid bij uitstek te vermelden en was hij een uitnemend vertolker van de verbonden der beloften. Met Paulus wedijverde hij de grootste der zondaren te zijn, want hij doorweekte zijn bed met tranen van berouw vanwege zijn zonden! Ook kende hij Christus in Zijn godverlatenheid en vertolkt hij door de Heilige Geest Zijn lijden. Wie meent zich jegens de zonde beter te kunnen bedwingen dan David, die is een verdoemde en hoogmoedige huichelaar zonder genade, al had hij nooit publieke hoererij bedreven!
De anonieme schrijver beweert dat de maatstaven van de kerk zeer laag gezonken zijn in onze dagen. Ik zou zeggen: blijf maar dicht bij uw eigen huis, want dat is op zandgrond gebouwd. Maar wat hebben die gezonken kerkelijke maatstaven te betekenen ten aanzien van de maatstaf der Wet? Met eerbied gesproken: God lacht om al die kerkelijke maatstaven. Hij zal nooit en te nimmer de absoluutheid van de Wet relativeren en de zonde door de vingers zien. God straft de zonde met de drievoudige dood, óf Hij vergeeft de zonden en rekent de straf Christus toe. Er is geen andere weg om zowel van de straf der zonde als de smet der zonde af te komen dan door de vergeving der zonde in het bloed van Christus. De anonieme schrijver rept daarover met geen woord, maar heeft het alleen over verleiding en verzoeking, temptations en passions, maar waar is het bloed en de gerechtigheid van Christus? Vervloekt is al die zogenaamde 'godzaligheid' die alleen van 'zedelijk gedrag' en zogenaamde 'goede werken' rept! Vervloekt is alle 'godzaligheid' die buiten Christus' gerechtigheidskleed om, Gods bedoeling met de kleding wil voorstellen! Medewerkers van de duivel zijn het die Gods volk haar enige troost proberen te ontnemen door het zedelijke gedrag in plaats van Christus en Zijn gerechtigheid te verhogen!
De anonieme brochureschrijver dringt er bij zijn lezers op aan om het woord van een man (waarmee hij nota bene zichzelf bedoelt) aan te nemen (pag. 5), terwijl Gods Woord, bij monde van de profeet Jeremia zegt dat al degenen die dat doen vervloekt zijn! "Zo zegt de HEERE: Vervloekt is de man, die op een mens vertrouwt, en vlees tot zijn arm stelt, en wiens hart van den HEERE afwijkt!" Jer. 17:5.

Ook denkt de brochureschrijver dat zwemmen voor vrouwen in zwemkleding verboden is, maar dat staat nergens in de Bijbel. Godzalige vrouwen hebben er geen behoefte meer aan, MAAR DAT IS HEEL WAT ANDERS! Gods volk doet de zonde niet meer, niet omdat het verboden is, maar omdat de liefde van Christus hen dringt het goede te doen, namelijk om God te verheerlijken en de naaste voor Christus te winnen. Als Gods volk niet door de dadelijke liefde van Christus gedrongen wordt, blijft er niet veel meer dan een zelfbedoelend beest over. Maar dat schaadt hun geestelijke wandel, die zij in Christus hebben, NIET! Het schaadt alleen de gemeenschap tussen God en hun ziel! En als Gods eer er publiek door gekrenkt is, moeten zij op kastijdingen rekenen, zo zelfs dat zij de plagen, waarmee de wereldlijke godsdienst gestraft wordt, zullen ontvangen (Openb. 18:4). Dat kan zelfs het tijdelijke leven kosten, hoewel het dan nóg Vaderlijke kastijdingen zijn, tenminste als het Zijn volk betreft. Sommigen zullen wel behouden worden, maar als door vuur! (1 Kor. 3:15).

Vervolgens gaat de brochureschrijver gedetailleerd in op korte rokken, lage halslijnen, mouwloze blouses, doorschijnende kleding, strakke kleding, waarover we geen woorden wensen vuil te maken, want alle dingen stichten niet, maar daarvoor is de brochureschrijver blind.
Wel wil ik wat zeggen over het broekdragen door vrouwen. De anonieme schrijver weidt er een heel hoofdstuk aan en beweert dat dit hét twistappel is dat kerken, families en vrienden scheidt. Ik zal u zeggen dat als kerken een pro-broekdragende-vrouwen-politiek voeren, niet de gemeenten van Christus zijn, en al die zogenaamde vrienden die dezelfde politiek aanhangen zijn mijn vrienden niet, want die een vriend der wereld is, is een vijand van God genaamd. Ik houd het liever met degenen die met hun korte rokken en broeken in de verlorenheid terecht zijn gekomen en geen Helper hebben en om genade schreeuwen. Dat is velen echter te min, maar dat scheelt me weinig. De vader van de verloren zoon is echter niet van zijn zoon gescheiden omdat hij met een korte broek de wereld in ging. Hij bleef naar hem uitzien.
De anonieme schrijver (ofwel de oudste zoon in dit verhaal) schrijft het dragen van korte en/of lange rokken/broeken hoofdzakelijk toe aan de historische cultuur van ons land. Hij schrijft: "Volgens de historische cultuur dragen de mannen lange broeken en de vrouwen jurken." (pag. 12). Als het dragen van broeken en rokken alleen een cultuurkwestie is, kun je je afvragen waarover de anonieme schrijver zich dan zo druk maakt. Niet de cultuur, maar Gods Woord is richtsnoer en het einde van alle tegenspraak! Broek- en jurkdracht is geen kwestie van cultuur. Het is scheppingsorde! Adam is eerst gemaakt, daarna Eva. God heeft de man donatief geschapen, namelijk om te geven. De vrouw is receptief geschapen om te ontvangen. In dat kader staat ook de kleding. Als sommigen dit niet begrijpen en ik het verder moet uitleggen, krijg ik het gevoel voor een dierentuin te schrijven, daarom houd ik het hierbij.
Volgens de anonieme brochureschrijver neemt de oudere garde nog wel een principieel standpunt in tegen broekdragende vrouwen. "Broeken, zo zeggen zij, zijn mannenkleding en op grond van Deut. 22 is het een gruwel voor een vrouw om broeken te dragen." (pag. 12).
Weer zo'n omgekeerd-remonstrantse veronderstelling, want als het genoemde 'standpunt' alleen gehuldigd zou worden door de oudere garde, dan zou dat betekenen dat God nu geen jonge mensen meer bekeert. BESPOTTELIJK! Als God NU een verloren zoon of dochter bekeert, verwisselt het meisje de broek voor een rok of jurk en kleedt zij zich ingetogen, want zij wordt door de liefde van Christus gedreven. Gods manier van bekeren verandert echt niet door de mode. Laat u zich dat nooit wijsmaken!
Op pag. 13 wordt de brochureschrijver helemaal onzedelijk als hij gedetailleerd het gebied aangeeft waar vooral die delen bedekt moeten blijven die zich bevinden "between your waist and your knees." Als dit nog sticht dan sticht de duivel ook. Of moet ik het vertalen?
Ik loop echter een beetje op de stof vooruit, want ik moet nog een opmerking maken over de visie van de brochureschrijver over het broekdragen voor vrouwen. Op pag. 13 zegt de anonieme schrijver namelijk dat broeken geschikt zijn om de vrouwelijke vormen te tonen. De anonieme schrijver voert hiermee een pleidooi voor ruimzittende vrouwenbroeken? Trouwens, als het waar is dat alleen strak zittende broeken voor vrouwen onacceptabel zijn, geldt dat ook voor mannen. Een man heeft ook vormen, maar u mag van mij weten: ik draag echt geen Canadese slobberbroeken. Dat vind ik afzichtelijk, schizofreen en vooral niet mannelijk. Strak of ruimzittend, het is de vrouw niet bijbels geoorloofd mannenkleding te dragen, want de vrouw is receptief geschapen, om te ontvangen. Dat moet ook tot uiting komen in haar kleding. Een vrouw moet er vrouwelijk uitzien, dus niet met een jurk gekleed zijn die meer op een jutezak lijkt dan op een jurk. Een vrouw is vrouwelijk en moet zich niet kleden in een godsdienstig harnas volgens de regelgeving der Farizeeërs en mag zich niet als een vrome non kleden, want daarmee speel je de duivel in de kaart. Van verre moet je kunnen zien: daar komt een vrouw aan. Rebekka kreeg van de godzalige Elimelech zelfs sieraden, want dat is vrouwelijk. Het is een vrouw geoorloofd bijv. een halsketting en armbanden dragen en een man niet. Een man die een halsketting draagt is een verwijfde man. Volgens de anonieme schrijver moet een vrouw er zodanig uitzien dat er van een vrouwenfiguur helemaal geen sprake meer is. Dat is GODDELOOS en tegen de scheppingsorde! Een vrouw is een vrouw en moet er uitzien als een vrouw en niet als een zoutpilaar, want dezulken hebben hun hart in Sodom. Sara zag er aantrekkelijk uit, want zij was schoon van aangezicht, staat er. Anders had Abimelech haar echt nooit meegenomen! En van de vrouwen van Jakob staat er in Genesis 29:17: "Doch Lea had tedere ogen; maar Rachel was schoon van gedaante, en schoon van aangezicht." DAT ZEGT GODS WOORD! Goed, die twistgierig wil zijn moet dan maar het klooster ingaan en zich over deze kwestie pijnigen. God heeft geen lelijke vrouwen geschapen, integendeel, dat hebben wij ervan gemaakt door de zonde en daarmee ligt ook de schoonheid der vrouwen verzondigd. Door de wedergeboorte kunnen we onze schoonheid, die we in het paradijs bezaten, weer in Christus rijkelijk terug ontvangen. De Bruid van Christus kan er afzichtelijk uitzien, zwart als de tenten van Kedar, maar ze is schoon en liefelijk in de ogen van de Bruidegom.
Vervolgens spoort de brochureschrijver de godzalige vrouwen aan zijn raadgevingen op te volgen, omdat zij ZONDER DE INSTRUCTIE VAN EEN MAN (waarmee hij zichzelf bedoelt) niet zouden weten wat goed is. Dit gaat wel heel ver en ik noem het een VERVLOEKTE AFGODERIJ! Vervloekt is die vrouw die haar oor te luisteren legt bij een andere man die meent dat de vrouw zonder hem niet in staat is onderscheid te maken tussen goed en kwaad! Godzalige vrouwen moeten wel in de leer gaan bij hun EIGEN mannen, zegt de apostel Paulus, maar dat is heel wat anders.
Ook veronderstelt de anonieme schrijver dat vrouwen de hartstochten van een man niet kunnen peilen. Ik bestrijd dit, want waarom zouden bepaalde vrouwen zich dan zo verleidelijk kleden? Omdat zij de hartstochten van de man kennen en daarop inspelen! De duivel is daarbij hun leermeester en die weet op een perfecte manier de hartstochten van de man in een vrouwenhart te openbaren. De anonieme schrijver is niet alleen wettisch, maar ook wereldvreemd en wereldvreemd is ook wettisch. Als er staat dat God in Christus alzo lief de wereld gehad heeft, zullen we toch een keer als enkel wereld openbaar moeten komen, in de aanvaarding van onze welverdiende straf, om niet die liefde Gods in Christus voor eeuwig te ontberen.
Maar stel dat de vrouwen zich goed en zedig kleden en dat de mannen geen ongeoorloofde lusten zouden omdragen, wat wil de anonieme schrijver hiermee bereiken? Een soort 'walhalla' om goed geklede vrouwen en mannen de hel te besparen? De anonieme schrijver rept namelijk met geen enkel woord over goed geklede vrouwen en mannen die een gedaante van de godzaligheid hebben, maar de kracht ervan verloochend hebben en derhalve de bodem der hel zullen bedekken. Wat dat betreft is die anonieme schrijver een zieleverleider van het ergste soort, want hij beweert dat Romeinen 7 leert dat het goede te doen bij godzalige mannen er SOMS niet is (pag. 18). Dat is een grote verdraaiing en lastering van hetgeen Paulus zegt in Romeinen 7. Paulus zegt namelijk: "Want ik weet, dat in mij, dat is, in mijn vlees, geen goed woont; want het willen is wel bij mij, maar het goede te doen, dat vind ik niet. Want het goede dat ik wil, doe ik niet, maar het kwade, dat ik niet wil, dat doe ik", Rom. 7:18-19.
Paulus zegt niet dat hij het goede SOMS niet doet, nee, hij zegt: "...het goede te doen, dat vind ik niet..." Dat betekent: NOOIT! Namelijk in zichzelf. Hij zegt: "Want het goede dat ik wil, doe ik niet, maar het kwade dat ik niet wil, dat doe ik." Paulus heeft het hier over de totale Paulus en niet over het geestelijke deel, want God houdt er geen delen op na, maar nieuwe schepselen. Paulus en al Gods volk is totaal vleselijk en totaal geestelijk. Totaal goddeloos en totaal rechtvaardig en heilig in Christus. Toch deed Paulus goed, jawel, maar alleen in Christus. In Christus had hij nog nooit iets verkeerds gedaan! Het geloof doet nooit iets verkeerd, altijd goed. Paulus zegt in 2 Korinthe 2:15: "Want wij zijn Gode een goede reuk van Christus, in degenen die zalig worden, en in degenen die verloren gaan."
De anonieme brochureschrijver wil de genade van een kind Gods delen in zijn staat én in zijn goede of slechte gedrag, maar dat is een dacostiaanse misdaad en neonomiaanse blasfemie. God neemt persónen en geen vleselijk of geestelijke delen aan. Hij maakt van een dode een levende en van een vijand een vriend, ineens en voor altijd en totaal en dan volgt de strijd des gelóófs tussen vlees en Geest. Maar dat is geen strijd tussen 'vroom vlees' en 'slecht vlees', en ga je die twee vermenigvuldigen houd je verrot vlees over. In zichzelf blijft Gods volk evenwel een ellendig en arm volk, vleselijk, verkocht onder de zonde, die hun betrouwen niet zetten op een man die zulke onzin verkoopt zoals de anonieme brochureschrijver dat doet, maar hun betrouwen stellen op de Naam des HEEREN. Dezulken hebben zichzelf en hun goede werken op de mesthoop gegooid. AMEN!
Op pag. 18 van de brochure schrijft de anonieme schrijver: "Waarheen zullen we vluchten in deze slechte wereld? Moeten we vluchten van de vergadering des Heeren om onze harten rein te houden? Schaamte! Schaamte! Als we daarin geen veilige schuilplaats kunnen vinden!"
Het spijt me, maar ik heb toch een betere Schuilplaats dan de anonieme schrijver zijn lezers voorhoudt, namelijk de Schuilplaats des Allerhoogste!

Aan het einde van zijn verhaal probeert de anonieme schrijver het huwelijk recht te doen, door één vrouw aan één man toe te schrijven en op welke wijze de vrouw de man moet dienen. Hij rept echter geen woord over het geestelijke huwelijk waarvan het aardse huwelijk een afspiegeling is. Het aardse huwelijk komt zo op de eerste plaats te staan, alsof nu ineens de wettigheid van het huwelijk het einde is van een godzalig leven, maar dat is afgoderij. Godzalige mannen zeggen weleens: "Vrouw, je bent niet meer de eerste, want dat is Christus. In Hem is AL mijn heil mijn eer! ALLES wat aan Hem is, is gans begeerlijk!" Paulus schrijft ergens dat getrouwde mannen in Christus hun vrouw moeten bezitten als niet bezittende, want de tijd is voorts kort! Ja, ik heb de waarheid nu eenmaal niet verzonnen.
Dan schijnt er een man te zijn (die de anonieme schrijver een godzalig man en prediker noemt) die wel twee miljoen exemplaren van zijn brochure over de zonde van Bathseba in zijn bezit wenst te hebben (pag. 19). Om twee miljoen zielen ermee in de dood te jagen? Veel anders kan er niet mee bereikt worden. Rasechte antinomianen zullen het geschrijf van de anonieme brochureschrijver wel veel 'te zwaar' en 'te streng' vinden, maar zijn brochure is echter zo licht als hop, gewoon om de eenvoudige reden dat vrije genade er niet in verheerlijkt wordt, terwijl de zedelijke mens erin centraal staat.
Tenslotte smeekt de anonieme schrijver zijn lezers zijn brochure meerdere malen te bestuderen om het goed te verstaan en er overeenkomstig naar te handelen. Ik zou echter niet weten wat er aan zijn brochure te bestuderen valt, want het is zo helder als glas dat de (zwijmel)wijn die hij schenkt eerder doodziek dan gezond maakt en ik had aan één keer lezen al zo mijn buik dik, dat ik andere teerkost begeer en een andere Schenker heb om mijn ziel te verzadigen, namelijk Jezus, als Eén Die dient. Jezus, Uw verzoenend sterven, blijft het Rustpunt van mijn hart! Amen.

de verloren zoon, G.P.P. Burggraaf SS


http://www.derokendevlaswiek.nl