DE BELOFTEN, VOOR WIE?
VOOR WIE ZIJN DE BELOFTEN VAN HET EVANGELIE?        
Plaats in winkelmandjeMandje
Geachte meneer Burggraaf,
Ik kom uit Duits-evangelische kringen en sinds mijn huwelijk ben ik woonachtig in Nederland. Ik volg uw website op de voet en ik heb al diverse stukken van u in het Duits vertaald en aan mijn familie en vrienden in Duitsland gestuurd/gegeven. Ik zou heel kerkelijk Duitsland dit te lezen willen geven. Uit uw artikelen kan ik opmaken dat u een zeer conservatieve calvinist bent, die de Nederlandse kerken en haar belijders terugroept naar de leer der Reformatie en tot een nieuwe (doorgaande) reformatie oproept. Ook hebt u een grote voorliefde voor Luther en dat is goed te merken in uw manier van schrijven. U doet mij daarom meer aan Luther denken dan aan Calvijn, hoewel Calvijn ook zeer scherp kan schrijven. Ik lees ook dat u soms onder zware kritiek staat, maar dat schijnt u allemaal niet te deren. Er moet iets bijzonders zijn wat u drijft om dit te vol te kunnen houden. Hoewel ik bepaalde polemische stukken van uw hand niet altijd goed kan volgen, omdat ik niet goed op de hoogte ben van de kerkelijke situatie en de onderlinge verhoudingen, sta ik inhoudelijk volledig achter uw schrijven en ik heb groot respect voor uw volharding, want u moet constant tegen de kerkelijke stroom inzwemmen. U hebt blijkbaar toch hoop dat het kerkelijke tij zal keren en dat God nog wonderen zal gaan doen. Ik geloof echter niet dat de huidige kerken de deuren voor elkaar open zullen zetten. Als ik u goed inschat zou u dat niet eens wensen, gezien de glibberige grondslag van de PKN, waar u zich fel tegen verzet en terecht! U mag van mij weten dat ik me in de PKN nooit zou thuisvoelen, aangezien die kerk verschrikkelijke zonden goedpraat.
Na deze inleidende kennismaking wil ik u ook een vraag stellen, namelijk voor wie de beloften van het Evangelie bestemd zijn. Zijn de beloften voor iedereen toegankelijk, of moet men aan bepaalde voorwaarden voldoen? Deze vraag is namelijk gesteld op onze bijbelkring en niemand wist er een afdoende antwoord op. Ik hoop op antwoord.

Hartelijke groet, mevr. D.G.


Beste mevrouw D.G.,
Dank voor uw meeleven en goede woorden. Ik ben er niet op tegen dat u mijn artikelen in het Duits vertaalt, als het maar nauwkeurig en getrouw gebeurd, want het vertalen van geestelijke lektuur/artikelen is een aparte gave waartoe niet iedereen bekwaam is. Zelfs als mensen twee talen vloeiend spreken, dan nog is vertalen een apart vak. Voor het vertalen van geestelijke geschriften, moet men drie talen grondig kennen: 1. de oorspronkelijke taal, 2. de vreemde taal, 3. de tale Kanaans, ofwel de taal des geloofs. Kent u die laatste taal ook? Als dat zo is, dan hebt u mijn toestemming.

Ja, de strijd is vaak eenzaam, doch reeds gestreden. Ik weet me door de Heere geroepen en gedreven, maar dikwijls zo onwillig als Jona. Niet dank zij mijn volharding, want ik heb al wel duizend keer willen stoppen, maar de Heere gaat door en dus mag ik wat achteraan strompelen, maak wat aantekeningen en kanttekeningen. Ik ben niet op zoek naar ja-knikkers, maar meeleven gaat er wel in, hoewel ik daarvan niet afhankelijk ben. De Heere Jezus is mij in alles voorgegaan en Hij heeft de weg zodanig ge-effend, dat ik -dwaas die ik ben- me zelfs aan geen steen stoot.
Mevrouw, ik ben wel blij met uw briefje, want u kijkt bekwaam door bepaalde zaken heen, wat voor vele kortzichtige belijders hier ten lande een steen des aanstoots is. Ik heb de bijbelse waarheid echter niet verzonnen, want anders had men er vrij aan mogen twijfelen. Wat dat betreft is kerkelijk Nederland verziekt tot op het bot. Het gros vacuum verpakte refobelijders wordt vanaf vele preekstoelen gebakerd in kortzichtigheid en kinderachtige poppenzonden, terwijl men weigert het paradijsvonnis te ondertekenen, zich te bekeren en grondig onderzoek te doen naar de leer die naar de Godzaligheid is, want onze dominee weet het allemaal heel goed -zo heet het dan- en dat is de reden waarom er zoveel dominees-bekeringen zijn, zodat het doorsnee kerkvolk verloren gaat omdat het zonder geheiligde kennis is. Uitzonderingen bevestigen de regel, en ja, Gods volk maakt altijd een uitzondering op de algemeen geldende regel, van raakt niet, smaakt niet en roer niet aan.

Wat uw vraag betreft, ja, daar is heel veel over te zeggen, maar op grond van Gods Woord kan ik zeggen dat bepaalde beloften van het Evangelie een nodigende eigenschap hebben en in die zin voor elke hoorder des Woords bestemd zijn, maar dat de toepassing ervan altijd geadresseerd is. De beloften Gods in Christus maken echter uitsluitend het levende Brood der kinderen uit, die aan de honden niet toekomt. Het wonderlijke is evenwel, dat alleen dode honden en grote beesten er de toepassing van ondervinden. "Voorwaar, voorwaar zeg Ik u: De ure komt, en is nu, wanneer de doden zullen horen de stem des Zoons Gods, en die ze gehoord hebben, zullen leven", Joh. 5:25. We zien dat ook bevestigd in het leven van de Kananese vrouw. Je moet er dus een door de zonde vermoeide en beladen hond voor inleven, om in de broodkruimels der genade te kunnen delen.

Ja, de Heere Jezus houdt er wereldwijd nog steeds een horde honden opna, die heftig blaffen als hun Meester aangetast wordt en Zijn Woorden verdraaid worden en als het moet bijten ze ook, echter niet door kracht, noch door geweld, maar door des Heeren Geest. Inderdaad, Luther was zo'n waakhond en hij heeft de toenmalige paus zo'n beetje overspannen geblaft, zodat het roomse kaartenhuis danig in elkaar gezakt is. In onze dagen is men echter druk bezig om de roomse antichrist te restaureren, vrede te maken om samen onder een dak te verkeren, want dat schijnt financieel zeer voordelig te zijn. Elke daklei op het Vaticaan schijnt een miljoen waard te zijn, en de paus weet zeer goed hoe hij de volkeren moet paaien, tot en met de staatshoofden en de huidige godgeleerdheid toe.
In kerkelijk Nederland schijnt men dan ook heel blij te zijn met stomme honden die niet bassen kunnen, maar ondertussen wel stillekens de dwaalleer invoeren, al of niet met een vals beroep op de Reformatie. Ja, mevrouw, ik ken al die 'verondersteld gereformeerde' pappenheimers wel en ik kan er ook niet bovenuit komen, maar zwijgen kan ik helemaal niet en dat is me dan ook verboden.
Dus de beloften zijn voor de kinderen, maar als we als een straathond onder de tafel terechtkomen, dan hoeven we niet te wanhopen, want er valt nog weleens een kruimeltje van het levende Brood van de tafel tot verzadiging der ziel en tot verheuging van onze medegenoten.

Gode bevolen,

GPPB.


Geachte meneer Burggraaf,
Hartelijk dank voor uw uitgebreide en smakelijke reactie. Ja, ik (verloren dochter) mag zelf ook delen in Gods genade, want ik zei al dat u geen vreemde taal voor mij schrijft, hoewel ik een beginneling ben en dat ook zo ervaar. Christus is mij dierbaar, maar aan mij heeft Hij niets, alleen maar ellende. Toch houdt Hij Zijn woord eenmaal tot mij gesproken en de bevestiging daarvan is me altijd opnieuw een onbegrijpelijk wonder. Loof den Heer' want Hij is goed, want Zijn goedertierenheid is in der eeuwigheid!

met heilbede, D.G.


Waarde vriendin!
U spreekt taal naar mijn hart. Ik hoop met u een beginneling in de genade te blijven, meer verloren dan behouden, maar steeds weer opgezocht door de Goede Herder. Hij houdt getrouw Zijn Woord en dat voor schurftige schapen en vervuilde straathonden. Zeg dat wel, ja, we kunnen de Heere alleen maar met onze ellende dienen, maar dat is reeds voorzegd. De Heere heeft op Zijn volk gerekend en zij kunnen Hem niet tegenvallen, hoewel ze zichzelf gedurig tegenvallen, ja, tot walgens toe. De Heere houdt Zich namelijk over een ellendig en arm volk, dat op Zijn Naam betrouwen mag. Ja, geloofd zij Zijn heilige Naam! Zeg maar tegen de uwen dat dit antwoord pas afdoende is, als we in de beloften Gods in Christus delen door vrije genade en dat voor genoemde hondekens. Na den Heere, nog hartelijk dank voor uw vertaalwerk. Mocht het zijn tot uitbreiding van Gods Koninkrijk.

Hartelijke groet van de uwe in Christus,

GPPB.


http://www.derokendevlaswiek.nl