 |
|
|
|
Geachte heer Burggraaf,
U schreef in een persbericht omtrent de recente rechterlijke uitspraak dat de HHK niet de naam HNHK mag dragen, nogal geladen taal. Nog voor geen 100 miljoen dollar wilt u lid zijn van de HHK. Ook andere kerken zijn bij u niet in trek. Klinkt die 100 miljoendollar-uitroep niet een beetje grof? Er zitten in de HHK toch ware broeders? Of voelt u zich zo'n beetje alleen overgebleven, zoals Elia dat ook dacht?
vr. gr. M.B.V. de G.
Geachte heer De G.,
Genoemde uitroep mag u grof in de oren klinken, maar ik heb dat absoluut niet grof bedoeld. Ik ben wel zodanig diep geschokt over de slapjanushouding van de HHK-heren Moderamen t.a.v. van het NHK-recht Gods, dat ik met genoemde uitspraak aan heb willen geven hoe diep ik mij in mijn NHK-hart gestoken voel. Begrijpt u het een beetje? Of hebt u geen reformatiebloed? De NHK was de kerk der Reformatie en dat die kerk nu uitgerukt is, gaat dat u niet aan?????????????????????????????????
Jazeker, in de HHK zitten nog ware broeders en die heb ik lief in Christus. U moet mij goed verstaan als ik zeg dat mijn PKN-HHK-artikel(en) handelen over het kerkrecht Gods in Nederland. De liefde tot de ware broeders is niet in het geding. Ik voel me echter in geen kerk thuis en als de kroonrechten van Christus u ter harte gaan, zult u met me instemmen. Ik ben echter niet onkerkelijk, want ik heb de instellingen van Christus hartelijk lief, maar niet een democratische kerkvorm, want dat zijn kerken zonder geloof. Afscheiden kan ik niet en het is nu allemaal zo'n beetje afgescheiden wat kerk heet, Ikabod, Ikabod, Ikabod, ook hier in Canada. En lid worden van een valse kerk is niet mijn roeping en in Gods Woord verboden. Als ik ergens een rechte prediking kan horen, ga ik er heen. De Heere verbindt Zijn zegen aan de door Hem geroepen knechten, hoewel het Woord niet gebonden is. In de tijd van ds. W. Huntington stonden er vele getrouwe leraars op zichzelf en zijn voor duizenden tot zegen geweest. Ik geloof (weet zeker) dat dat in onze dagen de meeste zegen zou afwerpen. Daarin voel ik me wel eenzaam, ja, maar de Heere gaat door, ook in mijn gezin en ik ben zeer verblijd in den Heere! Weet u, meneer, waar de Kerk met een hoofdletter naar hijgt? Naar een Kerk die nooit meer uitgaat: het Vaderhuis met de vele woningen. Van die Kerk mag ik een levend lidmaat zijn, hoewel dikwijls doodbrakende. Dat laatste doet echter niet mee, want in Christus heeft het me nog nooit aan iets ontbroken. Amen, lieve Heere Jezus!
Ik hoop dat u ook een levend lidmaat mag zijn van de heilige, algemene, Christelijke Kerk, meneer, want de leden van die Kerk kunnen nooit meer als lid geschrapt worden en in die Kerk staat de voortreffelijkste Leraar der gerechtigheid, Die Zijn lidmaten plaats bereid heeft in het Vaderhuis met de vele woningen. Kunt u met mij meezingen? "Hoe dichter ik nader bij het Huis van mijn Vader, hoe meer dat ik hijg, naar het einde van de krijg...."
de groetenis met mijn hand,
GPPB.
|
|
|
|
|
|