 |
|
|
ACHTER DE DOOD (GAL. 2:19) LIGT HET LEVEN IN CHRISTUS
| |
|
|
|
Geachte heer Burggraaf,
Daarom maak ik mij ook heel erg zorgen over mijn staat. U zegt aan de Wet gestorven te zijn, want het einde [der Wet] is Christus. Ik weet dat voor mij zelf niet, aan de Wet gestorven te zijn. Ik ken wel de strijd tegen de zonde maar of ik ook aan de Wet gestorven ben dat durf ik echt niet te zeggen. Ik ben ook nog erg jong en hoop dat de Heere het mij ook wil geven uit genade, u zei in 1 van uw boekjes als het echt genade wordt dan kan het alleen maar eeuwig meevallen, dit gevoel ik ook zo. Het is me de afgelopen weken wel weer bekend geworden van wat Gods Woord over mij zegt: onbekwaam tot enig goed en geneigd tot alle kwaad. Maar hoe krijg ik nou persoonlijk deel aan Christus? dat is voor mij de onbegrijpbare vraag. Ik gevoel in mijn hart dat God toornt over mijn zonden en dat Hij rechtvaardig is als Hij mij voor eeuwig verloren laat gaan. Ik ben wel ontzettend bevoorrecht dat ik mijn knieën nog iedere dag mag buigen, want ik geloof dat het daar geleerd wordt. Die Mij nederig valt te voet, zal van Mij mijn wegen leren. Ik moet blijven hopen op een wonder, maar het wordt soms wel onmogelijk voor mij, en dat alles is mijn eigen schuld.
Mvg, student V.
Beste student,
Ja beste V., we gaan niet verloren, maar we zijn verloren! Maar valt die God maar te voet, als een gans verloren en rechteloze zondaar, zoals koningin Esther koning Ahasveros te voet viel, op genade of ongenade. Dit is de weg, wandel in dezelve! Verloren is het toch al. Je hebt er niets bij te verliezen en de Heere is recht in al Zijn weg en werk. En o, als dat wonder mag gebeuren, als wij voor God mogen capituleren en ons vonnis aanvaarden, dan valt het zo eeuwig mee, want dan zal blijken dat grimmigheid bij God niet is. Als jij niet weet hoe je aan Christus moet komen, deert dat niets. Hij weet wel aan jou te komen, alleen op Zijn tijd! Zo Hij vertoeft, verbeidt Hem, want Hij zal gewisselijk komen. Hij hoeft het echter niet te doen, maar Hij zal komen. Wanneer? Als het niet meer kan, als alle hoop je gans ontvalt en niemand meer zorgt voor je ziel. Als je zodanig goddeloos en verloren bent, zodat je nooit meer zalig kan worden in eigen oog, ja, dan komt Hij! Houdt moed mijn vriend, je ziel is het eeuwig waard, maar den Heere is het nog veel meer waard. Om zalig te worden moet je een hemelhoge schuld hebben en gans melaats zijn, verdoemelijk, reddeloos en goddeloos. Goddelozen worden met God verzoend door de dood Zijns Zoons. Ik wens je een voorspoedige dood toe (Gal. 2:19), want achter de dood ligt het leven en het Leven is Christus. Als Hij zoekt, dan vindt Hij ook. Jozef zocht, maar een Man vond hem. Dat is zalig worden. Laat Hem dus het werk doen, want zalig worden is niets doen, namelijk sterven om Christus te erven. Amen ja, amen!
GPPB.
|
|
|
|
|
|