VRAGEN OVER DE DOOP
VRAGEN OVER DE DOOP [1]        
Plaats in winkelmandjeMandje
Lees ook: 'ARTIKELEN EN LEZINGEN' - 'ZATERDAG OF ZONDAG?' waar RvD. enkele vragen stelt over de zondagsheiliging. Naar aanleiding van een van de antwoorden stelt hij nu enkele vragen over de Doop.

RvD.: Beste heer Burggraaf,
Van harte bedankt voor uw antwoorden op mijn vragen over de zondag. Wat naar voren kwam uit een antwoord ging over de doop. U schreef: 'Ook is de besnijdenis niet meer van kracht, omdat die bloedig was ziende op het offer van Christus dat nog gebracht moest worden, maar de heilige Doop is wel degelijk in de plaats gekomen van de besnijdenis, echter nu onbloedig omdat Christus alles volbracht heeft en nu in de staat van Zijn verhoging verkeert'. Mijn simpele vraag aan u is: Welke doop is juist? Kinderdoop of gelovigendoop?

GPPB.: Beiden, maar het is een Doop. De kinderen die geboren worden op het erf van het verbond, zijn verbondskinderen en moeten daarom gedoopt worden. En als heidenen en/of buitenkerkelijken christen wensen te worden, mogen ze pas gedoopt worden als ze tot bekering gekomen zijn en dan ook moeten hun kinderen gedoopt worden. Johannes de Doper en de apostelen zijn begonnen om volwassenen te dopen, omdat die op hun prediking tot het geloof kwamen, maar er staat ook dat complete huisgezinnen van die gelovigen gedoopt werden, dus daar waren ook kinderen bij (1 Kor. 1:16). De doopbelofte is namelijk niet beperkt tot volwassenen, ook de kinderen zijn daarin begrepen, omdat ze tot het verbond behoren (in- en/of uitwendig) "Want u komt de belofte toe, en uw kinderen, en allen, die daar verre zijn, zo velen als er de Heere, onze God, toe roepen zal." Hand. 2:39. In dit gedeelte blijkt dat God verbondsmatig wil handelen met de verbondsgemeenten, zowel met de 'Jakobs' als met de 'Ezaus', hoewel Hij Jakob heeft liefgehad en Ezau gehaat. Dat gold voor het volk Israël onder de O.T.-bedeling en dat geldt ook voor het geestelijke Israël onder de N.T.-bedeling. Niet alle verbondskinderen zijn dus erfgenamen en kinderen der belofte. God verkiest wie Hij wil en verwerpt wie Hij wil, hoewel de verkiezing enkel genade is, is de verwerping eigen schuld. De doop gaat daarom niet van de mens uit, noch van een kerk, maar van God en daarom wordt men gedoopt in de Drie-enige Naam van God. God eist dus alle verbondskinderen op en eist ook dat ze gedoopt worden. Als Mozes nalaat zijn kinderen te besnijden, komt God hem tegen alsof Hij hem doden wil. Zo nauw ziet God ook toe op de doop. Verbondskinderen moeten gedoopt worden en verbondskind word je niet door de doop, dat ben je omdat je (voor)ouders gedoopt zijn en in de lijn van de duizend geslachten staan (Ps. 105:8).

NN.: En waar staat in de Bijbel dat de Doop in plaats van de besnijdenis is gekomen? Heel graag met de Bijbelse teksten.

GPPB.: De ceremonie van de besnijdenis geschiedde in het kader van de Wet van Mozes (Joh. 7:22-23) en was een teken en zegel van de rechtvaardigheid des geloofs (Rom. 4:11), maar heel de ceremoniële wetgeving is in Christus vervuld (zie o.a.: Gal. 5:6) en gold alleen voor de Joden. Het sacrament van de Doop (de leer der dopen, wat ziet op uit- en inwendige doop) geschiedt in het kader van de leer van Christus (Hebr. 6:1-2) en ziet op de betekenende zaak van de vergeving der zonden. Beiden, de besnijdenis en de doop zien op dezelfde zaak. Ziende op het volbrachte werk van Christus heeft de besnijdenis geen enkele betekenis meer (Gal. 5:6), maar God, Die verbondsmatig wil handelen, heeft een nieuw onbloedig teken van het verbond ingesteld, namelijk het sacrament van de Heilige Doop (Matth. 3, Mark. 1:8, Luk. 3:16, Joh. 1:33, Hand. 22:16, enz. enz). Elk verbond heeft namelijk een teken. Het teken van het werkverbond was de verboden boom. Het teken van het Noachitische verbond is de regenboog en het teken van het genadeverbond was onder het O.T. de besnijdenis (bloedig), en in het N.T. is het onbloedige sacrament van de Heilige Doop in de plaats gekomen van de bloedige besnijdenisceremonie van de mozaïsche wetgeving. Nogmaals het is allemaal geen begripsleer, maar geloofsleer. Het geloof is niet verlegen om de letter, maar om de betekende zaak van de doop. Dat laatste wens ik je van harte toe! Er valt veel meer over de doop te zeggen, maar ik hoop dat deze beantwoording aan je vragen mag voldoen.

VRAGEN OVER DE DOOP [2]        
Plaats in winkelmandjeMandje
RvD.: Bedankt voor uw antwoorden, mijnheer Burggraaf, maar ik blijf toch nog met wat vragen zitten. U haalt 1 Kor. 1:16 aan: "Doch ik heb ook het huisgezin van Stéfanus gedoopt; voorts weet ik niet, of ik iemand anders gedoopt heb." Maar 'huisgezin' wordt ook wel vertaald met 'huisgenoten' en we kunnen natuurlijk niet precies opmaken OF er ook kinderen bij waren. Ik neem aan als God zo'n belangrijke kinderdoop instelt dat we de verordening duidelijk moeten vinden en niet dat we tussen de regels door een 'huisgezin' zien staan. Is mijn vraag vreemd? Doop op geloof is een bevel die vele malen in de Bijbel door Johannes, Jezus de apostelen en vele andere wordt gepredikt. Hand. 22:16: "En nu, wat vertoeft gij? Sta op, en laat u dopen, en uw zonden afwassen, aanroepende den Naam des Heeren." Weet u een duidelijker tekst waar het staat, dat moet toch wel?

GPPB.: Beste R., je vraag is niet vreemd, maar jouw denken over de doop is helaas dopers/baptistisch. Je vergeet echter dat de gereformeerde leer ook met de volwassendoop begint en in dat kader worden er ook kinderen gedoopt, omdat ze in het verbond Gods begrepen zijn. De eerste christengemeente is met de volwassendoop begonnen en die gedoopt werden, moesten ware gelovigen zijn. Dat leren wij ook, maar wij leren ook op grond van de Schrift dat de kinderen van die gelovigen gedoopt moeten worden. Ook moet je het O.T. niet losmaken van het N.T., want Paulus heeft Christus en het verbond juist uit het O.T. verklaard. Zonder het O.T. kunnen wij het N.T. niet eens verstaan.
Als jij het woord 'huisgezin' een woord noemt dat we tussen de regels door lezen, doe je zelfs aan Schriftkritiek. Het is de Heilige Geest Zelf die elk woord heeft opgetekend en er staat geen woord overbodig in de Schrift. Het is dwaas te veronderstellen dat een huisgezin zonder kinderen is. Ik heb een tekst aangehaald in dit verband, maar er zijn er nog meer te noemen. Denk maar aan het huisgezin van de stokbewaarder (Hand. 16:33). "En al de zijnen..." Wil je nu nog beweren dat hier geen kinderen bij zijn geweest? Als het over de geslachtslijnen gaat in de Bijbel, worden ook de vrouwen niet genoemd. Dan zeg je toch ook niet dat al die mannen niet getrouwd waren, omdat de vrouwen er niet bij staan vermeld?? Dat alles ziet namelijk op de scheppingsorde: God het Hoofd van Christus, Christus het Hoofd van de man en de man het hoofd der vrouw. Ook wijs ik je op het gereformeerde Doopsformulier en zo bijbels als de doop daarin beschreven staat, kan ik me niet uitdrukken. Dat formulier is zuiver bijbels. Lees dan ook Zondag 27 van de Heidelbergse Catechismus, daar kunnen we nog heel wat van leren. Je zult zeggen: het doopformulier is de bijbel niet en de HC evenmin. Welnu, dan moet jij die beide geschriften op grond van de Schrift maar eens weerleggen. Dat is zelfs de duivel nog nooit gelukt en het zal ook niet kunnen.

RvD.: U zegt dat God alle verbondskinderen opeist voor de doop. Ik vind de eis niet terug. En er staat toch DAT de kinderen van gelovigen bij het verbond behoren, ik zie er geen Kinderdoop bij staan.
Hand. 2:38-39: "En Petrus zeide tot hen: Bekeert u, en een iegelijk van u worde gedoopt in den Naam van Jezus Christus, tot vergeving der zonden; en gij zult de gave des Heiligen Geestes ontvangen. Want u komt de belofte toe, en uw kinderen." ***Dus ze geloofden eerst, lieten zich daarna dopen. En toen kregen zij de belofte voor hun nageslacht. Dus het zelfde geldt voor het nageslacht maar dan moeten hun kinderen bij volwassenheid wel de zelfde weg gaan anders is daar geen bekering, toch? De belofte is daar, waarom een KINDERdoop?

GPPB.: Als je onderschrijft dat de kinderen van de gelovigen bij het verbond behoren, beken je dus dat ze gedoopt moeten worden, anders maak je het verbond tot een koehandel, waarmee je alle kanten op kan. De laatste zin van jou, die ik met drie sterretjes heb gemerkt, is juist wat de gereformeerden leren en ook ik onderschrijf dat volledig. Tenslotte vraag je: 'Waarom de kinderdoop?' Omdat binnen het verbond, zowel in het O.T. als in het N.T. bij niemand het TEKEN des verbonds mag ontbreken. Dat is niet alleen bijbels, maar ook logisch. Op de bruiloft des Lams mag niemand aanzitten die het bruiloftskleed mist, anders zal hij uitgeworpen worden. Het teken van de bruiloft des Lams is het bruiloftskleed en dat geldt voor alle gasten, zowel voor de kleinen als voor de groten. Hetzelfde geldt voor het verbond. Het teken des verbonds moet door alle leden van het verbond gedragen worden. God houdt er geen stiekeme godsdienst opna. Het is zichtbaar en tastbaar, hoewel Hij alleen de harten kent. Gods volk, ook de verbondsgemeente als geheel, moet te onderscheiden zijn van de wereld. Zonder het teken des verbonds zou je onopgemerkt de beest uit kunnen hangen. Maar zo wil God het niet. De sacramenten maken daarom het zichtbare deel van het verbond uit, zowel in het O.T. als in het N.T.

RvD.: Toch lees ik nog steeds niet die opdracht kinderen te dopen als vervanger van de besnijdenis. Tot nu toe lees ik alleen dat de besnijdenis ten einde is.

GPPB.: Je zegt het goed, namelijk dat JIJ het niet leest. Het geloof leest de kinderdoop wel degelijk in de Bijbel.

RvD.: Ik heb de door u aangehaalde teksten gelezen ((Matth. 3, Mark. 1:8, Luk. 3:16, Joh. 1:33, Hand. 22:16, enz. enz), dezen gaan toch duidelijk over de verordening van de volwassendoop? Of ontvangen baby's dan al bij hun doop de Heilige Geest?

GPPB.: De 'Heilige Geest ontvangen' kan alleen in het kader van het geloof en van het geloof zijn baby's zeker niet uitgesloten, hoewel niet alle verbondskinderen erfgenaam zijn van het eeuwige leven.

RvD.: Het is allemaal geen begripsleer, maar geloofsleer, natuurlijk! Het geloof is niet verlegen om de letter, maar om de betekende zaak van de doop. Ook mee eens. Maar God heeft Zijn Woord toch gegeven om te zien wat Hij van ons vraagt?

GPPB.: Jazeker, maar verstaat gij ook hetgeen gij leest?

RvD.: Wat is nu die betekende zaak van de doop?

GPPB.: De afwassing der zonden door het bloed van Christus en de vernieuwing des levens door de Heilige Geest.

RvD.: Ik mag verwachten dat we niets aan de Bijbel toevoegen. Kun u me echt niet laten zien waar God ons duidelijk oproept de baby's te dopen? Ef. 4:5 Eén Heere, één geloof, één doop.

GPPB.: Gods Woord is duidelijk voor allen, maar alleen het geloof gelooft en verstaat het. Het is de Joden echter een ergernis en de Grieken dwaasheid. Ook de Drie Formulieren van Enigheid voegen NIETS aan de Bijbel toe, maar zeggen alleen wat de kerk op grond van Gods Woord gelooft en HOE we de Bijbel dienen te verstaan. Dat is noodzakelijk, want anders kan iedereen de Bijbel op zijn eigen manier uitleggen, met alle schadelijke gevolgen vandien. De gereformeerde belijdenisgeschriften mogen echter nooit onfeilbaar genoemd worden, dus mag je ze op grond van de Schrift weerleggen op eventuele fundamentele dwalingen. Ik moet de eerste echter nog tegenkomen die daarin geslaagd is. We leven echter in een tijd dat men wel de letter van de belijdenisgeschriften onderschrijft, maar de religie van de belijdenis loochent.
Goed, je wilt dus weten waar God ons duidelijk oproept om baby's te dopen? Wel, met de Doop van Christus (Matth. 3:13-16). Daar is alles mee gezegd! Of wil je de kinderen van Christus en Zijn doop uitsluiten? Of maakte Jezus volgens jou onderscheid tussen gelovige en ongelovige kinderen in Markus 10:14, zoals ook de discipelen van Christus dat meende te moeten doen? "Maar Jezus, dat ziende, nam het zeer kwalijk, en zeide tot hen: Laat de kinderkens tot Mij komen, en verhindert ze niet; want derzulken is het Koninkrijk Gods."
Verhinder dus die baby's niet, want Christus omving ze met Zijn armen, en de handen op hen gelegd hebbende, zegende (doopte) Hij dezelve (Mark. 10:16), want het is één Heere, één geloof en één doop! De doop hangt dus niet aan het geloof in de eerste plaats, maar aan Hem Die zegent en die Hij zegent, is voor eeuwig gezegend. "'t Verbond met Abraham, Zijn vrind, bevestigt Hij van kind tot kind!" Amen!

vr. gr. GPPB.


http://www.derokendevlaswiek.nl