AUDIOPREKEN 2025
De wet is niet uit het geloof en de wet wil geen geloof, maar volmaakte daden en dat vinden Gods kinderen in het volkomen geloof van Christus de Voleinder des geloofs (2). - GPPB. (19-01-2025)  Klik hier       
Plaats in winkelmandjeMandje
Klik hier
De wet is niet uit het geloof en de wet wil geen geloof, maar volmaakte daden en dat vinden Gods kinderen in het volkomen geloof van Christus de Voleinder des geloofs (2)

Schriftlezing:
Galaten 3

Tekst voor de prediking:
"Want zovelen als er uit de werken der wet zijn, die zijn onder den vloek; want er is geschreven: Vervloekt is een iegelijk, die niet blijft in al hetgeen geschreven is in het boek der wet, om dat te doen. En dat niemand door de wet gerechtvaardigd wordt voor God, is openbaar; want de rechtvaardige zal uit het geloof leven. Doch de wet is niet uit het geloof; maar de mens, die deze dingen doet, zal door dezelve leven. Christus heeft ons verlost van den vloek der wet, een vloek geworden zijnde voor ons; want er is geschreven: Vervloekt is een iegelijk, die aan het hout hangt", Gal. 3:10-13.


----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

SGP-Hagar en RD-Ismael zitten in het voorgestoelte van de refokerken, waarin Izak wordt vervolgd, terwijl het ware geloof de hagareense oude mens en zijn werken afgelegd en uitgeworpen heeft (1) - GPPB. (19-01-2025)  Klik hier       
Plaats in winkelmandjeMandje
Klik hier
SGP-Hagar en RD-Ismael zitten in het voorgestoelte van de refokerken, waarin Izak wordt vervolgd, terwijl het ware geloof de hagareense oude mens en zijn werken afgelegd en uitgeworpen heeft (1)

Schriftlezing:
Galaten 4

Tekst voor de prediking:
"Maar wat zegt de Schrift? Werp de dienstmaagd uit en haar zoon; want de zoon der dienstmaagd zal geenszins erven met den zoon der vrije", Gal. 4:30.


----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Alle volken zullen wandelen, elk in de naam zijns gods, maar wij, dochter Sions, zullen wandelen in de Naam des HEEREN onzes Gods, eeuwiglijk en altoos (2) - GPPB. (12-01-2025)  Klik hier       
Plaats in winkelmandjeMandje
Klik hier
Alle volken zullen wandelen, elk in de naam zijns gods, maar wij, dochter Sions, zullen wandelen in de Naam des HEEREN onzes Gods, eeuwiglijk en altoos (2)

Schriftlezing:
Micha 4

Tekst voor de prediking:
"Maar in het laatste der dagen zal het geschieden, dat de berg van het huis des HEEREN zal vastgesteld zijn op den top der bergen; en hij zal verheven zijn boven de heuvelen, en de volken zullen tot hem toevloeien. En vele heidenen zullen henengaan, en zeggen: Komt en laat ons opgaan tot den berg des HEEREN, en ten huize van den God Jakobs, opdat Hij ons lere van Zijn wegen, en wij in Zijn paden wandelen; want uit Sion zal de wet uitgaan, en des HEEREN woord uit Jeruzalem. En Hij zal onder grote volken richten, en machtige heidenen straffen, tot verre toe; en zij zullen hun zwaarden slaan tot spaden, en hun spiesen tot sikkelen; het ene volk zal tegen het andere volk geen zwaard opheffen, en zij zullen den krijg niet meer leren. Maar zij zullen zitten, een ieder onder zijn wijnstok, en onder zijn vijgeboom, en er zal niemand zijn, die ze verschrikke; want de mond des HEEREN der heirscharen heeft het gesproken. Want alle volken zullen wandelen, elk in den naam zijns gods; maar wij zullen wandelen in den Naam des HEEREN, onzes Gods, eeuwiglijk en altoos. Te dien dage, spreekt de HEERE, zal Ik haar, die hinkende was, verzamelen, en haar, die verdreven was, vergaderen, en die Ik geplaagd had. En Ik zal haar, die hinkende was, maken tot een overblijfsel, en haar die verre henen verstoten was, tot een machtig volk; en de HEERE zal Koning over hen zijn op den berg Sions, van nu aan tot in eeuwigheid. En gij Schaapstoren, gij Ofel der dochter Sions! tot u zal komen, ja, daar zal komen de vorige heerschappij, het koninkrijk der dochteren van Jeruzalem. Nu, waarom zoudt gij zo groot geschrei maken? Is er geen koning onder u? Is uw Raadgever vergaan, dat u smart, als van een barende vrouw, heeft aangegrepen? Lijd smart en arbeid om voort te brengen, o dochter Sions! als een barende vrouw; want nu zult gij wel uit de stad henen uitgaan, en op het veld wonen, en tot in Babel komen, maar aldaar zult gij gered worden; aldaar zal u de HEERE verlossen uit de hand uwer vijanden. Nu zijn wel vele heidenen tegen u verzameld, die daar zeggen: Laat ze ontheiligd worden, en laat ons oog schouwen aan Sion. Maar zij weten de gedachten des HEEREN niet, en verstaan Zijn raadslag niet; dat Hij hen vergaderd heeft als garven tot den dorsvloer. Maak u op en dors, o dochter Sions! Want Ik zal uw hoorn ijzer maken, en uw klauwen koper maken, en gij zult vele volken verpletteren; en Ik zal hunlieder gewin den HEERE verbannen, en hun vermogen den Heere der ganse aarde", Micha 4.


----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

De profeet Micha predikt niet alleen bij God vandaan het oordeel over de afvallige Joden, maar ook over het afvallige Refodom (1) - GPPB. (12-01-2024)  Klik hier       
Plaats in winkelmandjeMandje
Klik hier
De profeet Micha predikt niet alleen bij God vandaan het oordeel over de afvallige Joden, maar ook over het afvallige Refodom (1)

Schriftlezing:
Micha 3

Tekst voor de prediking:
"Voorts zeide ik: Hoort nu, gij hoofden Jakobs, en gij oversten van het huis Israels! Betaamt het ulieden niet het recht te weten? Zij haten het goede, en hebben het kwade lief; zij roven hun huid van hen af, en hun vlees van hun beenderen. Ja, zij zijn het, die het vlees mijns volks eten, en hun huid afstropen, en hun beenderen verbreken; en vaneen leggen, gelijk als in een pot, en als vlees in het midden eens ketels. Alsdan zullen zij roepen tot den HEERE, doch Hij zal hen niet verhoren; maar zal Zijn aangezicht te dier tijd voor hen verbergen, gelijk als zij hun handelingen kwaad gemaakt hebben. Alzo zegt de HEERE, tegen de profeten, die Mijn volk verleiden; die met hun tanden bijten, en roepen vrede uit; maar die niet geeft in hun mond, tegen dien zo heiligen zij een krijg. Daarom zal het nacht voor ulieden worden vanwege het gezicht, en ulieden zal duisternis zijn vanwege de waarzegging; en de zon zal over deze profeten ondergaan; en de dag zal over hen zwart worden. En de zieners zullen beschaamd, en de waarzeggers schaamrood worden; en zij zullen al te zamen de bovenste lip bewimpelen; want er zal geen antwoord Gods zijn. Maar waarlijk, ik ben vol krachts van den Geest des HEEREN; en vol van gericht en dapperheid, om Jakob te verkondigen zijn overtreding, en Israel zijn zonde. Hoort nu dit, gij hoofden van het huis Jakobs, en gij oversten van het huis Israels! die van het gericht een gruwel hebt, en al wat recht is verkeert; bouwende Sion met bloed, en Jeruzalem met onrecht. Haar hoofden rechten om geschenken, en haar priesters leren om loon, en haar profeten waarzeggen om geld; nog steunen zij op den HEERE, zeggende: Is de HEERE niet in het midden van ons? Ons zal geen kwaad overkomen. Daarom, om uwentwil, zal Sion als een akker geploegd worden, en Jeruzalem zal tot steenhopen worden, en de berg dezes huizes tot hoogten eens wouds", Micha 3.


----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

De gemeente van Efeze door Paulus onderwezen in de leer van Christus, de uiterste Hoeksteen van het fondament van de leer der apostelen en profeten (2) - GPPB. (08-02-2025)  Klik hier       
Plaats in winkelmandjeMandje
Klik hier
De gemeente van Efeze door Paulus onderwezen in de leer van Christus, de uiterste Hoeksteen van het fondament van de leer der apostelen en profeten (2)

Schriftlezing:
Efeze 2

Tekst voor de prediking:
"En u heeft Hij mede levend gemaakt, daar gij dood waart door de misdaden en de zonden; in welke gij eertijds gewandeld hebt, naar de eeuw dezer wereld, naar den overste van de macht der lucht, van den geest, die nu werkt in de kinderen der ongehoorzaamheid; onder dewelke ook wij allen eertijds verkeerd hebben in de begeerlijkheden onzes vleses, doende den wil des vleses en der gedachten; en wij waren van nature kinderen des toorns, gelijk ook de anderen; maar God, Die rijk is in barmhartigheid door Zijn grote liefde, waarmede Hij ons liefgehad heeft, ook toen wij dood waren door de misdaden, heeft ons levend gemaakt met Christus; (uit genade zijt gij zalig geworden), en heeft ons mede opgewekt, en heeft ons mede gezet in den hemel in Christus Jezus; opdat Hij zou betonen in de toekomende eeuwen den uitnemenden rijkdom Zijner genade, door de goedertierenheid over ons in Christus Jezus. Want uit genade zijt gij zalig geworden door het geloof; en dat niet uit u, het is Gods gave; niet uit de werken, opdat niemand roeme. Want wij zijn Zijn maaksel, geschapen in Christus Jezus tot goede werken, welke God voorbereid heeft, opdat wij in dezelve zouden wandelen. Daarom gedenkt, dat gij, die eertijds heidenen waart in het vlees, en die voorhuid genaamd werdt van degenen, die genaamd zijn besnijdenis in het vlees, die met handen geschiedt; dat gij in dien tijd waart zonder Christus, vervreemd van het burgerschap Israels, en vreemdelingen van de verbonden der belofte, geen hoop hebbende, en zonder God in de wereld. Maar nu in Christus Jezus, zijt gij, die eertijds verre waart, nabij geworden door het bloed van Christus. Want Hij is onze Vrede, Die deze beiden een gemaakt heeft, en den middelmuur des afscheidsels gebroken hebbende, heeft Hij de vijandschap in Zijn vlees te niet gemaakt, namelijk de wet der geboden in inzettingen bestaande; opdat Hij die twee in Zichzelven tot een nieuwen mens zou scheppen, vrede makende; en opdat Hij die beiden met God in een lichaam zou verzoenen door het kruis, de vijandschap aan hetzelve gedood hebbende. En komende, heeft Hij door het Evangelie vrede verkondigd u, die verre waart, en dien, die nabij waren. Want door Hem hebben wij beiden den toegang door een Geest tot den Vader. Zo zijt gij dan niet meer vreemdelingen en bijwoners, maar medeburgers der heiligen, en huisgenoten Gods; gebouwd op het fondament der apostelen en profeten, waarvan Jezus Christus is de uiterste Hoeksteen; op Welken het gehele gebouw, bekwamelijk samengevoegd zijnde, opwast tot een heiligen tempel in den Heere; op Welken ook gij mede gebouwd wordt tot een woonstede Gods in den Geest", Ef. 2.


----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Op deze Petra zal Ik Mijn gemeente bouwen en de poorten der hel zullen dezelfde niet overweldingen (1) - GPPB. (08-01-2024)  Klik hier       
Plaats in winkelmandjeMandje
Klik hier
Op deze Petra zal Ik Mijn gemeente bouwen en de poorten der hel zullen dezelfde niet overweldingen (1)

Schriftlezing:
Mattheus 16

Tekst voor de prediking:
"Hij zeide tot hen: Maar gij, wie zegt gij, dat Ik ben? En Simon Petrus, antwoordende, zeide: Gij zijt de Christus, de Zoon des levenden Gods. En Jezus, antwoordende, zeide tot hem: Zalig zijt gij, Simon, Bar-jona! want vlees en bloed heeft u dat niet geopenbaard, maar Mijn Vader, Die in de hemelen is. En Ik zeg u ook, dat gij zijt Petrus, en op deze Petra zal Ik Mijn gemeente bouwen, en de poorten der hel zullen dezelve niet overweldigen", Matth. 16:15-18.


----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

NIEUWJAARSDAG 2025 - Hoort dit, alle gij volken! neemt ter ore, alle inwoners der wereld, zowel slechten als aanzienlijken, te zamen rijk en arm! - GPPB. (01-01-2025)  Klik hier       
Plaats in winkelmandjeMandje
Klik hier
NIEUWJAARSDAG 2025 - Hoort dit, alle gij volken! neemt ter ore, alle inwoners der wereld, zowel slechten als aanzienlijken, te zamen rijk en arm!

Schriftlezing:
Psalm 49

Tekst voor de prediking:
"Een psalm, voor den opperzangmeester, onder de kinderen van Korach. Hoort dit, alle gij volken! neemt ter ore, alle inwoners der wereld, zowel slechten als aanzienlijken, te zamen rijk en arm! Mijn mond zal enkel wijsheid spreken, en de overdenking mijns harten zal vol verstand zijn. Ik zal mijn oor neigen tot een spreuk; ik zal mijn verborgene rede openen op de harp. Waarom zou ik vrezen in kwade dagen, als de ongerechtigen, die op de hielen zijn, mij omringen? Aangaande degenen, die op hun goed vertrouwen; en op de veelheid huns rijkdoms roemen; niemand van hen zal zijn broeder immermeer kunnen verlossen; hij zal Gode zijn rantsoen niet kunnen geven; (Want de verlossing hunner ziel is te kostelijk, en zal in eeuwigheid ophouden); dat hij ook voortaan geduriglijk zou leven, en de verderving niet zien. Want hij ziet, dat de wijzen sterven, dat te zamen een dwaas en een onvernuftige omkomen, en hun goed anderen nalaten. Hun binnenste gedachte is, dat hun huizen zullen zijn in eeuwigheid, hun woningen van geslacht tot geslacht; zij noemen de landen naar hun namen. De mens nochtans, die in waarde is, blijft niet; hij wordt gelijk als de beesten, die vergaan. Deze hun weg is een dwaasheid van hen; nochtans hebben hun nakomelingen een welbehagen in hun woorden. Sela. Men zet hen als schapen in het graf, de dood zal hen afweiden; en de oprechten zullen over hen heersen in dien morgenstond; en het graf zal hun gedaante verslijten, elk uit zijn woning. Maar God zal mijn ziel van het geweld des grafs verlossen, want Hij zal mij opnemen. Sela. Vrees niet, wanneer een man rijk wordt, wanneer de eer van zijn huis groot wordt; want hij zal in zijn sterven niet met al medenemen, zijn eer zal hem niet nadalen. Hoewel hij zijn ziel in zijn leven zegent, en zij u loven, omdat gij uzelven goed doet; zo zal zij toch komen tot het geslacht harer vaderen; tot in eeuwigheid zullen zij het licht niet zien. De mens, die in waarde is, en geen verstand heeft, wordt gelijk als de beesten, die vergaan", Ps. 49.


----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------


http://www.providencemountainranch.com