|
Beste broeder Burggraaf, Naar aanleiding van uw meditatie over Lukas 2:7 heb ik een vraag over het gebruik van het woord "stal" als geboorteplek van Christus. Onlangs las ik Matth. 2 en bij het 11e vers las ik het woord "huis". Altijd overheen gelezen. Het woord "stal" wordt nergens genoemd in de Schrift (behalve m.b.t. "stelen" of "stal der schapen" in Joh. 10 of "stallen voor de beesten" in 2 Kron. 32:28, Richteren 5:16 en Hab. 3:17), wel dat de Heere Jezus Christus in een kribbe is gelegd. Een prediker verklaarde eens dat dat niet een kribbe is zoals wij dat voorstellen: een voederbak met geschaard hout, maar dat dit een uitgegraven gat in de grond was. Hierin is het Kindeke gelegd! In de grond. Diepe betekenis. Hij is zo diep neergelegd, dieper dan de diepte van onze verlorenheid, om verloren zondaren te zaligen, want Zijn Naam is Jezus, Hij zal Zijn volk zaligmaken van hun zonden. Wat een wonder! Terugkomend op het woord "stal", las ik bij de Evangelist Mattheüs de woorden in hoofdstuk 2 vers 11: "En in het huis gekomen zijnde, vonden zij het Kindeke met Maria, Zijn moeder, en nedervallende hebben zij Hetzelve aanbeden..." Calvijn spreekt in zijn verklaring van de Evangeliën wel over het woord "stal", maar komt niet terug op het woord "huis" bij de verklaring van vers 11 in Matth. 2. Als Gods Woord zwijgt over het woord "stal" maar wel het woord "huis" noemt, waarom hebben wij het dan altijd over een stal? Ik weet niet welk Grieks woord er staat voor "huis" in Matth. 2:11. Wellicht kunt u wat nader verklaren. Ik zie uit naar uw reactie hieromtrent. Gezegende Kerstdagen en een gezegend nieuwjaar,
MG.vd.H.
---------------------------------------
Geachte broeder Van der H.,
Ja, dat huis in Mattheus 2:11, hé? Ik heb er niet overheen gelezen, maar wees ervan overtuigd dat Christus in een beestenstal geboren is, of in ieder geval in een ruimte waar de beesten gevoederd werden. Met de hulp des Heeren zullen we trachten de geboorteruimte van de geboren Koning der koningen wat nader te verklaren op grond van de Heilige Schrift.
De eerste aanbidders van Christus waren niet de Wijzen uit het Oosten, maar de herders uit Efrata's velden. Zij waren de eersten die van 's hemelswege de geboorte van Christus werden aangekondigd. En direct na de verkondiging van de engel, gingen zij met haast naar de plaats waar het Kindeke Jezus geboren was, namelijk in Bethlehem's beestenstal en vonden Maria en Jozef en het Kindeke in doeken gewonden en liggende in de kribbe. Een kribbe was geen uitgegraven gat in de grond, maar een houten voederbak en geen voergat. Het Griekse woord voor kribbe (phátne) heeft een tweeledige betekenis, namelijk voerderbak of stalletje. In de King James Version wordt het woord 'kribbe' in Lukas 2 vs.7, vs. 12 en vs.16 vertaald met 'manger' (=voerbak). In Lukas 13:15 gebruikt Christus exact hetzelfde woord 'phátne' (=kribbe), doch in de KJV wordt in Luk. 13:15 het woord 'kribbe' niet vertaald met 'manger', maar met 'stall' (=stalletje). Het Engelse woord 'stall' duidt op een afdeling in een stable (stal), zoals een stal doorgaans vele afdelingen heeft. Die ezel uit Lukas 13:15 wordt dus van stal gehaald om hem elders te drinken te geven. Christus is duidelijk in een houten voerbak gelegd waaruit de beesten aten, dus niet in een uitgegraven gat in de grond, want dan had die ezel uit Lukas 13:15 niet weggeleid hoeven worden om elders te drinken, aangezien dieren ook uit een gat in de grond kunnen drinken. Een kribbe moet dus een houten voerbak geweest zijn, waarin de beesten vast voedsel kregen opgediend. Daarin is Christus gelegen, want Christus is het Vaste Voedsel voor de gelovigen, ofwel het Levende Brood dat uit de hemel is nedergedaald. Die voederbakken stonden niet in herbergen noch huizen, maar in stall's (Eng.), ofwel in elke afdeling van een stal. In zo'n afdeling (hok) waarin meestal één ezel (of paard) stond, is Christus geboren.
Toen de Wijzen uit het Oosten in Jeruzalem aankwamen om de geboren Koning te aanbidden, was Christus reeds enige tijd geboren, terwijl de herders direct na de geboorte van Christus naar Bethlehem's stal gegaan zijn om de geboren Koning te aanbidden. Nadat de Wijzen uit het Oosten de Ster gezien hadden die de geboorte van Christus aankondigde, moesten zij de lange woestijnreis nog maken naar Jeruzalem en van het paleis van Herodes te Jeruzalem zijn zij naar Bethlehem gegaan, waar zij Christus vonden in een huis, de plaats waar de Ster bleef staan. Maria was hoogzwanger en OMDAT zij geen plaats vonden in de herberg, bleef er alleen een stal over, want anders had Christus op straat geboren geworden. OMDAT er geen plaats was in de herberg, DUS OOK NIET IN EEN HUIS, kwamen zij door de Goddelijke Voorzienigheid in een beestenstal terecht, opdat Christus grote Asaf-beesten tot een eeuwige Woning zou zijn. OMDAT er voor henlieden geen plaats was in de herberg, baarde Maria haar eerstgeboren Zoon, wond Hem in doeken en legde Hem neder in de kribbe. Het woord OMDAT bewijst dat Christus niet in een herberg of huis geboren is, maar in een beestenstal waar de voerbakken stonden. Het woord 'OMDAT' wijst namelijk op een vernederende tegenstelling en dat kan beslist geen huis geweest zijn. 't Kan ook een stal geweest zijn die aan een huis gebouwd was, dat weten wij niet, maar 't was in ieder geval een voederplaats voor de beesten, waar de voerbakken (kribbe's) stonden, en gezien de oorspronkelijke betekenis van het woord 'kribbe' moet het een afdeling in een beestenstal geweest zijn waar Christus geboren is. Dus toen die Wijzen uit het Oosten kwamen om het Kindeke Jezus te aanbidden, hadden Maria en Jozef een ander onderkomen gevonden, namelijk een huis, aangebouwd aan die stal of niet, dat staat er niet bij, maar het was een huis, of een kamer in een huis (Gr.). Sommige Oosterlingen hielden zelfs dieren in het huis waar zij woonden, wellicht van het woongedeelte gescheiden met een laag muurtje. Hoe het ook zij, Christus is in zo'n beestenafdeling geboren, hetzij een stal(letje), hetzij in een gedeelte van een huis, waarin de beesten gestald werden, en/of gevoerd. En wellicht in datzelfde huis hebben de Wijzen uit het Oosten Jozef en Maria en de geboren Koning der koningen aangetroffen. Maar op de dag van Christus' geboorte was er geen plaats voor Jozef en voor de in barensweeën verkerende Maria, noch in de herberg, noch in een huis. "En zij baarde haar eerstgeboren Zoon en wond Hem in doeken en leide Hem neder in de kribbe, OMDAT voor henlieden geen plaats was in de herberg." Een huis is geen vernederende tegenstelling van een herberg, maar een beestenstal duidelijk wel, vandaar dat er staat: "OMDAT...." Hoewel ik de Wijzen uit het Oosten in het Kerstevangelie bij die stal plaats, hebben zij Jozef en Maria en het Kindeke niet in de eigenlijke kraamkamer van Christus, maar in de (aangrenzende) woning aangetroffen, maar dat verandert niets aan het heilsfeit van de geboorte van Christus in een beestenstal. Deze verklaring en/of toelichting vond ik te uitvoerig om in het Kerstevangelie te verhalen. Nu gaf u me aanleiding om er een apart artikeltje aan te wijden en het leek me niet ongepast om daar eens nader op in te gaan.
Hopend dat het u nu duidelijk is aangaande de nederige kraamkamer van onze dierbare Koning, verblijven wij
met een hartelijke groet, u dezelfde zegen toewensend voor het Nieuwe Jaar D.V.
GPPB.
|
|