PRAIRIEWOLVEN
PRAIRIEWOLVEN        
Plaats in winkelmandjeMandje
Dag meneer Burggraaf,

U had het over het jagen op prairiewolven in het ingezonden stuk "Vakantie", maar u moet mij eens vertellen hoe u daar schrijven van leert. Ik ben zeer benieuwd.

groeten,
Sonja B.

-----------------------------------------------------

Beste Sonja,
Kijk, ik ga je natuurlijk niet "het geheimpje" vertellen, zoals Simson die wel aan Delila verklapte en zo zijn ambtelijke bediening voor een tijd verloor, maar ik wil je wel een voorstelling van zaken geven als ik te paard door de wildernis jaag. Eerst sta ik altijd een poosje te wachten aan het begin van de coulee en dan fluister ik Major (mijn paard) in het oor: "Wait, Major, we have to wait for a moment." Pas als ik de wolven hoor huilen, geef ik mijn paard de sporen. En dan gooit 'ie z'n kop in de lucht en dan weet 'ie ze haarfijn te vinden. Meestal zitten ze achterin de coulee, achter de rotsen, en daar houdt ook de Gereformeerde Bond zich op, maar Major jaagt er kris kras doorheen en dan vliegt de godsdienst alle kanten op. Gewoonlijk jaagt Major daarna de grootste wolf achterna, die het paard op zijn beurt op een dwaalspoor tracht te brengen, zodat de horde wolven een veilig heenkomen kan zoeken. Maar we kennen de trucendoos van de godsdienst wel, en dan snijden we die wolf de pas af om het de stuipen op het lijf te jagen.

Onlangs trapte Major de hersens in van zo'n ondier die hem van achteren te grazen wilde nemen. Voor dat ik het wist lag het roofdier met een verbrijzelde hersenpan op apegapen. Major heeft er zichtbaar plezier in om die jankende godsdienst uiteen te drijven en de stuipen op het lijf te jagen. Het trouwe dier heeft het vooral gemunt op die refozuiltjes waarachter de listigste roofdieren schuil gaan. Het zijn de kleine vossen die de wijngaard verderven, want die hebben het vooral op de jonge druifjes voorzien (Hoogl. 2:15). Major maakt zich altijd vreselijk kwaad als hij zo'n sluwe vos weg ziet sluipen, want die zou hij het liefst onder zijn hoeven vertrappen. Die vossen zijn dan ook doodsbang voor zijn geduchte hoeven en zo is het Woord Gods als een vuur en als een hamer die zelfs de steenrots te morzel slaat (Jer. 23:29). Nee, daar moet je in onze dagen niet meer mee aankomen, want dan breekt de sentimentele refohel los.

Ja, en als dan de lucht weer wat gezuiverd is van al dat wilde beesten gehuil, dan laat ik het paard nog wat springkunstjes maken, en dan zeg ik: "Major, daar achter dat bosje ligt Van der Vlies in een luie stoel te luieren in zijn rozentuintje, gó, gó...!"
En dan stuift 'ie eropaf en jumpt met een grote sprong over die struik heen, waarbij ik me dan voorstel dat Van der Vlies in het stof ligt te happen in de hoop dat hij dat eindeloze en inhoudsloze 2e kamergedebateer in de marge eens af zal leren. Maar nee, Van der Vlies laat zich liever op handen dragen en in de kerk is het al niet anders gesteld dan in de politiek.

En dan gaan we ook nogal eens op zoek naar ratelslangen, die je ook bij hopen vindt op het kerkelijke erf, en als we er dan eentje horen ratelen, dan probeer ik hem in het vizier te krijgen en door de kop te schieten, waarna ik de ratel van zijn staart trek, om die later op de stijgbeugels te naaien, zodat alle HHK-hazen hun holen in vluchten als ze Major horen naderen. Dat geldt ook voor de PKN-badgers -gevaarlijke beesten met grote klauwen- die het veld ondergraven met onderaardse gangenstelsels die allemaal in de hel uitkomen.

Ja, en dan gaat het van lieverlee weer op een drafje huiswaarts, want Major verlangt na zo'n ruige trail weer hevig naar een baaltje hooi en een bakje haver. Kunt u begrijpen. En dan hebben wij weer wat te overdenken hoe we het een en ander kunnen toepassen in het schrijven.
Beste Sonja, wellicht kom je dit verhaal iets te laag bij de grond over, maar de boeken van "hyperevangelisme" en "overgeestelijkheid" heb ik al enige tijd uit. Paulus zegt zo treffend: "Het geestelijke is niet eerst, maar het natuurlijke, daarna het geestelijke", 1 Kor. 15:46. Dat is wel een geheim, maar wie het vatten kan, vatte het.

Hartelijke groet,

GPPB.


http://www.derokendevlaswiek.nl