|
|
Hallo meneer B.,
Ik ben een jongere van de HHK en ik ben afgelopen zaterdag op de HHJO 16-jongerendag geweest waar ds. R.C. Boogaard sprak en de geestelijke redding vergeleek met een omgeslagen boot waar twee mensen in zaten. De ene drenkeling hield zich aan de boot vast en verdronk in een waterval en de andere drenkeling greep een toegeworpen reddingsboei vast en werd gered. De man op de oever die de reddingsboei naar de drenkeling wierp moest God voorstellen volgens ds. Boogaard en de reddingsboei moest blijkbaar Christus voorstellen. Het hele verhaal kwam me nogal arminiaans over, maar ik durfde er toen geen vraag over te stellen, omdat ik de indruk had dat dominee Boogaard elke vraag die hij kreeg weidde aan zijn eigen verdediging. Omdat u kerkelijk een onafhankelijk persoon bent, zou ik mijn vraag aan u willen stellen. Is die voorstelling van ds. Boogaard over die reddingsboei nu arminiaans of bijbels?
vriendelijke groet van
P. de L.
PS. Hier hebt u de link van het krantenartikel over de bijeenkomst:
http://www.refdag.nl/nieuws/kerknieuws/hhjo_belegt_16_jongerendag_in_amersfoort_1_546644
-----------------------------------------------
Beste Peter,
Dank voor je vraag. Het zou groot zijn, als je vraag vanuit de rechte geestelijke nood geboren is, maar als dat zo mag zijn moet je je wenden tot Gods genadetroon in de eerste plaats.
Om in te gaan op je inzending en je vraag, (die ik ter publicatie een beetje hersteld(!) heb in redelijk Nederlands) het volgende. Gods ware volk moet gered worden, omdat zij zichzelf niet redden kan. In de eerst plaats, omdat geen mens van nature gered wil worden en in de tweede plaats omdat de mens daartoe volkomen machteloos is. De mens is bovendien geen drenkeling, maar ligt reeds verdronken, zijnde dood in zonden en misdaden op de bodem van de oceaan, om het zo eens te zeggen. De voorstelling van ds. Boogaard is inderdaad 100% arminiaans en ook ongelooflijk armzalig. Christus is waarachtig meer als een dode reddingsboei. Als ik het vanuit mijn eigen leven mag vertellen, dan was ik het niet die greep, want dan zou het een verloren zaak geweest zijn. Ik ben van Christus gegrepen in mijn sneltreinvaart ter helle op de brede weg des verderfs, zoals ook Hanna ervan getuigt in 1 Samuel 2:6 en zoals ook Paulus ervan getuigt in Filippenzen 3:12b en Galaten 1:15-16. Dat kennen al Gods ware kinderen; die zijn allen door Christus in het hart gegrepen tot vergeving der zonden en tot redding van hun verloren ziel.
Welke arm had die moordenaar aan het kruis moeten uitsteken om die (ingebeelde) reddingsboei te grijpen? Hij had er geen, maar de sterke arm van Christus greep hem in zijn hellevaart en die greep van Christus was tot zijn eeuwige redding. Welke poot had het verloren schaap moeten uitsteken naar die Hersteld Hervormde reddingsboei? Zijn poten had het ame verloren dier gebroken; het beest kon ook niet meer blaten vanwege de angst der hel die hem alle troost deed missen, maar gelukkig voor hem zocht de Goede Herder naar Zijn verloren schaap, vond hem, en toen viel genade vrij; Hij greep het verloren schaap uit de put van zijn verlorenheid, legde het op Zijn schouder en droeg het naar Huis.
Zo worden al Gods kinderen door Christus gered, namelijk door vrije genade; zij worden door recht verlost en dat alles door Woord en Geest, zoals het geschreven staat in Johannes 5:25: "De doden zullen horen, de stem van de Zoon van God en die ze gehoord hebben, zullen leven", Joh. 5:25.
Laat al die Hersteld Hervormde reddingsboeien maar varen, want je komt ermee van de brede-weg-wal in de poel die brandt van vuur en sulfer-sloot. Laat het redden van uw ziel aan Jezus over, zoals Hij Zijn armen onder mijn hel heeft doorgeschoven. Ja. God redt de Zijnen, van onder eeuwige armen. Amen.
Hartelijke groet,
GPPB.
|
|