MORALISTISCH REFOBLAD 'GEZINDSGIDS'
MORALISTISCH REFOBLAD 'DE GEZINDSGIDS'  Klik hier       
Plaats in winkelmandjeMandje
Aan de heer Burggraaf,

Afgelopen zondag sprak u in de avondpreek een soort ban uit over het blad 'De GezinsGids', waarop ik ook geabonneerd ben. Ik ben me naar geschrokken. Is het echt zo erg zoals u het voorstelde? Toegegeven, wat er in nummer 18 van 10 feb. 2011 aan positiefs geschreven stond over 'het geloof' van koningin Beatrix, daar moest ik ook van gruwen. Het is meer dan treurig dat de koningin de valse religies gelijk stelt met de ware godsdienst, maar dan mogen we het kind met het badwater toch niet weggooien? Wat vond u van het lezenswaardige artikel van ouderling J.J. Grandia, over het bijbellezen? En de collumns van ouderling W. Visser? Of lees ik met een verkeerde bril?

vriendelijke groet,

Mevr. A. van G.

-------------------------------

Geachte Van G.,

Ja, goed gezien, uw leesbril is afkomstig uit de brillendoos van Voltaire. Hoogverlichte artikelen van de heren Grandia, Visser, Kroon, Dijkgraaf, enz. Ja, ja, maar het is allemaal pelagiaans en moraliserend en moralisme werkt geen bekering, maar kerken vol rijke jongelingen, mevrouw. Omdat u het zo vriendelijk vraagt, zullen we de schrijfsels van genoemde scribenten kortelijks de revu laten passeren en deze toetsen aan Gods Woord.

De rationele godsdienstige opvattingen van dhr. J.J. Grandia hebben we al eens meer tegen het licht van Gods Woord gehouden, maar het bleek te licht bevonden te zijn (Zie Klik hier link). Het Gezinsgids-artikel van Grandia "Bijbellezen leren", is gestoeld op de ratio van de mens. Volgens Grandia bestaat er een manier om de Bijbel begrijpend te leren lezen. Daar gaat het dus al goed fout. Gods Woord is geen begripsboek en de heilsleer is geen begripsleer, maar geloofsleer. Het ware geloof is dan ook het tegenovergestelde van begrijpen. De mens kan de historiciteit van de Bijbel kennen, maar de heilsleer van Gods Woord laat zich niet begrijpen, alleen verstaan door het geloof. Gods Woord leert duidelijk in 1 Kor. 2:14: "Maar de natuurlijke mens begrijpt niet de dingen, die des Geestes Gods zijn; want zij zijn hem dwaasheid, en hij kan ze niet verstaan, omdat zij geestelijk onderscheiden worden."
Aan dat bijbelse feit gaat Grandia geheel voorbij. Hij vervalt feitelijk in dezelfde ketterij als dhr. I.A. Koole, die destijds een boekje geschreven heeft, getiteld: "Bijtijds leren geloven." Arminiaans pelagianisme ten top!
Je kunt jongeren de historiciteit van de Bijbel bij brengen, echter niet volgens de rationele methode van Grandia, maar vanuit de ware Godsvreze. Dat onderwijs moet op jonge leeftijd al geschieden, en als ouders dat nalaten, moeten ze onder de tucht gesteld worden. Maar als Grandia de jongeren begrijpend bijbellezen wil leren, dan is dat volstrekt een rationele methode en een misleiding der zielen. De ratio van de mens is volstrekt ontoereikend voor het verstaan van de Heilige Schrift. Het verstand laat na de ware grond van het weldoen op te merken. De mens is dood in zonden en misdaden en een dood mens kan je onmogelijk begrijpend bijbellezen bijbrengen.
Anderzijds, als jongeren de historiciteit van de Bijbel niet kennen en verstandelijk niet op de hoogte zijn wat het Evangelie inhoudt, dan mankeert er niet alleen wat aan de opvoeding, maar dan is ook de prediking zwaar debet aan de nameloze onkunde op dit gebied. Het artikel van Grandia openbaart zijn eigen falen als ouderling van de GG en het falen van zijn gehele kerkverband. Met name de GG probeert de jeugd erbij te houden met rationele methodes en volstrekt wereldse JBGG-entertainment. Het artikel van Grandia toont aan dat de prediking en het huisbezoek niet deugt in de GG te Gouda. Wel meer dan 6 ton euro verspild aan een kerkgebouw, waarin de roomse beeldencultuur weer als het paard van Troye is binnengehaald, maar investeren in de bekering van kostbare zielen is er niet bij. Dat blijkt ook voluit in het artikel van Grandia, waarin op een rationele manier getracht wordt om de jeugd de jakobsladder te doen beklimmen, waarvoor Grandia een docentensalaris opstrijkt. De rijke jongeling was van mening al ver op die jakobsladder te zijn gevorderd, maar toen Christus hem de toetssteen voorhield van het kruis van Christus, viel die veelbelovende jongeman bedroefd van de top van eer, in eeuwige verwoesting neer. De rijke jongeling had de Wet Gods op een onge-evenaarde wijze begrijpend leren lezen, maar het bleek dat deze jongeman geheel zonder de Wet leefde en volstrekt ontbloot was van de geestelijke bediening der Wet, zoals Paulus daarvan getuigt m.b.t. zijn eertijds. Hetgeen Grandia voorstaat, mist totaal zijn doel, want zonder geloof is het onmogelijk God te behagen, dus ook dat zogenaamde begrijpend bijbellezen, want daar maakt God in de weg van waarachtige bekering geen gebruik van. Paulus heeft al zijn rationele kennis van Gods Woord die hij opgedaan had aan de voeten van Gamaliel bij het grofvuil moeten zetten, zoals hij daarvan getuigt in Galaten 1:12: "Want ik heb ook hetzelve niet van een mens ontvangen, noch geleerd, maar door de openbaring van Jezus Christus." Zonder die zaligmakende openbaring van Christus, weet de mens niets en is en blijft de mens vijandig dood in zonden en misdaden.
Als klap op de vuurpijl doet en zekere miss De Vries er ook nog en schepje bovenop in dat artikel, en beweert dat er discipline nodig is om dagelijks stil te worden voor God. Luther heeft getracht om zichzelf een discipline op te leggen om voor God in het reine te komen, maar de zonden begonnen des te meer in hem te woelen en de satan begon des te heviger tot hem te brullen, nl. dat hij voor en door God was opgegeven. Wat Luther door discipline niet kon bereiken, heeft vrije genade in Christus hem geleerd.

Wat de collumns van dhr. W. Visser (Ger.Gem) in de Gezinsgids betreft, komen we daarin hetzelfde moralisme tegen die Grandia (en ook Dijkgraaf) hanteert. Dwaalleraars (licht of zwaar) bestrijden noemt Visser "een leven ver van de Heere af" en "een list van de duivel".
De profeet en Godsgezant, Jeremia, leefde in de optiek van Visser dus ver van de Heere af, toen hij Hananja ontmaskerde als een valse en lichte profeet.
Als de GG-predikanten -die allen dwalen t.a.v. de leer waarmee de Kerk staat of valt, de leer van de rechtvaardiging van de goddeloze- zouden gewogen worden in de Goddelijke weegschaal die Jeremia hanteerde jegens de lichte(!) Hananja, zou de opheffing van de Ger.Gem. spoedig een feit zijn.

Ook probeert dhr. Visser de jeugd te imponeren met zijn moralistische werkwijze, door hen voor de zondeverleidingen te waarschuwen en als middel daartegen schrijft hij de jeugd het gebed voor om voor de zonde bewaard te blijven (zie artikel: Laat U me nooit meer los).
Wat Visser schrijft klinkt vanzelf heel vroom, maar ook Visser gaat geheel voorbij aan 's mensen diepe val in Adam. We doen niet alleen zonde, we zijn zonde en in die hoedanigheid is de mens ontvangen en geboren! Te bidden om bewaring voor de zonde, is voor de mens van nature het werkheilige paard achter de zondewagen spannen. De mens moet eerst met God verzoend worden, wil er van bewaring voor de zonde sprake zijn. Visser (en zovelen met hem) beginnen direct al met heiligmaking, nog voordat men gerechtvaardigd is.
Open internet noemt Visser een riool, maar hij vergeet erbij te zeggen dat hij in datzelfde riool hangt, zoals de moordenaar aan het kruis zijn collega-moordenaar bestrafte, zeggende: "Vreest gij ook God niet, daar gij in hetzelfde oordeel zijt?"
Visser roemt op internetfilters, maar dat de zonden, met name tegen het 7e gebod, reeds in het hart van elk mens geworteld zit, daar gaat Visser gemakshalve aan voorbij. Daar is geen internetfilter tegen opgewassen, omdat de zonden niet zozeer voor het filter zitten, maar erachter, in ons boze hart. Visser maakt van het commerciele fenomeen, internetfilters, een genademiddel.....! Afgoden als Kliksafe en Solcon kunnen tevreden zijn met de filterpropaganda van Visser en zij kunnen rekenen op een batig saldo. Als men zou weten hoe internetfilters tot stand komen, dan zou men de rest van het leven braken van afschuw en God om Zijn zaligmakende en bewarende genade smeken.
Christus en Zijn genade is Visser blijkbaar niet genoeg. Welk filter had Paulus tot zijn beschikking toen hij door een engel des satans met vuisten gebeukt werd? Geen enkele, hij moest het doen met hetgeen God tot hem zeide: "Mijn genade is u genoeg, want Mijn kracht wordt in zwakheid volbracht", 2 Kor. 12:9.
Welk internetfilter zou er volgens de optiek van Visser voorhanden zijn als we geroepen zijn om in de roze buurten der wereld de voetstappen van Christus te drukken, om hoeren, zondaren, kreupelen en verminkten te roepen tot de bruiloft des Lams? Dan zullen we of aan de genade in Christus genoeg hebben, of we stellen vlees tot onze arm door het gebruik van commerciele filters en zonnbrilletjes. De genade in Christus doet het -Gode zij dank- alleen en geheel. Amen!

Ik sla het vrijmetselaars-artikel van dhr. Kroon over kon. Beatrix over, want daar hebben we in de betreffende preek van afgelopen zondagavond (02-10-2011) reeds het nodige over gezegd. Kroon die Bilderberger kon. Beatrix een gelovige noemt, strijkt haar godslasterlijke vereenzelviging van de ware godsdienst met valse godsdiensten refoglad. Het zijn arbeiders van de duivel die dat doen.

Dan komt dhr. E. Dijkgraaf (SGP-lid 2e kamer) in het voetlicht met een moraliserend artikel getiteld: "Virusscanner beter benutten." In heel het artikel van Dijkgraaf wordt Chrtistus en Zijn genade niet genoemd. Dijkgraaf is van mening dat de Wet als een scanner functioneert om ons behulpzaam te zijn in het detecteren dat we van het rechte pad afgaan.
Ook deze voorstelling van zaken is antinomianisme ten top. De Wet Gods is waarachtig meer als een scanner die alleen de diagnose van de kwaal vaststelt in zedelijk opzicht. De Wet ontdekt de mens niet dat hij van het rechte pad af gaat, maar dat hij sinds de val in het paradijs op de brede weg ten verderve reist. Vervolgens begint de Wet de ontdekte zondaar te vloeken en te vervloeken, omdat de Wet geen gerechtigheid bij de mens vindt die voor God geldig is. Als we dan als een vervloekte zondaar ontmaskerd zijn, dan zijn we nog niet klaar met de Wet, want dan gaat de Wet de mens verdoemen, opdat alle mond gestopt worde en de gehele wereld voor God verdoemelijk zij (Rom. 3:19b). Ook dan is de Wet nog niet klaar met de zondaar, want dan doet de Wet zijn finale werk, nl. om de oude mens onder de Wet te doden, zoals Paulus ervan getuigt in Galaten 2:19a: "Ik ben door de Wet der Wet gestorven..." Immers, de Heere doodt en maakt levend (1 Sam. 2:6). De levendmaking in Christus volgt op de oude-mens-dood, zoals Paulus ervan getuigt in Galaten 2:19b: "....opdat ik Gode leven zou."
Daarvan rept Dijkgraaf met geen woord, maar hij bewijst daarentegen dat hij de Wet loochent als de bediening des doods. De Wet wijst echter niet alleen de kwaal der zonde aan, maar stelt de zondaar des doods schuldig voor God en voert de doodstraf ook uit op de oude mens. We zullen maar niet vragen wat voor rechtvaardigmakende betekenis het Evangelie heeft voor dhr. Dijkgraaf die de Wet als een EHBO-middel aanwijst voor zielen die van de weg afraken, want dan is het te vrezen dat de wagen stil staat. De SGP is er blijkens het artikel niet op vooruit gegaan bij de aantreding van Dijkgraaf, aangezien hij en zijn collega Van der Staaij kunnen kiezen tussen twee kwaden. Op weg naar de 2e kamer laat Dijkgraaf zijn scanner -die hij de Wet noemt- gemakshalve in zijn nachtkastje liggen ?

Tenslotte komt in hetzelfde Gezinsgids-nummer nog een ander jubilerend refo-riool openbaar, genaamd Refoweb, een forum waarop de inzenders aan hun seksuele trekken kunnen komen, waarbij zij geruggesteund worden door een leger dominees die gaarne op allerlei perverse en sodomitische vragen ingaan. Het Refoweb heeft blijkbaar een gat in de refomarkt ontdekt, nl. het bevredigen van vleselijke lusten d.m.v. vraag en antwoord.

U ziet, waarde inzender, dat heel die moralistische beweging, die we de naam Refodom hebben toegekend, een zielsbedrieglijke beweging is, een beweging die het Evangelie ingeruild heeft voor de Wet en die Mozes laat opdraven om het leven in goede banen te leiden. Het komt er dus op neer dat Christus bij deze moralistische poppenkast mag toezien en tevreden zijn. Als genoemde blinde leidslieden zich Psalm 2:12 niet aantrekken, dan zal hun moralisme hen in de steek laten op de dag van Christus.

In dit bestek hebben wij slechts 1 nummer van de Gezinsgids GLOBAAL onder de loep gehouden van Gods Woord en het blijkt een smakeloos blad te zijn, waarin het zout der aarde niet te vinden is, maar in zijn geheel verwerpelijk is om van de mensen vertreden te worden (Matth 5:13).

Wij willen het hierbij laten, want het eind van deze gepropagandeerde moralistische beweging in de huidige refobladen is volstrekt zoek.

vriendelijke groet,

GPPB.


http://www.derokendevlaswiek.nl