 |
|
|
BIDDEN MET JE VERSTAND...?
| |
|
|
|
Geachte heer Burggraaf,
Ja, maar man, dat zal allemaal wel zo zijn, maar Paulus zegt toch ook in 1 Korinthe 14:15: "Ik zal wel met den geest bidden, maar ik zal ook met het verstand bidden; ik zal wel met den geest zingen, maar ik zal ook met het verstand zingen."
Ik ben mezelf tot een last, maar zeg me AUB hoe ik bidden moet.
vr. gr.
Jan B.,
----------------------------
Beste Jan,
Ik weet niet hoe je bidden moet; ik wenste dat je het echt niet wist, dan zou je je hart tot God uit schreeuwen en leeg schreeuwen.
Maar eerst wat anders.
Met het woordje 'verstand' in de tekst die je citeert, wordt niet de menselijke ratio bedoeld, maar 'verstaanbare bijbeltaal' voor degenen die onder Paulus' gehoor zitten. "Met de geest bidden" is bidden zonder hoorbare stem, of in een vreeemde taal, maar "met het verstand bidden" is hardop bidden in een verstaanbare taal, en dat door het geloof.
Je zult wellicht zeggen: Mag ik dan niet tot God bidden met mijn bedorven verstand?
Antw.: Gods Woord leert: "Maar zonder geloof is het onmogelijk Gode te behagen. Want die tot God komt, moet geloven, dat Hij is, en een Beloner is dergenen, die Hem zoeken", Hebr. 11:6.
Geen uitvluchten meer, hè? Die zijn er ook niet, geen geldige voor God, welteverstaan. Maar als je het vanwege de nood der ziel niet meer laten kunt, om God aan te roepen, bedoel ik, wie zal dan je mond kunnen snoeren? De duivel? Echt niet!
Ter illustratie:
"En ziet, twee blinden, zittende aan den weg, als zij hoorden, dat Jezus voorbijging, riepen, zeggende: Heere, Gij Zone Davids! ontferm U onzer. En de schare bestrafte hen, opdat zij zwijgen zouden; maar zij riepen te meer, zeggende: Ontferm U onzer, Heere, Gij Zone Davids! En Jezus, stil staande, riep hen en zeide: Wat wilt gij, dat Ik u doe? Zij zeiden tot Hem: Heere! dat onze ogen geopend worden. En Jezus, innerlijk bewogen zijnde met barmhartigheid, raakte hun ogen aan; en terstond werden hun ogen ziende, en zij volgden Hem", Matth. 20:30-34.
Stamel het maar stillekens na, beste Jan: "Zo doe Hij ook aan mij."
Wie weet.... (Jona 3:9).
Hartelijke groet en Gode bevolen,
GPPB.
|
|
|
|
|
|