 |
|
|
DE KLEINEN DIE IN MIJ GELOVEN
| |
|
|
|
Geachte heer Burggraaf,
Ik heb een klein vraagje:
Vind de rechtvaardigmaking van de goddeloze als in een punt des tijds plaats, alhoewel voorafgaand, de toeleidende weg jaren geduurd kan hebben?
Zo ja, kan het dan zijn, dat het geloof zo zwak is, dat er (nog) geen helderheid voor deze rechtvaardiging bestaat. Enkel een stameling.
Hopende op uw antwoord, verblijf ik met een vriendelijke groet van,
H.K.
-------------------------------------
Ja, beste H., rechtvaardigmaking vindt plaats in een punt des tijds, maar zwakgelovigen hebben meestal geen zakelijk zicht op de rechtvaardigmaking als zodanig, maar weten wel van het vrijspreken Gods in hun leven, hoe aangevochten ook. Zwakgeloof of groot geloof, maakt niet uit, als er maar sprake is van een waar geloof, daar gaat het om. Een waar geloof is met Christus verenigd en ondervindt aanvallen van wereld, duivel en het eigen bedorven vlees. In Christus is ook een kleingelovige volmaakt. Welgelukzalig zijn de zwak- en kleingelovigen in Christus!
Hartelijke groet,
GPPB.
-------------------------------------
Geachte heer Burggraaf,
Om iets te verduidelijken heb ik onderstaand een tekst van Brakel:
“Als iemand mij vraagt: waaraan hij het eerste begin van zijn wedergeboorte kan kennen, dan antwoord ik: aan de eerste daad van het geloof. Vraagt men verder: wanneer men de eerste daad van het geloof oefent, en of men de tijd niet moet of kan weten, dan antwoord ik: men hoeft die tijd niet te weten, en men kan hem ook niet zeker weten. Stelt men het begin van het geloof bij de eerste heftige overtuiging; naar alle waarschijnlijkheid had men toen het geloof nog niet. Stelt men het begin bij de eerste geloofsdaad die men met bewustzijn en bijzondere hartelijkheid deed, dan rekent men te laat. Want naar alle waarschijnlijkheid had men het geloof daarvóór al. Daarom denk ik dat men de exacte tijd van het begin van het geloof en van de wedergeboorte niet of zeer zelden kan weten. En ook is het niet nodig dit te weten. Het is genoeg, als men op goede gronden uit het Woord van God en uit goede kennis van zijn hart en daden kan concluderen dat men gelooft en wedergeboren is.”
Het gaat mij om de waarheid.Mijn bede is dagelijks, Heere mocht u mij willen leiden door Woord en Geest in Uw waarheid. Nu las ik een gedeelte van Brakel, dat het weten van die punt des tijds er niet toe doet. M.a.w. het weten van die punt des tijds die een mens niet kan benoemen.
Vind u dit Bijbels? Ik zelf kan dit niet vatten. Want een mens word toch van de dood overgebracht naar het leven. Als een vuurbrand uit het vuur gerukt?! Dit kan toch nooit buiten weten van de mens omgaan? Of zie ik dit verkeerd?
Hoe denkt u hierover vanuit Gods Woord?
Hopende op uw antwoord verblijf ik,
Mvg van H.K.
----------------------------------------
Nee, beste H., Brakel is niet bijbels hierin. Brakel loochent dat de zekerheid tot het wezen des geloofs behoort. Ook de kleinen geloven daadwerkelijk in Christus en hebben enige zekerheid van hun zaligheid. Dat zegt Christus Zelf: "Maar zo wie een van deze kleinen, die in Mij geloven, ergert, het ware hem nutter, dat een molensteen aan zijn hals gehangen, en dat hij verzonken ware in de diepte der zee." En lees bijv. Joh. 5:25.: "Doden zullen horen, de stem van de Zoon van God...", daar ben je dus bij, want je hoort dan (met geloofsoren) de stem van de Zoon van God in het oordeel van je bestaan.
Vraag gerust,
Hartelijke groet,
GPPB.
------------------------------------------------
Geachte heer Burggraaf,
In het eertijds dat mijn oud-oom nog leefde, heb ik veel geestelijk voedsel mogen ontvangen. En hij zei als je wederomgeboren bent geworden, dan heb je wat te vertellen. Hij mocht door genade weten, dat Hij de Zijne was en juicht nu voor Zijn troon (als ik me niet vergis) . In het eertijds heb ik me zoveel mogelijk vast weten te houden aan de (Bijbelse) bevindingen van mijn oudoom. Waar word dit tegenwoordig nog gevonden. Ik heb eerder veel email contact gehad met ds. W. Pieters, maar heb nu toch wel enige verdenkingen. Ook heb ik een punt des tijds in mijn leven mogen ervaren, net zoals u zegt, welke ik ervaarde als overgebracht zijnde van de dood naar het leven, maar de overtuiging durf ik niet op mezelf toe te passen. Ik leef van dag tot dag in dit aardse tranendal met de doorgaande bede of Hij mij meer licht wil openbaren. Er zijn er velen die u veroordelen, maar ik denk dat voor hun de waarheid te hard is om aan te nemen. "Houd je verre van die man", zeggen ze dan...............
Maar mij gaan de ogen steeds meer open voor hetgeen u voorstaat en dat is o.a. de strijd tegen de dwalingen die in het heden openbaar zijn. Ook ben ik het met u eens, zoals het voorgaande over Brakel, dat dit ook mensen zijn, die nooit en te nimmer gelijkgesteld mogen worden met Gods Woord.
Ik hoop dat u het mij toestaat, mij met raad en daad bij te staan, alhoewel u ook vlees en bloed bent, en de toepassing van Gods Woord enkel helderheid zal geven.
Ik hoop dat u mij niet zult verachten omdat ik misschien wel zo'n "kleine" ben.
Allerlei benauwdheden hebben mij geoefend en dichter tot God gebracht.
Ik mag veel hebben aan Horatius Bonar: "De Vaderlijke kastijding."
Hopende op veel onderwijs van u (vanuit Gods Woord), verblijf ik,
H.K.
-------------------------
Beste H.,
Vraag maar naar de Heere en Zijne sterkte, dan zal Hij het werk wel doen wanneer en op de wijze zoals het Hem belieft.
uw vriend in Christus,
GPPB.
|
|
|
|
|
|