|
|
Geachte heer Burggraaf,
Eventjes een vraag/opmerking over uw weerlegging van de doperse visie over de kinderdoop.
Helemaal mee eens, maar hoe is het dan mogelijk dat sommige godzalige oudvaders (Philpot, Spurgeon, Bunyan, e.a.) zich nooit hebben laten overtuigen op grond van de Schrift? Ik neem aan dat deze mannen ook de Reformatoren gelezen hebben omtrent hun bijbelse visie op de kinderdoop. Dat DJK de oorsprong van de kinderdoop bij Rome legt, is ongelooflijk absurd. Die DJK mag anders wel oppassen met zijn gekopieerde verzamelwebsite. Alles wat die DJK aan oudvaders en preken publiceert, staat en stond reeds op internet. Het heeft er veel van weg dat hij met een bibliotheek aan andermans geschriften en preken de aandacht voor zijn eigen geschrijf wil trekken. Over schijn gesproken. Enfin, elke ketter heeft zijn letter, maar het ging me meer over de houding van Bunyan, Philpot en Spurgeon e.a. in deze kwestie.
Hopend op een antwoord, doen wij u alvast de hartelijke groeten,
L.B.
-------------------------------------
Geachte heer L.B.,,
Daar zegt u wat! Wat ik inderdaad nooit van de gelovige baptisten heb begrepen, is, dat zij niet buigen voor de bijbelse bewijsvoering tegen hun onbijbelse kinderdoopopvattingen. Het porseleinen huisje van het doperse kinderdoop-standpunt wordt door de baptisten al eeuwen bewierookt. Godzalige mannen als Bunyan en Spurgeon, enz. waren echter beslist geen fanatieke bestrijders van de kinderdoop. Om die reden zijn zij nooit persoonlijk scherp bestreden door gelovigen die de kinderdoop onderschrijven. Bovendien is de weerlegging gericht op een dwaling en de dwaalgeesten (Ef. 6), maar een strijd tegen vlees en bloed is mij wezensvreemd. God is mijn Getuige.
Hoewel de baptisten zich ook op Gods Woord beroepen, hebben zij geen been om op te staan, aangezien zij de volwassendoop van Christus als zijnde HET doopvoorbeeld houden en de kinderdoop verwerpen. De baptisten doen wat dat betreft grootschalig aan biblicisme. De doop van Christus is echter niet als een voorbeeld gegeven, maar is een borgtochtelijke doop, waardoor Christus de zonden van Sion heeft doen ondergaan in een zee van eeuwige vergetelheid. Immers, het betaamde Hem alle gerechtigheid te vervullen en daar vallen zowel Zijn besnijdenis alsook Zijn doop onder.
Ik heb destijds een brief geschreven aan een dominee van de Strict Baptisten jegens zijn grove(!) aversie tegen de kinderdoop, maar het huidige Strict Baptisme drijft geheel op Philpot en wat Philpot geleerd heeft, heeft het gros Strict Baptisen ver boven de Bijbel verheven. Ik ben met sommige engelse Strict Baptisten welbekend, en hoewel er kinderen Gods onder gevonden worden, met wie ik mij hartelijk verbonden voel door de band der liefde en des geloofs, hebben zij nog maar enkele mensen in hun kerk(jes), mede omdat zij totaal niet aan zending en evangelisatie doen en geen bijbels aanbod van vrije genade preken. De doperse kinderdoop-visie heeft zichzelf wat dat betreft al talloze malen gewroken.
We achten Philpot echt wel als een kind en knecht des Heeren, maar ook Philpot is aan het kerkelijke sektarisme niet ontkomen. Philpot staat eigenlijk symbool voor degenen die zich uitermate aan het verbondsautomatisme binnen het protestantisme geërgerd hebben, maar toen Philpot baptist geworden is, heeft hij het kind met het badwater weggeworpen.
Dat heeft wel zijn weerslag in zijn prediking gehad, want Philpot predikt beslist niet de rechtvaardiging van de goddeloze, hoewel hij wel kostelijke preken gepreekt heeft, vooral ten aanzien van het leven NA ontvangen genade en de bevinding daarvan.
Maar Philpot staat als baptist zeker niet in de traditie van de Reformatie, en dat geldt zowel ten aanzien van zijn prediking in het kader van de rechtvaardiging van de goddeloze, plus de toe-eigening van het heil, alsook ten aanzien van zijn kerkvisie. By the way: De baptisten houden er ook een onbijbelse visie opna ten opzichte van de kerkelijke ambten.
Nooit heb ik de baptisten op hun doopvisie aangevallen, totdat een Strict Baptisten-voorganger de kinderdoop bespottelijk begon te maken.
Dat geldt ook voor DJK, die het doperdom is toegevallen en degenen die zijn ketterijen en zijn andermanskalfploegerij ontmaskeren en bestrijden, worden door hem uitgemaakt als schijnchristenen, die wel de gave hebben, maar niet de genade, en dit illustreert hij met bijbelteksten uit een openklappende Bijbel als zijnde ‘een antwoord van Boven'. Dit soort gemanipuleerde profetie is uit de vader der duivelen (Zie Klik hier link).
Gods Woord en ook de kerkhistorie bewijzen dat degenen die zich als nieuweling indringen in de dingen die het Koninkrijk Gods aangaan, in een oordeel des duivels vallen (1 Tim. 3:6 + Kantt), en als opgeblazen ballonnen aan het ‘theologiseren' slaan; de gave des Geestes nabootsen met andermanskalfploegerij, waarbij zij degenen die hun ketterijen op grond van Gods Woord weerleggen, afspiegelen als 'demonen', 'klinkende metalen' en wat dies meer zij. Heel kenmerkend is, dat als dezulken hun gelijk niet kunnen halen vanuit en op grond van Gods Woord, dat zij een ordinaire strijd tegen vlees en bloed ontketenen, door zich op te werpen als hoogverlichte hartekenners, waarbij zij niet schromen om hun handen te branden aan het werk Gods. En als dezulken zichzelf op deze manier geloofwaardig kunnen maken bij het publiek, dan laten dezulken geen middel ongebaat. Ook DJK bedient zich inderdaad van een scala dodemanshersenen om populair te worden bij het publiek en zich onder de vlag van nagebootste liefde op te werpen als een hoogverlichte geestelijke knopenontbinder, die evenwel een ordinaire strijd voert tegen vlees en bloed, een strijd die van elke geldige bewijsvoering is ontbloot. Hierbij dekt hij zich o.a. in met het boekje van Matthew Meade "De waargelovige op zijn slechts en de schijngelovige op zijn best", en past dat letterlijk op anderen toe, waarbij hij vanuit een gespeelde slachtofferrol iedereen wil doen geloven dat DJK aan de goede zijde staat. Die diabolustactiek is echter zo doorzichtig als glas, maar wordt niet gratis bedreven door de dader. Degenen die zich van een dergelijke diaboluswijze bedienen, halen tenslotte het rechtvaardig oordeel Gods op hun halzen die ook Hymeneus en Alexander over zich ingeroepen hadden, waarvan Paulus getuigt in 1 Timotheus 1:20: "Onder welken is Hymeneus en Alexander, die ik den satan overgegeven heb, opdat zij zouden leren niet meer te lasteren."
Hopend hiermee u iets feitelijks aangereikt te hebben, verblijven wij eveneens met een hartelijke groet,
GPPB.
|
|