 |
|
|
VACCINATIE-INLEGKUNST VAN DS. VERGUNST (2)
| |
|
|
|
Dag Burggraaf,
Ik moet bekennen dat ik meende dat ook Nehemia niets gevraagd had en mede op grond daarvan het hele argument van Ds. Vergunst niet volgde, dus blijk ik zelf de context niet goed gelezen te hebben en derhalve de uitleg die ik meende naar Zijn Woord te zijn, geen dageraad zal hebben.
Het was het punt waar het argument ontstond van de wettische Schriftonderzoekers die alles willen weten maar weigeren geleid te worden tot de liefde van Christus en uit zuivere dankbaarheid, dat is zonder iets verdienstelijkst te mogen handelen, dus met deze argumenten wel aankomen, maat wat toch niet het motief is van 2 Corinthe 10:5: "Dewijl wij de overleggingen ter nederwerpen, en alle hoogte, die zich verheft tegen de kennis van God, en alle gedachte gevangen leiden tot de gehoorzaamheid van Christus", vanwege Efeze 2:3: "Onder dewelke ook wij allen eertijds verkeerd hebben in de begeerlijkheden onzes vleses, doende den wil des vleses en der gedachten; en wij waren van nature kinderen des toorns, gelijk ook de anderen."
Ik heb eerder het vermoeden dat die argumenten van Ezra en Nehemia uit de koker "van het onder de wet leiden" te maken heeft, gelijk de Galatiers ook betoverd zijn geworden. Alles wat uit het geloof niet is dat is zonde.
De vraag is alleen: vaccineren, doen we dat uit liefde die alleen geboren kan worden uit vertrouwen tot Christus, wederliefde. Johannes 4:10: "Hierin is de liefde, niet dat wij God liefgehad hebben, maar dat Hij ons lief heeft gehad, en Zijn Zoon gezonden heeft tot een verzoening voor onze zonden."
Feit is gewoon, ondanks al die spitsvondigheden, dat Nehemia God vertrouwde, en hele! anderen gedachten had dan louter de geleide...
Nehemia 2:3: "En ik zeide tot de koning: De koning leve in eeuwigheid! Hoe zou mijn aangezicht niet treurig zijn, daar de stad, de plaats der begrafenissen mijner vaderen, woest is, en haar poorten met vuur verteerd zijn?" Vers 4: "En de koning zeide tot mij: Wat verzoekt gij nu? Toen bad ik tot God van den hemel." Dat is een moment geweest..!
En wat ik nog meer opmerkelijk bevond, als hij nadat hij in Nehemia 2 vers13 bij nacht door de Dalpoort, voorbij de Drakenfontein, via de Mistpoort (deed me wel denken aan de Heilige Oorlog van Bunyan), bij vers 14 kwam: "En ik ging voort naar de Fonteinpoort, en naar des konings vijver; doch daar was geen plaats voor het dier, om onder mij voort te gaan."
En nu… Wie is Koning Jezus? De Fontein van het Water des Levens! Als we daar naderen dan is er geen plaats meer voor enig hulpmiddel al is het een enigste dier. Neh 2:12: "...en er was geen dier met mij, dan het dier, waarop ik reed."
Bij Christus is daar eenvoudig geen plaats voor; ook Mozes: geen plaats voor schoenen. Exodus 3:5: "En Hij zeide: Nader hier niet toe; trek uw schoenen uit van uw voeten; want de plaats, waarop gij staat, is heilig land."
Hoewel Mozes' bediening aldus heerlijk was, is de bediening van Christus heerlijker, krachtiger en werkelijk de zonde dodend! De wet, daarentegen, maakt de zonde levend.
2 Corinthe 5:19: "Want God was in Christus de wereld met Zichzelven verzoenende, hun zonden hun niet toerekenende; en heeft het Woord der verzoening in ons gelegd."
Vers 20: "Zo zijn wij dan gezanten van Christus wege, alsof God door ons bade; wij bidden van Christus wege: laat u met God verzoenen."
Daar bij die Fontein des Levens moeten we alles verlaten om Hem alleen te KUNNEN volgen,
Ik zat nog te denken over die diabolistische betoverende constructie/(w)miskunde: "Ezra + Nehemia X "een ieder zij in zijn eigen gemoed ten volle verzekerd." Rom 14:5 = Amen, maar het is nog maar te bezien of het hier in deze tekst gaat over het geweten zoals wij dat invullen, want de zaligmakende kennis van Christus door het geloof wast het geweten van dode werken (Hebreën 9:14), dus dat hoogmoedig gedoe, nl. dat verzekeren, inenten geoorloofd zou zijn, betekent dat er nog nooit enig besef is geweest van Gods heiligheid, voorzienigheid, heerlijkheid en Majesteit, ja ook geen besef van de heilige wet Gods die Christus alleen volkomen gehouden heeft, laat staan het verlangen om door Hem Gode te leven. In de grondtaal van Rom 14:5 staat: "ieder voor zijn eigen besef zij ten volle overtuigt…"
GPPB.: Statenvertaling Rom. 14:5 is goede vertaling, Dik, maar geldt alleen het wedergeboren geweten van Gods kinderen. "Ten volle verzekerd zijn in het gemoed", ten aanzien van het goede, is een zaak des geloofs en dat is onmogelijk voor een onwedergeboren mens.
Rom 14:5 en het gehele hoofdstuk wil ons leren -en daar is de onderwijzing op gericht- niet over wat wel en niet mag, maar over de mate der geloofskennis (m.b.t. een goed geweten in Christus - GPPB). Want het geestelijk geloofsbesef is niet volmaakt hier op aarde, derhalve heeft dat niets met de volledig normale handelswijze van Nehemia van doen, alsof Nehmia meer verlicht geloofsbesef had dan Ezra, laat staan om hun vertrouwen in God te betrekken op verzekeren en inenten. Hoofdstuk 14 van de Romeinenbrief gaat niet over gewetenszaken maar over verdraagzaamheid; verdraagzaamheid jegens de zwakken in het geloof, gelovigen twisten niet, behalve als de ere Gods en de waarheid van het Evangelie in het geding zijn.
GPPB.: Dat is waar Dik, kijk maar naar Nehemia!!
Nehemia 5:7: "En mijn hart beraadslaagde in mij; daarna twistte ik met de edelen, en met de overheden, en zeide tot hen: Gijlieden vordert een last, een iegelijk van zijn broeder. Voorts belegde ik een grote vergadering tegen hen."
Nehemia 13:11: "En ik twistte met de overheden, en zeide: Waarom is het huis Gods verlaten? Doch ik vergaderde hen, en herstelde ze in hun stand."
Nehemia 13:17: "Zo twistte ik met de edelen van Juda, en zeide tot hen: Wat voor een boos ding is dit, dat gijlieden doet, en ontheiligt den sabbatdag?"
Nehemia 13:25: "Zo twistte ik met hen, en vloekte hen, en sloeg sommige mannen van hen, en plukte hun het haar uit; en ik deed hen zweren bij God: Indien gij uw dochteren hun zonen zult geven, en indien gij van hun dochteren voor uw zonen of voor u zult nemen!"
Aan zulk een twisten is men in onze dagen vreemd, als gevolg van schijnheilige bescheidenheid!
Het beroep van ds. Vergunst op Rom. 14:5: "...een ieder zij in zijn geweten ten volle verzekerd", is misplaatst, want volgens hem zou dit betekenen dat als je geweten niet spreekt, alles goed is. Nehemia had veel edeler en overstijgender motieven dan de hedendaagse ds-en willen doen geloven. Nehemia had ook liefde voor Jeruzalem, de stad Gods. Er is een zeer groot verschil tussen liefde tot Christus en eigenliefde, ofwel zelfbehoud. Het is of Christus die zichzelf in onze plaats gegeven heeft, of we proberen onszelf te redden.
"Neem goed en bloed ons af", zingt Luther, het brengt de satan toch geen gewin, ja en als we denken dat de satan er toch mee wint, dan gaan we stuiptrekken met allerlij spuitjes terwijl we dood zijn, dat moet dan wel het verschil tussen vreze Gods en vreze des doods zijn, echter Christus alléén heeft de dood overwonnen, de enige Medicijnmeester.
Hartelijke groeten,
Dik
|
|
|
|
|
|