THERAPIE VD WEIJDEN
THERAPIE VAN DHR. T. VAN DER WEIJDEN ERGER DAN DE KWAAL  Klik hier       
Plaats in winkelmandjeMandje
Het is de vraag of de gereformeerde gezindte nog leeft, aldus dr. C. A. van der Sluijs (RD van 28 april). Teun van der Weijden deelt de diagnose, maar wil ook een oplossing aanreiken.
Ik deel de zorgen van Van der Sluijs over het geesteloze karakter van de gereformeerde gezindte. Maar hoe geestelijk of geesteloos ben ik zelf? Durven we onszelf eerlijk te onderzoeken voor het aangezicht van God? Dat is noodzakelijk alvorens met de vinger naar een ander te wijzen.
Het is zelfs beter helemaal niet met de vinger naar de ander te wijzen. „Oordeelt niet, opdat gij niet geoordeeld wordt”, zegt onze Heiland (Mattheüs 7:1).
Aldus Van der Weijden in het RD. (Klik op de Klik hier link voor gehele RD-artikel).

Commentaar
Mooie woorden van dhr. Van der Weijden en een loffelijk streven, maar veel te algemeen en te horizontaal in haar toepassing.
Van der Weijden citeert de tekst: "Oordeelt niet...", met een algemene toepassing, maar die tekst slaat alleen op het onrechtvaardig oordelen en zeker niet op het bijbels oordelen in het kader van het beproeven van de geesten of zij uit God zijn (1 Joh. 4:1). Van der Weijden is een geestelijke pacifist, en een geestelijke pacifist prefereert een valse vrede met andersdenkenden (Rome, arminianen, humanisten, enz.) boven een heilige oorlog. Maar zo was Christus niet, hoewel Hij de Vredevorst is. Hij zegt: "Meent niet, dat Ik gekomen ben, om vrede te brengen op de aarde; Ik ben niet gekomen om vrede te brengen, maar het zwaard. Want Ik ben gekomen, om den mens tweedrachtig te maken tegen zijn vader, en de dochter tegen haar moeder, en de schoondochter tegen haar schoonmoeder. En zij zullen des mensen vijanden worden, die zijn huisgenoten zijn", Matth. 10:34-36.
Dat wil o.a. zeggen: waar het Woord recht gesneden wordt, zal er altijd een strijd op leven of dood zijn tussen het slangenzaad en het Vrouwenzaad, met name BINNEN de kerkmuren.
En Paulus zegt in 1 Korinthe 11:19: "Want er moeten ook ketterijen onder u zijn, opdat degenen, die oprecht zijn, openbaar mogen worden onder u."
Daaraan gaat Van der Weijden geheel voorbij, en dat komt omdat hij zich met Hegger heeft ingelaten (ERO), die een vals christelijke oecumene voorstaat, ten koste van de leer van Christus. Maar wie in de leer van Christus niet blijft, heeft noch de Vader, noch de Zoon.

Om de diagnose van Van der Sluijs zit ik niet verlegen, want hij steke slechts de hand in eigen boezem en dan komt die hand er PKN-sodomitisch melaats uit. Maar daar hoor je geen PKN-er over.
Van der Weijden smeert evenwel refostroop om de mond van zijn "broeder" Van der Sluijs, en geeft aan wie zijn vrienden zijn, zoals hij onlangs ook gedaan heeft met de omhelzing van arminianen en andere religieuze hanen, maar dan geeft hij aan waaraan hij zelf te herkennen is, namelijk aan zijn vruchten, en die hangen ook bij Van der Weijden aan de boom der kennis des goeds en des kwaads.
"Zeg mij wie uw vrienden zijn, dan zal ik zeggen wie gij zijt", luidt het spreekwoord en Gods Woord leert: "Wie een vriend der (pkn)wereld(religie) is, wordt een vijand van God genaamd", al spreekt hij ook de taal van een engel, "Vervloekt", zegt Paulus in Galaten 1:8-9.
Algemene liefde zoekt een valse oecumene en roept op tot verootmoediging en gebed ten koste van de leer van Christus. Dat doet de paus ook. De paus, de Antichrist, roept ook op tot algemene verdraagzaamheid en de eenwording van allerlei religies, maar Christus is heilig rechtvaardig onverdraagzaam jegens valse religies en de valse leraars en spreekt Zijn 'wee' er over uit.
Bovendien wordt de ware geestelijkheid gemist in het verhaal van Van der Weijden. Paulus maakt melding van de ware geestelijkheid: "Want wij weten, dat de Wet geestelijk is, maar ik ben vleselijk, verkocht onder de zonde", Rom. 7:14. De rijke jongeling dacht ook dat hij heel geestelijk was, maar hij was het helemaal niet en hij was nogwel de scriba van het Sanhedrin.

Ja, "wij hebben gezondigd", maar daar bleef het niet bij, want Nehemia voegde de daad bij het woord en gooide de valse Tobia met heel zijn huisraad uit het huis Gods. En Nehemia twistte met de overheden en belegde een grote vergadering tegen hen! (Neh. 5:7). En Nehemia vloekte al heidense Asdodische kinderen en sloeg sommige Joodse vaders van die kinderen en trok hen het haar uit hun hoofd (Neh. 13:25). Welnu, Van der Weijden schermt wel met Nehemia, maar hij doet dat puur sentimenteel en eenzijdig en dus VALS. Nehemia stond op een radicale wijze in voor de ere Gods en de zuivere godsdienst, zoals wij hierboven hebben aangegeven vanuit het Woord. De muren van Jeruzalem werden opgebouwd met troffel EN zwaard, en niet met mooie woorden en rijkejongelings sentiment.

Ja, een ieder onderzoeke zichzelve, maar ook daar zijn Gods ware kinderen gauw mee klaar, want ze komen daarin niet verder dan eigengerechtigheid en daarom laten ze zich onderzoeken door de Heere Zelf, zoals de Psalmdichter van Psalm 26:2 mocht beoefenen:

Beproef vrij, van omhoog,
Mijn hart, dat voor Uw oog,
Alwetende, steeds openlag.
Doorzoek mij; toets mijn gangen;
Doorgrond al mijn verlangen,
En stel mijn oogmerk in den dag.


Ja, ja, al die diagnoses van die dikke dominees achter de geraniums met al hun boekenwijsheid, maar van zulke wijsgeren had Paulus de meeste last en het Refodom zou voor Paulus een waar kruis geweest zijn, hetgeen we ook zien met zijn levenslange strijd tegen de Joden, de sekteleiders en de mannen die in achting waren, ja, en daarbij ontving hij ook nog een lieflijk en ruim traktement, namelijk: "Van de Joden heb ik veertig slagen min een, vijfmaal ontvangen. Driemaal ben ik met roeden gegeseld geweest, eens ben ik gestenigd, driemaal heb ik schipbreuk geleden, een gansen nacht en dag heb ik in de diepte doorgebracht. In het reizen menigmaal in gevaren van rivieren, in gevaren van moordenaars, in gevaren van mijn geslacht, in gevaren van de heidenen, in gevaren in de stad, in gevaren in de woestijn, in gevaren op de zee, in gevaren onder de valse broeders; in arbeid en moeite, in waken menigmaal, in honger en dorst, in vasten menigmaal, in koude en naaktheid. Zonder de dingen, die van buiten zijn, overvalt mij dagelijks de zorg van al de Gemeenten. Wie is er zwak, dat ik niet zwak ben? Wie wordt er geergerd, dat ik niet brande?" 2 Kor. 11:24-29.
Ook de apostel der liefde was net zo radicaal als Nehemia en hield er een gans andere therapie opna dan de therapie van Van der Weijden, namelijk: "Een iegelijk, die overtreedt, en niet blijft in de leer van Christus, die heeft God niet; die in de leer van Christus blijft, deze heeft beiden den Vader en den Zoon. Indien iemand tot ulieden komt, en deze leer niet brengt, ontvangt hem niet in huis, en zegt tot hem niet: Zijt gegroet. Want die tot hem zegt: Zijt gegroet, die heeft gemeenschap aan zijn boze werken", 2 Joh. 1:9-11.

Verootmoediging? Ja, maar niet onder de vlag van valse verdraagzaamheid en ook niet ten koste van de leer van Christus. Van der Weijden kan altijd uithuilen bij zijn peetoom, ds. Hegger, met de nodige lofprijzingen en inzegeningen, maar van dat sentiment moesten de reformatoren niets hebben, want dat blijft bij mooie woorden, ofwel boekenkastreligie. Ga maar in de leer bij Luther, vriend Van der Weijden en kijk maar goed naar de frontafbeelding van deze website waarop enkele radicale geloofshelden zijn afgebeeld en volg hun geloof na. Luther voegde -net als Nehemia- de daad bij het woord: "Hier sta ik, ik kan niet anders, zo waarlijk helpe mij God!"

GPPB.


http://www.derokendevlaswiek.nl